ECLI:NL:RBNNE:2015:4399
Rechtbank Noord-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechter wegens retourneren van processtukken en eerdere wrakingsverzoeken
In deze zaak hebben verzoekers [A] en [B] op 29 januari 2015 een verzoek tot wraking ingediend van mr. A. Fokkema, senior rechter in de afdeling privaatrecht van de Rechtbank Noord-Nederland, in een lopende procedure met zaaknummer 3390588 CV EXPL 14-12724. Dit verzoek volgde op een eerdere wraking op 9 januari 2015, die op 23 januari 2015 was behandeld. De aanleiding voor het wrakingsverzoek was een brief van de rechtbank waarin werd meegedeeld dat op 3 februari 2015 uitspraak zou worden gedaan. Tijdens de zitting van de wrakingskamer werd aan verzoekers uitgelegd dat deze brief enkel een mededeling was en dat het wrakingsverzoek ter zitting werd ingetrokken.
Nadat mr. Fokkema de datum voor het wijzen van vonnis had vastgesteld, hebben verzoekers stukken naar de griffie gestuurd, die op 28 januari 2015 aan hen zijn teruggezonden met de mededeling dat deze niet meer aan het procesdossier konden worden toegevoegd. Verzoekers hebben dit als grond gezien om mr. Fokkema te wraken. De wrakingskamer heeft echter geoordeeld dat de beslissing om de stukken niet aan het dossier toe te voegen een processuele beslissing is en niet wijst op vooringenomenheid van de rechter. De rechtbank benadrukt dat de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd moet zijn en dat het enkele feit dat verzoekers het niet eens zijn met de gang van zaken geen grond vormt voor de aanname van vooringenomenheid.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het wrakingsverzoek kennelijk niet-ontvankelijk is en dat verzoekers de bevoegdheid om een rechter te wraken meermalen hebben misbruikt. Daarom is besloten dat een volgend wrakingsverzoek van verzoekers in deze zaak niet in behandeling zal worden genomen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 19 februari 2015 en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.