ECLI:NL:RBNNE:2015:5220

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
13 november 2015
Publicatiedatum
13 november 2015
Zaaknummer
18.750056-15
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor jarenlang seksueel misbruik van minderjarige stiefkinderen

De Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, heeft op 13 november 2015 uitspraak gedaan in een zaak waarin een man werd veroordeeld voor het jarenlang seksueel misbruiken van zijn drie minderjarige stiefzonen. De rechtbank verwierp het verweer van de verdachte dat er onvoldoende bewijs zou zijn voor de aangiftes van de slachtoffers. De verdachte, die beroepschauffeur was, had de kinderen regelmatig meegenomen op nationale en internationale ritten. Uit verklaringen van de slachtoffers bleek dat de verdachte een sterke preoccupatie met seks had en dat hij seksuele fantasieën over zijn stiefkinderen had verwoord in sms-berichten. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de slachtoffers consistent en geloofwaardig waren, en dat er voldoende bewijs was voor de tenlastelegging. De rechtbank legde de verdachte een gevangenisstraf van vier jaar op en verplichtte hem tot het betalen van schadevergoeding aan de slachtoffers. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de langdurige impact op de slachtoffers, en rekende het de verdachte zwaar aan dat hij zijn kwetsbare stiefkinderen jarenlang voor zijn eigen seksuele gerief had misbruikt. De rechtbank achtte de verdachte strafbaar en wees de vorderingen van de benadeelde partijen toe, waarbij de schadevergoedingen werden vastgesteld op € 6.000 voor [slachtoffer 1], € 15.000 voor [slachtoffer 2] en € 6.000 voor [slachtoffer 3].

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
parketnummer 18/750056-15
vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 13 november 2015 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
thans gedetineerd in [verblijfplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 30 oktober 2015.
De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. J. Pieters, advocaat te Sneek.
Het openbaar ministerie werd ter terechtzitting vertegenwoordigd door
mr. M.S. Kappeyne van de Coppello.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 10 augustus 2001 tot 10 augustus 2004, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen (tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto), meermalen, althans eenmaal, (telkens) met [slachtoffer 1] ( [geboortdatum slachtoffer 1] ), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , welke handelingen (onder
meer) bestonden uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 1] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 1] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door
die [slachtoffer 1] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 1] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 1] );
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 10 augustus 2001 tot 10 augustus 2004, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen (tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto), meermalen, althans eenmaal, (telkens) met zijn stiefkind [slachtoffer 1] ( [geboortdatum slachtoffer 1] ), ontucht heeft gepleegd, bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 1] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 1] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door die
[slachtoffer 1] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 1] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 1] );
2.
hij in of omstreeks de periode van 09 december 2001 tot 09 december 2006, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, althans eenmaal, (telkens) met [slachtoffer 2] ( [geboortedatum slachtoffer 2] ), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] , welke handelingen (onder meer) bestonden uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 2] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door
die [slachtoffer 2] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 2] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en/of
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2] ;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 09 december 2001 tot 09 december 2006, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, althans eenmaal, (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind [slachtoffer 2] ( [geboortedatum slachtoffer 2] ), bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 2] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door
die [slachtoffer 2] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 2] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en/of
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2] ;
3.
hij in of omstreeks de periode van 09 december 2006 tot 09 december 2010, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, althans eenmaal, (telkens) met [slachtoffer 2] ( [geboortedatum slachtoffer 2] ), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] , bestaande uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 2] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door
die [slachtoffer 2] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 2] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en/of
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2] ;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 09 december 2006 tot 09 december 2010, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, althans eenmaal, (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind [slachtoffer 2] ( [geboortedatum slachtoffer 2] ), bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 2] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door die
[slachtoffer 2] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 2] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en/of
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2]
4.
hij in of omstreeks de periode van 09 december 2010 tot 09 december 2012, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, althans eenmaal, (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind
( [geboortedatum slachtoffer 2] ), bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 2] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door
die [slachtoffer 2] en/of
- het in de mond van die [slachtoffer 2] duwen/brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en/of
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2] ;
5.
hij in of omstreeks de periode van 26 februari 2008 tot 26 februari 2011, te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, en/of in Duitsland, Roemenië en/of Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, althans eenmaal, (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind [slachtoffer 3] ( [geboortedatum slachtoffer 3] ), bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 3] en/of
- zich laten aftrekken, althans laten aanraken van de penis van verdachte door
die [slachtoffer 3] en/of
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 3] .
In de tenlastelegging voorkomende schrijffouten of kennelijke misslagen worden verbeterd gelezen. De verdachte is hierdoor niet in zijn belangen geschaad.

Vordering officier van justitie

De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd:
- veroordeling voor het onder 1. primair, 2. primair, 3. primair, 4. en 5. ten laste gelegde;
- oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren met aftrek voorarrest;
- toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] ad € 6.000,00;
- toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] ad € 6.000,00;
- toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] tot een bedrag van
€ 15.000,00 en niet-ontvankelijkverklaring voor het meergevorderde;
- oplegging van de schadevergoedingsmaatregel ten aanzien van genoemde bedragen.

Beoordeling van het bewijs

De raadsman van verdachte heeft ter terechtzitting integrale vrijspraak bepleit. Hij heeft daartoe aangevoerd dat het wettige bewijs weliswaar aanwezig is, maar dat hieruit niet de overtuiging kan volgen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan. De verklaringen van aangevers zouden daarvoor onvoldoende gedetailleerd zijn. Verder zouden de aangiftes zijn ingegeven door oneigenlijke motieven, namelijk het voorkomen van omgang tussen verdachte en diens dochter.
De rechtbank overweegt het volgende.
Door de drie stiefzoons van verdachte, [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] is aangifte gedaan van, kort gezegd, langdurig seksueel misbruik door verdachte. Alle drie hebben zij, apart van elkaar, uitgebreide verklaringen afgelegd over de wijze waarop, de perioden waarin en de frequentie waarmee dit misbruik zou hebben plaatsgevonden. De rechtbank zal de afgelegde verklaringen kort parafraseren en zich vervolgens uitlaten over de mate waarin zij de verklaringen bruikbaar acht voor het bewijs.
[slachtoffer 1] heeft verklaard dat verdachte hem vanaf ongeveer zijn tiende jaar heeft afgetrokken en oraal bevredigd. Vanaf enig moment moest hij dezelfde handelingen ook uitvoeren bij verdachte. Het misbruik zou één à twee keer per week hebben plaatsgevonden in de woning aan [adres 1] in [pleegplaats] en zou na ongeveer anderhalf jaar zijn gestopt. De aangever heeft verklaard dat hij destijds nieuwsgierig was naar de seksuele handelingen. Het initiatief ervoor zou ook wel eens van zijn kant zijn gekomen.
[slachtoffer 2] heeft verklaard dat verdachte een groot aantal keren seksuele handelingen bij hem heeft verricht vanaf het moment dat hij ongeveer anderhalf jaar bij verdachte inwoonde op [adres 1] in [pleegplaats] tot en met zijn zestiende. Het misbruik zou hebben bestaan uit wederzijds aftrekken en oraal bevredigen. Verder zou verdachte hem een aantal keren anaal hebben verkracht. Aangever heeft verklaard dat het misbruik plaatsvond in de verschillende huizen in [pleegplaats] waarin het gezin woonde en tijdens gezamenlijke ritten in de vrachtwagen of bedrijfsauto. De verklaring bevat verschillende concrete details, zoals de omstandigheid dat verdachte gebruikmaakte van massageolie in een paarse tube van [merk] .
Door [slachtoffer 3] is verklaard dat hij vanaf eind 2008 gedurende ongeveer anderhalf jaar verscheidene keren door verdachte is misbruikt. Het misbruik zou hebben plaatsgevonden in de woningen op [adres 2] en [adres 3] in [pleegplaats] . Aangever heeft verklaard dat verdachte hem aftrok en oraal bevredigde. Omgekeerd zou hij verdachte ook hebben moeten aftrekken. Verder zou verdachte een poging hebben gedaan tot het hebben van anale seks, maar werd dit door aangever afgewend.
De rechtbank merkt de door de aangevers afgelegde verklaringen stuk voor stuk aan als consistent, op punten gedetailleerd en in hoge mate authentiek en geloofwaardig. Voor de door de verdediging opgeworpen stelling dat sprake zou zijn van onderlinge afstemming of boos opzet om verdachte een hak te zetten, heeft de rechtbank geen enkele aanwijzing gevonden. De aangevers hebben ieder voor zich aangegeven dat hun beweegreden voor de aangifte slechts gegrond is op angst dat hun halfzusje, verdachtes dochter, hetzelfde wordt aangedaan.
De rechtbank ziet geen reden om aan de oprechtheid van de aangevers te twijfelen. De rechtbank acht de verklaringen alle betrouwbaar en bruikbaar voor het bewijs.
De rechtbank constateert dat de verklaringen van aangevers worden ondersteund door feiten en omstandigheden die uit meerdere andere bewijsmiddelen blijken. Uit de stukken komt naar voren dat verdachte een sterke preoccupatie met seks heeft – hetgeen verdachte overigens niet heeft ontkend. Zo verklaren verschillende getuigen, ook personen met wie verdachte slechts zakelijk omging, dat verdachte in vrijwel al zijn gesprekken en sms-berichten over seksuele onderwerpen sprak. De huidige partner van verdachte en zijn ex-partner hebben verklaard dat verdachte een op pijpen en anale seks gerichte seksuele voorkeur heeft. Door verdachtes ex-partner is verder verklaard dat zij sms-berichten in de telefoon van verdachte aantrof waarin seksuele fantasieën over de aangevers werden beschreven. Verdachte heeft erkend dat hij dit soort fantasieën had over zijn stiefzoons en dat hij deze in sms-berichten verwoordde. Verdachte heeft verder aangegeven dat hij in de door de aangevers benoemde periodes steeds in dezelfde woning als de aangevers woonachtig was dan wel dat hij daar met grote regelmaat verbleef. Hij heeft ook bevestigd dat hij de aangevers, ieder afzonderlijk, verschillende malen meenam op nationale en internationale transportritten. Verder is door [getuige] , een vriend van [slachtoffer 2] , verklaard dat [slachtoffer 2] een aantal jaren eerder hevig emotioneel werd toen hij [getuige] in vertrouwen nam over het seksuele misbruik door verdachte.
De rechtbank is, op grond van de aangiftes en het hiervoor besproken en hierna opgenomen ondersteunende bewijsmateriaal, tot de overtuiging gekomen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan. De overeenkomsten tussen de verklaringen van de aangevers, waaruit blijkt van vergelijkbare seksuele handelingen door verdachte ten aanzien van het misbruik, en daarnaast het feit dat de aangiftes op punten zoals de intensiteit en de duur van het misbruik juist sterk verschillen, sterken de rechtbank in haar overtuiging.
De rechtbank past bij de beoordeling van het onder 1. primair, 2. primair, 3. primair, 4. en 5. ten laste gelegde de volgende bewijsmiddelen toe.
1. De door verdachte op de terechtzitting van 30 oktober 2015 afgelegde verklaring, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In februari van 2002 is [naam 1] met [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] bij mij ingetrokken op [adres 1] in [pleegplaats] . [slachtoffer 1] kwam eens in de veertien dagen langs. In 2003 kwam hij bij ons inwonen. We waren een gezin. In 2008 ging [naam 1] op [adres 2] wonen. Ik kwam daar regelmatig. De kinderen kwamen rond het avondeten thuis. Ik at daar ook wel. Ook op [adres 3] kwam ik vaak. [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] waren niet weerbaar. [slachtoffer 1] was dat wel iets meer.
2. De inhoud van een zaaksdossier, OPS-dossiernummer PL0100-2015113277, gesloten op 14 september 2015, bestaande uit diverse processen-verbaal waaronder:
2.1.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-7, d.d. 13 mei 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van [slachtoffer 1] , [geboortdatum slachtoffer 1] :
V = vraag verbalisant
A = antwoord
Na de scheiding ben ik bij mijn vader, [naam 2] , blijven wonen. Mijn broertjes en moeder zijn verhuisd naar [verdachte] in [pleegplaats] . Ik ben daar één tot anderhalf jaar blijven wonen. Ik moest toen van mijn moeder bij haar komen wonen. Ik weet dat dat onder druk van [verdachte] is gebeurd.
Het is begonnen toen ik een keer met hem mee geweest ben in zijn vrachtwagen. Ik moet toen een jaar of 9 of 10 jaar geweest zijn. Toen ben ik met hem mee geweest op een rit naar het buitenland. Hij vroeg of ik mij wel eens afgetrokken had. Ik wist daar op dat moment nog niks van. Toen we die nacht zijn gaan slapen, heeft hij mij laten zien wat aftrekken is. Dat vond ik heel interessant.
V: Voor welk bedrijf reed [verdachte] toen?
A: Dat bedrijf heet [bedrijfsnaam 1] ergens uit het zuiden van het land. Het bedrijf bestaat niet meer. Dit was zijn laatste rit. Daarom weet ik dat nog.
Wat ik nog weet zat er een stapelbed in. Ik sliep boven, hij beneden. Toen heeft hij de lamp aan gedaan. Via het open gedeelte kon ik hem zien liggen. Toen heb ik hem gezien terwijl zich aftrok en klaarkwam zeg maar.
V: Gebeurde er daarna nog iets?
A: Nee volgens mij niet. Hij deed het licht uit en we zijn gaan slapen.
Toen is er een paar weken helemaal niks gebeurd. Toen een maand later heeft hij mij een keer naar bed gebracht. Hij vroeg mij of ik het ook al een keer geprobeerd had. Toen heeft hij mij afgetrokken. In het begin was dat niet bij hem. Op een gegeven moment was het over en weer. Dus bij beiden. Nog een paar weken later kwam daarbij ook orale seks bij van beide kanten. Na een jaar of anderhalf hield het wat op. Misschien omdat ik toen veel weg was. Ik
denk dat dit beetje mijn verhaal is. Waarschijnlijk is het na mij over gegaan naar mijn broertjes. Het gebeurde 1 of 2 keer in de week op een avond. Het was altijd met het naar bed brengen.
V: Waar stopte die orale seks?
A: Het stopte wanneer je klaar was gekomen. Dat kan [verdachte] maar ook ik zijn geweest.
V: Was er toen bij jou ook sperma?
A: Ja. In het begin niet maar aan het einde was er wel sperma bij mij. De eerste keren dat er orale seks met mij werd gedaan door [verdachte] , was er geen sperma. In het laatst was er wel sperma en kwam ik wel klaar.
V: Hoe oud ben je, wanneer de orale seks begint?
A: Het zal rond 10 of 11 jaar oud zijn geweest. Ik denk dat ik 11 jaar oud was. Ik schat dat zo in omdat het omstreeks mijn 9 jarige leeftijd was begonnen.
V: Hoe oud ben als het helemaal stopt?
A: Ik schat rond mijn 11 of 12 jarige leeftijd. Toen ik 12 was, was ik al veel weg en was bezig met paarden. Ik was toen al veel van huis.
V: Waar kwam het initiatief vandaan dat het steeds gebeurde.
A: In eerste instantie van [verdachte] . Later is het wel gebeurd dat het ook van mijn kant is gekomen. Het kan wel zo zijn dat ik ook een keer aan [verdachte] heb gevraagd van: “kom
je boven.” Er werden daarna door [verdachte] en mij seksuele handelingen gedaan. Op mijn
leeftijd was het, zoals ik er nu naar kijk, uit nieuwsgierigheid.
2.2.
een geschrift, zijnde een door een schrijftolk uitgeschreven woordelijk verslag van de audiovisuele opname van een studioverhoor van [slachtoffer 2] , [geboortedatum slachtoffer 2]
, VSNR: 20151153277-1, d.d. 9 september 2015 opgemaakt, voor zover inhoudende:
[verdachte] heeft aan mij gezeten. Dingen gedaan die echt niet kunnen.
V: Wanneer heeft dat plaatsgevonden?
A: Sinds een jaar, anderhalf jaar nadat ik in [pleegplaats] ben gaan wonen. Het is gestopt nadat ik daar ben weggegaan, op mijn zeventiende verjaardag.
V: Hoe vaak heeft het misbruik plaatsgevonden?
A: De ene keer 4-5 keer per week. Dan een hele week niet, dan weer 7 dagen in de week.
V: Waar hebben die dingen plaatsgevonden?
A: In ons oude huis. [adres 1] , [pleegplaats] , eerst. En [adres 2] . En daarna [adres 3] , [pleegplaats] . Maar het gebeurde ook wel als we op ritjes waren met zijn bedrijfsauto. Ik wou nooit mee, maar dan zei mijn moeder: 'ga nou gewoon mee', en dan zei hij: 'ja, ga nou gewoon mee, doe eens wat'. Zo kreeg hij mij toch altijd weer mee in die auto. Naar Roemenië, Polen, dat soort kanten op.
V: Sinds wanneer ben je hier over gaan praten? Wanneer was dat voor de eerste keer?
A: Twee jaar terug, aan [getuige] . Dat is de eerste en ook de enige keer dat ik erover gepraat heb.
V: Wat bedoel je precies met 'aan jou zitten'?
A: Ik weet niet echt hoe ik dit moet vertellen en hoe.. hoe.. [emotioneel]
V: Schrijf het eens voor mij op.
- [slachtoffer 2] begint met schrijven -
V: Jij hebt opgeschreven: 'daar bedoel ik mee dat ik aan zijn piemel moest zitten. En dat hij aan die van mij, met handen of met mond'. Heb ik dat goed voorgelezen?
- [slachtoffer 2] knikt ja -
V: Wiens handen en mond bedoel jij?
A: Zijne en mijne.
V: Je hebt nog een paar zinnen opgeschreven. Ik zal het voorlezen: 'dat zijn piemel in mijn kont moest, twee keer. En dat deed echt pijn. En toen zou hij dat niet meer doen. En toen kwam die met massageolie en toen moest ik mij niet zo aanstellen.'
- [slachtoffer 2] huilt -
A: Dat het geen pijn zou doen, zei die.
V: Wie moest aan wiens piemel zitten?
A: Dat verschilde, de ene keer ik aan die van hem en de andere keer wou die aan die van mij zitten.
V: Hoe weet je dat het anderhalf tot 2 jaar nadat hij in het gezin kwam, is begonnen?
A: Omdat ik [verdachte] niet anders ken dan zo. En omdat we eerst in een chalet hebben gewoond, en daar heeft het niet plaatsgevonden. En sinds we in dat nieuwe huis zijn gaan wonen, daar, sinds dat huis. Sindsdien is het aan de gang.
Als we in de vakanties weg waren, maakt niet uit waar we heen waren, in de vakanties was het ook raak.
V: Waar vond dit eerste, dat aan de piemel van elkaar voelen, plaats?
A: Nou thuis. [adres 1] . Op de slaapkamer. Ik had een stapelbed, mijn broertje sliep onder mij. We zaten op het onderste bed.
V: Wie waren er dan bij.
A: Niemand. Alleen [verdachte] . Hij kwam alleen aan mij te zitten en later moest ik ook steeds meer aan hem zitten, zeg maar. Hij pakte mijn hand met zijn hand, trok naar zichzelf toe en dan moest ik maar door gaan. Zodat ik hem dan op zijn piemel.. ik moest gewoon mijn hand bewegen.
V: Hoe stopte dat soort dingen?
A: Als die klaar was. Als het spul eruit is.
V: Wat deed hij bij jou?
A: Dan pakt die mijn piemel gewoon vast. Maar in die tijd kon ik hem niet eens omhoog krijgen. Dat zie ik nu in dan, maar toen niet, maar op de 1 of andere manier vindt die dat lekker denk ik. De ene dag ging die heen en weer en dan ging zijn mond erop.
V: Op welke andere plekken hebben deze dingen plaatsgevonden?
A: In de douche. Op het randje van het bad.
Ik heb het heel lang normaal gevonden. Ik dacht dat het normaal was. Ik heb vanaf mijn 14e, 15e er nachten wakker van gelegen en gehuild. Verdriet. Angst.
V: [adres 2] .
A: Ook douche, mijn kamer, zijn kamer, zolder. Daar begon het hele andere verhaal. Dat hij het ging proberen om… op een andere manier te doen, wat mij te veel zeer deed. En toen zou hij dat niet meer doen. En later op [adres 3] is hij daarmee verder gegaan. Met zijn massageolie en moest ik mij niet zo aanstellen.
V: Zijn piemel in jouw kont, hoe vaak is dat gebeurd?
A: Twee keer toen het echt pijn deed. Toen zou hij ermee stoppen, zou hij het nooit weer doen. Later met die massageolie moest ik mij niet aanstellen. En is het wel vaker gebeurd.
V: De eerste keer, kan je je dat nog herinneren?
A: Ja. [adres 2] , de tweede woning. In de douche. Ik was aan het douchen. Hij kwam er bij. Ook hij had zich uitgekleed. Hij begon aan mij te zitten. Zei: draai je even om. Toen moest ik aan die van hem zitten. Toen probeerde die het en deed me te veel zeer.
V: Wat voelde je precies?
A: Angst, pijn. Mijn kont. Totdat het mij zo'n pijn deed dat ik wegging. Het zat er helemaal in. Het echt heel zeer deed. Dat ik het niet wou. Toen ben ik onder de douche weggegaan. Ben ik mijn hengels gaan pakken en vissen.
V: Oké dit is dan de eerste keer.
A: Ja. Twee keer dat het mij echt te zeer deed. En daarna is die overgegaan met die massageolie. Dat wou die wel vaker. Op de [adres 3] . [merk] of zo. Zo'n paarse tube. Op mijn slaapkamer.
V: Hoe ging het?
A: Ik was aan het vissen en word de hele tijd ge-sms't en gebeld. 'Kom je naar huis?' 'Alsjeblieft?' 'Kom nou'. Toen ben ik naar huis gegaan omdat ik moest. Toen moest ik op mijn knietjes zitten op mijn bed. Ik zei: ' [verdachte] , je zou het niet meer doen'. - 'ja dit doet geen pijn'. Dat deed het wel. De massageolie stopte die op zijn piemel. En toen ging die in mij. Heen en weer. Dat het mij zoveel pijn deed, dat ik opsprong. Mijn broek omhoog deed, van: nou is het klaar. En dan was het voor hem ook weer even klaar. Ik zeg: 'ik ga vissen'. Dan zei hij: 'dat is goed'.
V: En op andere plekken?
A: Douche, mijn moeders kamer en die van hem.
V: We hebben het ook gehad over ritjes in de bestelauto.
A: Dan zei mijn moeder: 'ga nou mee, dat is gezellig'. En dan werd ik van twee kanten gedwongen om weer mee te gaan. Ritjes naar [plaats 1] , Polen, Roemenië. Soms een paar dagen, soms een paar uur. Het waren van die busjes. Dat we gewoon in de auto zitten, maakt niet uit of we op de snelweg zitten, ik moet gewoon aan hem zitten, met mijn hand. Onder het rijden. Hij pakt je hand en legt die erop. Zo gaat dat.
De ene keer sliepen we in de auto, de andere keer in een hotel. Dan ging het ook fout. Moest het ook allemaal weer gebeuren.
En het sms'en hé. Altijd, altijd. Gewoon altijd moest ik thuis komen of wat dan ook. Hij controleerde altijd onze telefoons. Het enigste dat die deed was controleren of ik wel zijn berichtjes had verwijderd.
V: Waar ben je dan, als je ge-sms't wordt?
A: Aan het water. Vissen. 'Ik heb zin'. 'Ik wil je'. 'Kom, alsjeblieft'. En dan smeken en zielig doen.
V: Waar waren de gezinsleden als jij thuis moest komen?
A: Als mijn moeder beneden aan het koken is, en ik ben zogenaamd mijn kamer aan het opruimen. En hij komt zogenaamd mijn kamer controleren. dat soort dingen.
Ik krijg huisarrest, was altijd zo en zo lang omdat je dit en dit hebt gedaan. 'Je blijft op je kamer en ik neem vrij en ik houd je in de gaten'. En ondertussen wil hij gewoon de hele week meer dingen doen, als ik huisarrest had.
V: Waar was je moeder dan?
A: Meestal aan het werk.
V: Heb je met hulpverleners gesproken over wat er aan de hand was?
A: Bij [instantie] wou ik dat doen. Toen ik in [plaats 2] woonde, vanaf mijn zeventiende. Maar toen ik naar [instantie] ging, moest per se [verdachte] naar elk gesprek mee en er bij zitten. Hij kwam speciaal uit [plaats 3] naar [plaats 2] toe, om elke keer mij op te halen om naar dat gesprek te gaan.
V: Hoe wist [verdachte] dat jij die afspraken had?
A: Via mijn moeder.
En hij deed altijd het woord. Hij wist beter wat er met mij aan de hand was dan ikzelf, zeg maar. Ik kan niet praten als er iemand bij zit, ik kan dat gewoon niet. Hij zat er altijd bij.
V: Hoe kwam dat?
A: Omdat hij dat wou. Hij krijgt het altijd zo voor elkaar met zijn praatje dat dat lukt. Hij heeft zulke praatjes dat, dat… met alles.
V: Waarom doe je aangifte?
A: Ik wil het afsluiten. Maar het is toch echt mijn zusje. Omdat ik bang ben dat die het ook bij haar gedaan heeft. Ik heb haar vroeger altijd in veiligheid gesteld met vissen. En dat kan niet meer, dus moet ik haar op een andere manier in veiligheid brengen. Zij heeft dezelfde problemen als wij vroeger hadden. Bed plassen, niet in slaap kunnen komen. Dat hadden wij ook allemaal. Zij heeft precies hetzelfde dat wij al die jaren hebben gehad. Als ze een weekend bij hem is geweest. Dat beangstigt mij wel.
2.3.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer 2015113277, d.d. 12 september 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door een daartoe bevoegde opsporingsambtenaar, betreffende een woordelijk verslag van de audiovisuele opname van een studioverhoor van [slachtoffer 3] , [geboortedatum slachtoffer 3] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
[verdachte] is een tijd weggeweest. Ongeveer in september 2008 kwam hij terug. Na een maandje is het ongeveer begonnen.
V: Hoe vaak is het gebeurd tussen [verdachte] en jou?
A: Dat was heel verschillend. Dan per week twee keer, dan een maand of twee maanden niet, dan weer één, twee of drie keer per week. Mijn moeder zat vaak wel beneden maar meestal was er niemand thuis.
V: Wanneer is de laatste keer geweest?
Dit moet zeg maar 1,5 jaar zijn geweest.
V: Waar is het gebeurd?
A: In mijn eigen bed. Als ik op bed ging, dan kreeg ik een app'je. Dit was op [adres 2] . Het is ook één of twee keer gebeurd in een hotel. [verdachte] had vroeger een eigen bedrijf, kerstpakketjes werden rondgebracht door heel Nederland.
De laatste keer was op de [adres 3] . Toen kreeg ik weer allemaal app'jes, daar stond in: ik kom er zo aan, lig je al klaar, dat soort dingen. Dan komt hij naar boven lopen en dan zit hij aan je geslachtsdeel en dan laat hij je klaarkomen.
De laatste keer was ietsje anders want wou hij dat ik aan hem zat, wou hij in mij, toen ben ik heel boos geworden en is hij weggelopen.
Hij komt op zijn hurken naast het bed zitten. Dan gaat hij met zijn hand onder de dekens. Dan pakt die mijn geslachtsdeel vast. Met zijn hand gaat die in mijn onderbroek zitten. Soms deed die 'em naar beneden, soms ging hij alleen met zijn hand er in. Dan gaat hij er aan zitten bewegen. Hij gaat er aan rukken, zeg maar. Soms ging hij met zijn mond er omheen. En dan laat hij je klaarkomen. En die laatste keer deed hij zijn broek ook los en wou hij dat ik ook aan hem zat, en dat wou ik niet. En toen ging hij me belachelijk maken. Watje, waarom niet. En toen wou hij hem in mij doen. Toen werd ik boos. Toen begon hij met een grapje en toen is hij weggegaan.
V: Wat gebeurde er precies die laatste keer.
A: Toen wou hij dat ik ook aan hem zat. Hij deed zijn broek los en zei: 'nu is het jouw beurt'.
V: Heb je er toen aan gezeten?
A: Eerst wel.
V: Hoe weet je wat je moet doen? Je bent twaalf jaar.
A: Ik denk hetzelfde als wat hij bij mij deed.
V: Kun je je herinneren wat je gezegd of gedaan hebt, want daarna stopte het, hé?
A: Ja. Dat ik boos werd. Flikker op en als je nu niet weggaat, ga ik naar mijn moeder of zoiets, dat kan ik mij nog herinneren.
V: Hoe ging dat met de mond?
A: Dan deed hij je velletje naar achteren en dan gaat die met z'n mond en dan zuigt die je.
V: Hoe vaak was dat?
A: Dat zou ik zo niet weten.
V: Was het dan steeds, met de mond er bij?
A: Niet steeds nee.
V: Wat is dan het vaakste gebeurd?
A: Mij laten klaarkomen.
V: Is [verdachte] wel eens klaargekomen?
A: Niet dat ik mij herinner.
V: Is het ook andersom geweest, zijn geslachtsdeel in [jouw] mond?
A: Nee. Ik weet niet of het moest, maar ik heb het nooit gedaan.
V: Mocht je erover praten van [verdachte] ?
A: Dat blijft tussen ons, niemand hoeft het te weten. Hij wist het op zo'n manier te brengen dat je dat niet deed. Het werd een soort van normaal. Net zoals je 's ochtends ontbijt, bij wijze van. Net zoals je twee keer in de week gaat voetballen. Op een gegeven moment wordt dat normaal.
V: Wanneer was het moment dat het niet meer normaal was?
A: Ik had het achter me gelaten. Op een gegeven moment is mijn broer er mee gekomen en begin je erover na te denken weer. Besef je eigenlijk dat het niet hoort en niet klopt. We moeten dit wel voor [naam 3] doen. [naam 3] loopt daar nog steeds rond. En zodoende zit ik hier. Misschien zijn we te laat. Misschien op tijd. Ze laat er niks over los.
2.4.
een geschrift, zijnde een Indicatiebesluit Jeugdzorg, d.d. 11 maart 2009 opgemaakt, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
[slachtoffer 3] kan ontzettend verdrietig worden, gaat huilen en is de last na zo'n huilbui lang niet altijd kwijt. Hij kan intens verdrietig zijn. [slachtoffer 3] verkeert graag in de omgeving van zijn moeder. Hij is heel angstig en dit is te merken aan dat hij soms letterlijk trillend op de bank zat en dat hij het liefst zo dicht mogelijk bij moeder in de buurt is. Bij haar voelt hij zich veilig. Een andere manier waaraan te merken is dat [slachtoffer 3] zich angstig voelt, is dat hij slecht slaapt. Wanneer hij bang is, durft hij niet in te slapen. Hierdoor is hij veel moe.
2.5.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-8, d.d. 22 mei 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van [naam 1] :
De kinderen hadden angst voor [verdachte] . Hij had de jongens altijd onder druk. De jongens moesten naar hem luisteren, hij bepaalde alles. [verdachte] vernederde mijn jongens. Aan de andere kant zag ik ook hoe ze hun veiligheid bij hem zochten. [verdachte] wist ze ook altijd weer op zijn hand te krijgen, wist ze voor zich te winnen.
[verdachte] had op alles commentaar. Je stond altijd onder spanning.
V: Wie bracht de kinderen naar bed?
A: Volgens mij hebben we ze beiden wel naar bed gebracht.
V: Hoe was jullie seksuele relatie?
A: [verdachte] stond er mee op en ging er mee neer. Ik kon geen sms-bericht openen of het ging over seks. Je kon niet boven komen om een trui te pakken of hij lag zich al weer af te rukken.
Het liefst was het oraal wat hij prefereerde.
Februari 2002: kwam ik met de jongste twee bij [verdachte] inwonen, [adres 1] te [pleegplaats] . [slachtoffer 1] kwam ongeveer een maand later bij ons in wonen.
Januari 2008: ben ik met de jongens en [naam 3] op [adres 2] gaan wonen. Eind 2008 komt [verdachte] 2008 weer in beeld en kregen wij daar weer een relatie. De woning van [verdachte] is toen verkocht.
Februari 2009: zijn we op [adres 3] gaan wonen.
Het ging niet goed met [naam 3] . Ze plaste op bed, had hoofdpijn, sliep slecht en was misselijk. [slachtoffer 1] vroeg mij of ik het wel vertrouwde dat [naam 3] bij [verdachte] kwam. Ik kreeg een appje van [slachtoffer 1] waarin stond dat als [verdachte] hem naar bed bracht, het niet alleen bij het naar bed brengen bleef. Ik vroeg [slachtoffer 1] of hij wilde informeren bij [slachtoffer 3] of [slachtoffer 3] ook slachtoffer was. Ik kreeg een appje terug van [slachtoffer 1] : ' [slachtoffer 3] ook'. Ik appte [slachtoffer 2] om bij mij langs te komen. Ik vertelde hem over [slachtoffer 1] en [slachtoffer 3] en vroeg hoe het bij hem zat. Ik zag een hele andere jongen, een gebroken jongen die in elkaar zakte. Hij zei tegen mij: 'ik ook'.
2.6.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-8, d.d. 19 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van [naam 1] :
Ik weet wel dat [verdachte] altijd het liefst anale seks had. [verdachte] bleef daarover doorzeuren, uiteindelijk stem je dan maar eens in.
Ook stelde [verdachte] mij veelvuldig voor om een triootje te doen met [naam 4] , zijn beste vriend. [naam 4] vertelde mij dat [verdachte] hem dat ook had gevraagd.
[verdachte] vroeg mij eens of ik seks met mijn jongens had. Wij waren toen uit elkaar en [verdachte] vroeg mij of ik seks met [slachtoffer 1] had; een vrouw had ook wat nodig.
Ook heb ik twee sms'jes gelezen en aangetroffen in de GSM van [verdachte] , in de concepten. Daarin een bericht waarin [verdachte] beschreef dat ik samen met hem seks had met [slachtoffer 3] en het andere bericht betrof [slachtoffer 2] , in het schuurtje van [naam 5] . Toen ik [verdachte] hiermee confronteerde, zei hij dat het een fantasie van hem was.
2.7.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-25, d.d. 10 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van [getuige] :
Ongeveer twee jaar geleden waren we aan het nachtvissen. We praatten over dingen die ons dwarszaten. We hadden een diepgaand gesprek. Toen kwam dat ter sprake over zijn stiefvader. [slachtoffer 2] zat helemaal te shaken. Hij was bang. Zo ken ik hem helemaal niet. Hij vertelde wat er gebeurd was en dat hij vermoedens had dat zijn stiefvader nu zijn broertje zou misbruiken. Ik weet nog dat hij vertelde dat het over een langere periode was gebeurd. Het was geen eenmalige gebeurtenis.
V: Wat vertelde hij precies?
A: Dat zijn stiefvader hem langere tijd seksueel misbruikt had. Dat het jaren aan de gang was.
2.8.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-49, d.d. 23 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van [naam 6] :
[verdachte] had het altijd over seks. In elk gesprek, zelfs zakelijk.
Ik vond de jongens altijd zielig als ik hen zag. Het leek wel alsof ze bang waren voor [verdachte] . Ik had het idee dat als [verdachte] en [slachtoffer 3] in één ruimte waren met mij, [slachtoffer 3] zich letterlijk achter mij verschool. [slachtoffer 2] vertelde mij dat hij thuis geen rust kreeg.
V: Gingen de kinderen wel eens mee op de auto met [verdachte] ?
A: Vaak. [slachtoffer 2] het vaakst. In de periode dat er kerstpakketten werden rondgebracht door ons is [slachtoffer 2] heel vaak mee geweest. Alle boeren die waren aangesloten bij de [bedrijfsnaam 2] kregen een kerstpakket. In die periode ging hij vrijwel dagelijks met [verdachte] mee.
2.9.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-23, d.d. 9 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
Ik reed voor [bedrijfsnaam 1] . Ik heb ook voor mijzelf gereden. Ik had drie vrachtauto's lopen. Als ik onderweg was in Europa, was ik vaak twee á drie weken weg.
2.10.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-33, d.d. 11 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
V: In de vrachtauto, hoe ziet de slaapcabine er uit?
A: Twee bedden, één boven en één beneden. Chauffeurs slapen beneden, passagiers boven.
V: Uit onderzoek blijkt dat [slachtoffer 1] ook mee is geweest op de vrachtwagen.
A: Dat zal vast. Het was veel plezier en lol. Hij zal wel vakantie hebben gehad.
V: Hoe oud was [slachtoffer 1] toen hij voor het eerst met jou meeging?
A: 2001 of 2002. Ik denk op buitenlandse ritten.
V: [slachtoffer 1] weet dat nog zo goed omdat dit jouw laatste rit voor [bedrijfsnaam 1] was.
A: Dan zou ik een koppelrit hebben gereden. Ik weet dat ik een trekker van [bedrijfsnaam 1] heb gehuurd. Een koppelrit deed de firma [bedrijfsnaam 1] veel. Wij reden naar [plaats 4] , daar pakten wij een trailer uit [plaats 5] om terug te rijden.
2.11.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-35, d.d. 11 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
V: [slachtoffer 2] geeft aan dat hij met jou met ritjes mee geweest is naar Roemenië en Polen.
A: Dat klopt wel.
2.12.
een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL0100-2015113277-48, d.d. 22 juni 2015 opgemaakt in wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
V: Uit de verklaring van [naam 1] blijkt dat jij aan haar gevraagd hebt of zij seks had met haar jongens.
A: Dat klopt. Als ik in het buitenland was, ik [naam 1] aan de lijn had en vroeg of ze ook seks met [slachtoffer 1] had gehad. Die jongens werden volwassener.
V: [naam 1] heeft verklaard over een concept-sms, niet verzonden op jouw mobiel.
A: Ik beleefde dat gewoon en wilde dat van mij afschrijven. Ik schreef dan in mijn telefoon teksten die door mijn hoofd heen gingen, zoals dat [naam 1] met [slachtoffer 1] of [slachtoffer 2] onder de douche ging en daarna met elkaar in bed belandden. Dat soort dingen.

Redengeving bewezenverklaring

De rechtbank acht de in de bewijsmiddelen genoemde feiten en omstandigheden redengevend voor hetgeen hierna bewezen is verklaard. Op grond daarvan heeft de rechtbank de overtuiging bekomen dat verdachte het hierna bewezen verklaarde heeft begaan. Ieder bewijsmiddel is - ook in onderdelen - slechts gebruikt voor het bewijs van het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het onder 1. primair, 2. primair, 3. primair, 4. en 5. ten laste gelegde bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij in de periode van 1 januari 2002 tot 10 augustus 2004, te [pleegplaats] , meermalen, telkens met [slachtoffer 1] , [geboortdatum slachtoffer 1] , die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , welke handelingen bestonden uit het:
- aftrekken van de penis van die [slachtoffer 1] en
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 1] en
- zich laten aftrekken van de penis van verdachte door die [slachtoffer 1] en
- het in de mond van die [slachtoffer 1] brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 1] );
2.
hij in de periode van 1 februari 2003 tot 9 december 2006, te [pleegplaats] , en in Roemenië en Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, telkens met [slachtoffer 2] , [geboortedatum slachtoffer 2] , die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die
[slachtoffer 2] , welke handelingen bestonden uit het:
- aftrekken van de penis van die [slachtoffer 2] en
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en
- zich laten aftrekken van de penis van verdachte door die [slachtoffer 2] en
- het in de mond van die [slachtoffer 2] brengen van verdachtes penis (zich
laten pijpen door die [slachtoffer 2] );
3.
hij in de periode van 9 december 2006 tot 9 december 2010, te [pleegplaats] , en in Roemenië en Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen, telkens met [slachtoffer 2] ( [geboortedatum slachtoffer 2] ), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] , bestaande uit het:
- aftrekken van de penis van die [slachtoffer 2] en
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en
- zich laten aftrekken van de penis van verdachte door die [slachtoffer 2] en
- het in de mond van die [slachtoffer 2] brengen van verdachtes penis (zich laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2] ;
4.
hij in de periode van 9 december 2010 tot 9 december 2011, te [pleegplaats] en in Roemenië en Polen tijdens buitenlandse ritten met een bedrijfsauto, meermalen telkens ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind [slachtoffer 2] , [geboortedatum slachtoffer 2] , bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken, althans aanraken van de penis van die [slachtoffer 2] en
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 2] en
- zich laten aftrekken van de penis van verdachte door die [slachtoffer 2] en
- het in de mond van die [slachtoffer 2] brengen van verdachtes penis (zich laten pijpen door die [slachtoffer 2] ) en
- het door verdachte met zijn penis anaal penetreren van die [slachtoffer 2] ;
5.
hij in de periode van 1 oktober 2008 tot 30 april 2010, te [pleegplaats] en tijdens ritten met een bedrijfsauto in Nederland, meermalen telkens ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind [slachtoffer 3] , [geboortedatum slachtoffer 3] , bestaande die ontucht uit het:
- aftrekken van de penis van die [slachtoffer 3] en
- zich laten aftrekken van de penis van verdachte door die [slachtoffer 3] en
- in de mond nemen van de penis (pijpen) van die [slachtoffer 3] .
De verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
1. primair: Met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd.
2. primair: Met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd.
3. primair: Met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd.
4. Ontucht gepleegd met een aan zijn zorg toevertrouwde minderjarige, meermalen gepleegd.
5. Ontucht gepleegd met een aan zijn zorg toevertrouwde minderjarige, meermalen gepleegd.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek op de terechtzitting en de over hem door psychiater Kemperman, psycholoog Van Heteren en Reclassering Nederland opgemaakte rapportages, het verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de raadsman.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft jarenlang drie aan zijn zorg toevertrouwde kinderen vanaf jonge leeftijd op verschillende manieren seksueel misbruikt. Verdachte heeft de slachtoffers hierdoor niet alleen een onbezorgde jeugd ontnomen, maar hen ook ernstige psychische en emotionele schade toegebracht waardoor zij ernstig zijn beschadigd. De rechtbank rekent verdachte de nietsontziende wijze waarop hij zijn stiefkinderen voor zijn eigen seksuele gerief heeft gebruikt zwaar aan. Verdachte heeft consequent geweigerd de verantwoordelijkheid te nemen voor zijn daden. Het is algemeen bekend dat het verwerkingsproces voor slachtoffers bij feiten als deze gebaat is bij erkenning door de dader. De rechtbank weegt daarom verdachtes houding ter terechtzitting mee bij het bepalen van de straf.
Voor ernstige feiten als deze is, mede gelet op de lange duur en frequentie alsmede de kwetsbare positie van de slachtoffers, een vrijheidsstraf van aanzienlijke duur de enige passende sanctie. In de over verdachte opgemaakte rapportages leest de rechtbank geen strafverminderende omstandigheden. Het strafblad van verdachte bevat geen voor deze zaak relevante feiten en zal daarom niet in zijn voor- of nadeel worden meegewogen. De door de deskundigen gesuggereerde ambulante behandeling binnen een voorwaardelijk strafdeel zal de rechtbank niet opleggen. Verdachte is reeds jarenlang vrijwillig in behandeling voor zijn psychische problematiek waardoor er geen noodzaak bestaat voor een verplicht kader.
Alles afwegend is de rechtbank van oordeel dat alleen door oplegging van de - door de officier van justitie geëiste - onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vier jaren recht kan worden gedaan aan de ernst van de feiten.

Benadeelde partijen

Vooropgesteld wordt dat de hoogte van een immateriële schadevergoeding conform artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek (BW) naar billijkheid dient te worden vastgesteld, waarbij rekening moet worden gehouden met alle omstandigheden van het geval, in het bijzonder de aard en de ernst van de inbreuk en de gevolgen daarvan voor het slachtoffer. De rechtbank neemt als relevante omstandigheden in aanmerking de lange periode waarin het misbruik heeft plaatsgevonden, het overwicht dat verdachte had op zijn stiefzonen vanwege zijn dominerende rol binnen het gezin en de agressie waaraan verdachte naar eigen zeggen zijn stiefzonen heeft blootgesteld. Alle voornoemde omstandigheden in aanmerking nemend, komt de rechtbank naar billijkheid tot de volgende bedragen.
[slachtoffer 1]heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door hem geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 1. primair ten laste gelegde en bewezen verklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze aan hem als een gevolg van zijn handelen kan worden toegerekend. De rechtbank acht de vordering, die niet dan wel onvoldoende door verdachte en diens raadsman is weersproken, derhalve gegrond en voor toewijzing vatbaar.
[slachtoffer 2]heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door hem geleden schade ten gevolge van de aan verdachte onder 2. primair, 3. primair en 4. ten laste gelegde en bewezen verklaarde feiten alsmede de gronden waarop deze berust.
Naar het oordeel van de rechtbank is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door het bewezen verklaarde rechtstreeks schade is toegebracht, die de rechtbank in redelijkheid en billijkheid vaststelt op € 15.000,00. De rechtbank zal de vordering dan ook tot dat bedrag toewijzen. Het overige gedeelte van de vordering van de benadeelde partij zal de rechtbank afwijzen.
Namens
[slachtoffer 3]is voor de aanvang van de terechtzitting het voorgeschreven formulier ingediend, bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door hem geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 5. ten laste gelegde en bewezen verklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust, waarmee [slachtoffer 3] als benadeelde partij in het strafproces is gevoegd.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze aan hem als een gevolg van zijn handelen kan worden toegerekend. De rechtbank acht de vordering, die niet dan wel onvoldoende door verdachte en diens raadsman is weersproken, derhalve gegrond en voor toewijzing vatbaar.
De rechtbank acht ten aanzien van de toegewezen vorderingen daarnaast telkens oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen nu verdachte jegens de benadeelde partijen naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 36f, 57, 244, 245 en 249 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

DE UITSPRAAK VAN DE RECHTBANK LUIDT:

Verklaart het onder 1. primair, 2. primair, 3. primair, 4. en 5. ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot:
Een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren.
Beveelt dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 6.000,00 (zegge: zesduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 april 2003.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer
[slachtoffer 1] , te betalen een bedrag van € 6.000,00 (zegge: zesduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 65 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
5 april 2003.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 1] , daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 15.000,00 (zegge: vijftienduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 juli 2007.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering voor het overige af.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 2] , te betalen een bedrag van € 15.000,00 (zegge: vijftienduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 110 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
5 juli 2007.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 2] , daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 6.000,00 (zegge: zesduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 juni 2009.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer
[slachtoffer 3] , te betalen een bedrag van € 6.000,00 (zegge: zesduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 65 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
15 juni 2009.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 3] , daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. Th.A. Wiersma, voorzitter, mr. M. Jansen en
mr. E.G.C. Groenendaal, rechters, bijgestaan door mr. J.C. Huizenga, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 13 november 2015.
Mr. Groenendaal is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
w.g.
Wiersma
VOOR EENSLUIDEND AFSCHRIFT
Jansen
de griffier van de rechtbank Noord-Nederland,
Huizenga
locatie Leeuwarden,