Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Stcrt.2015/12685) zijn daarvoor nadere regels gesteld (Ontslagregeling).
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de Noord Nederlands Stempel- en Leermiddelenfabriek (NNSL) een verzoek ingediend om de arbeidsovereenkomst met werknemer [A] te ontbinden. Het verzoek is ingediend op 21 maart 2016, na een reeks van incidenten en een verstoorde arbeidsverhouding. [A] heeft gereageerd met een verweerschrift en een voorwaardelijk tegenverzoek, waarin hij aanspraak maakt op een transitievergoeding en een billijke vergoeding van € 65.000,00. Tijdens de zitting op 26 april 2016 zijn de standpunten van beide partijen toegelicht.
De kantonrechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig overwogen. NNSL heeft aangevoerd dat er sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding, maar de kantonrechter oordeelt dat de werkgever onvoldoende heeft aangetoond dat de verstoring ernstig en duurzaam is. De kantonrechter wijst erop dat er geen opzegverbod van toepassing is en dat de werkgever niet voldoende heeft gedaan om de onderlinge verhoudingen te verbeteren. De mediation die heeft plaatsgevonden, was niet effectief en de werkgever heeft niet aangetoond dat herplaatsing van [A] binnen de organisatie niet mogelijk is.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter het verzoek van NNSL tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen. De proceskosten zijn voor rekening van NNSL, die als de in het ongelijk gestelde partij wordt beschouwd. De beschikking is gegeven door kantonrechter mr. C. van den Noort en uitgesproken op 24 mei 2016.