ECLI:NL:RBNNE:2015:6398
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van medeplichtigheid aan poging tot doodslag of zware mishandeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 12 november 2015 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplichtigheid aan de poging tot doodslag en zware mishandeling van een slachtoffer. De tenlastelegging omvatte verschillende geweldsdelicten, waaronder het vastpakken van de keel van het slachtoffer en het toebrengen van schoppen en slagen. De verdachte zou op 26 oktober 2013, te [pleegplaats], informatie hebben verstrekt aan medeverdachte [medeverdachte] over de locatie van het slachtoffer, wat zou hebben bijgedragen aan de uitvoering van het voorgenomen misdrijf.
Tijdens de zittingen op 12 december 2014 en 29 oktober 2015 is de verdachte verschenen, bijgestaan door zijn advocaat, mr. M.R.M. Schaap. Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. E.R. Jepkema. De rechtbank heeft de bewijsvoering beoordeeld en vastgesteld dat de verdachte op het moment van het telefoongesprek met [medeverdachte] niet op de hoogte was van de gewelddadige intenties van deze medeverdachte. De rechtbank concludeert dat er onvoldoende bewijs is dat de verdachte wist dat zijn informatie zou leiden tot geweld tegen het slachtoffer.
De rechtbank heeft daarom geoordeeld dat de medeplichtigheid niet wettig en overtuigend bewezen kan worden. De verdachte is vrijgesproken van de hem ten laste gelegde feiten. Daarnaast heeft de rechtbank de vordering van de benadeelde partij, [slachtoffer], niet-ontvankelijk verklaard, omdat het feit waaruit de schade zou zijn ontstaan niet bewezen is. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken in de rechtbank te Leeuwarden.