ECLI:NL:RBNNE:2015:735
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- J.J. Schoemaker
- Th. A. Wiersma
- H.M.E. Tebbenhoff Rijnenberg
- Rechtspraak.nl
Poging tot doodslag op echtgenoot met mes
Op 13 februari 2015 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot doodslag op zijn echtgenote. De zaak vond plaats in Groningen, waar de verdachte op 17 oktober 2014 zijn vrouw met een mes in de hals heeft gestoken. De verdachte was op dat moment preventief gedetineerd en werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. L.S. Wachters. Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. M. Ariese. Tijdens de zitting op 30 januari 2015 werd het bewijs besproken, waarbij de officier van justitie stelde dat de verdachte vrijgesproken moest worden van poging tot moord, maar dat poging tot doodslag wel bewezen kon worden. De verdediging voerde aan dat de verdachte niet de intentie had om te doden, en dat de steekwond niet levensbedreigend was.
De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor voorbedachte rade, maar dat de verdachte wel degelijk de aanmerkelijke kans op de dood van zijn vrouw had aanvaard door haar met een mes te steken. De rechtbank sprak de verdachte vrij van poging tot moord, maar achtte de poging tot doodslag bewezen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar. Daarnaast werd de vordering van de benadeelde partij, de echtgenote, tot schadevergoeding van € 2.500,- toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank overwoog dat de verdachte een ernstige inbreuk had gemaakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer, en dat de geweldshandeling plaatsvond in het bijzijn van hun minderjarige zoon.