ECLI:NL:RBNNE:2016:2015
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- H.H.A. Fransen
- C.P. van Gastel
- C. Brouwer
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van openlijk geweld in vereniging
Op 26 april 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van openlijk geweld in vereniging gepleegd op 2 maart 2014 in Emmen. De verdachte, bijgestaan door zijn advocaat mr. T. van der Goot, verscheen ter terechtzitting, waar het Openbaar Ministerie werd vertegenwoordigd door mr. A. van den Oever. De tenlastelegging betrof geweld tegen een slachtoffer, waarbij de verdachte zou hebben deelgenomen aan een gewelddadig voorval in de nabijheid van een café.
Tijdens de zitting op 12 april 2016 werd duidelijk dat de verklaringen van de verdachte en zijn medeverdachten wezenlijk verschilden van die van de getuigen en het slachtoffer. De officier van justitie concludeerde dat het ten laste gelegde niet bewezen kon worden, aangezien er onvoldoende bewijs was dat de verdachte bij het incident betrokken was. De verdediging voerde aan dat de verklaringen van de getuigen tegenstrijdig waren en dat de verdachte niet aanwezig was tijdens het geweld.
De rechtbank oordeelde dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen was. De verklaringen van de getuigen waren inconsistent en er was onvoldoende bewijs dat de verdachte betrokken was bij het geweld. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de tenlastelegging en verklaarde de benadeelde partij niet ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding, aangezien het feit waaruit de schade zou zijn ontstaan niet bewezen was. De kosten werden door de rechtbank aan beide partijen opgelegd.