ECLI:NL:RBNNE:2015:4122
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor het bereiden en dealen van GHB en amfetamine met vordering na voorwaardelijke veroordeling
Op 20 augustus 2015 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Leeuwarden uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het bereiden, verkopen en aanwezig hebben van grote hoeveelheden GHB en amfetamine. De verdachte, die in 2014 en 2015 handelde in deze drugs, werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. A. de Haan, terwijl het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. M. Kappeyne van de Coppello. Tijdens de zitting op 6 augustus 2015 werd de verdachte geconfronteerd met de tenlastelegging, die onder andere het opzettelijk aanwezig hebben van 2,748 gram amfetamine en 2945,88 gram GBL omvatte. De rechtbank achtte de tenlastelegging grotendeels bewezen, met uitzondering van het aanwezig hebben van GBL, waarvoor de verdachte werd ontslagen van rechtsvervolging. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet, en legde een gevangenisstraf op van 270 dagen, waarvan 147 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast werd de verdachte verplicht tot reclasseringstoezicht en klinische behandeling voor zijn verslavingsproblematiek. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de eerdere veroordelingen van de verdachte, wat leidde tot een zwaardere straf. Tevens werd een werkstraf van 200 uur opgelegd ter vervanging van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf.