Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Vordering officier van justitie
Beoordeling van het bewijs
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
ten aanzien van het verkopen en afleveren:
Rechtbank Noord-Nederland
Op 2 februari 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland een man veroordeeld voor het dealen in amfetamine (speed) gedurende ongeveer anderhalf jaar en het opzettelijk aanwezig hebben van amfetamine. De rechtbank heeft de man, conform de eis van de officier van justitie, een gevangenisstraf van 284 dagen opgelegd, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en bijzondere voorwaarden. Daarnaast is er een taakstraf van 150 uren opgelegd. De verdachte, bijgestaan door zijn advocaat mr. T. Bruinsma, is verschenen op de zitting van 19 januari 2016, waar het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. S.E. Eijzenga.
De tenlastelegging omvatte het opzettelijk verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren van amfetamine in de periode van 1 januari 2014 tot en met 8 oktober 2015, alsook het opzettelijk aanwezig hebben van ongeveer 179,17 gram amfetamine. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de feiten en heeft de vordering van de officier van justitie grotendeels overgenomen. De rechtbank heeft rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder een niet-aangeboren hersenletsel en middelenverslaving, en heeft besloten tot een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden, waaronder een behandelverplichting en een alcohol- en drugsverbod.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat de handel in harddrugs ernstige gevolgen heeft voor de gezondheid van gebruikers en dat het bijdraagt aan criminaliteit in de samenleving. De verdachte is als 'first-offender' beschouwd, wat heeft meegewogen in de strafmaat. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan het voorarrest, een voorwaardelijke gevangenisstraf van 180 dagen, en een taakstraf van 150 uren, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de taakstraf niet naar behoren wordt verricht.