ECLI:NL:RBNNE:2015:388

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
4 februari 2015
Publicatiedatum
2 februari 2015
Zaaknummer
3540696 CV EXPL 14-12513
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontheffing van veroordeling in verband met de verkoop van een omgekat voertuig

In deze zaak heeft de kantonrechter op 4 februari 2015 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tussen H.O.D.N. [A] (eiser in het verzet) en een besloten vennootschap (gedaagde in het verzet). De zaak betreft de verkoop van een Volkswagen Golf die later als omgekat voertuig werd aangemerkt. Eiser in het verzet had de auto op 12 januari 2012 gekocht van [C] en deze op dezelfde dag doorverkocht aan gedaagde in het verzet voor € 15.000,00. Na een verkeerscontrole op 3 januari 2014 werd de auto in beslag genomen omdat deze internationaal als gestolen geregistreerd stond. Gedaagde in het verzet heeft de koopovereenkomst ontbonden en vorderde terugbetaling van de koopprijs, wat leidde tot een verstekvonnis op 5 september 2014. Eiser in het verzet kwam tegen dit vonnis in verzet, stellende dat hij te goeder trouw was bij de aankoop en dat de overdracht van de auto rechtsgeldig was. De kantonrechter oordeelde dat er geen sprake was van een tekortkoming in de nakoming van de koopovereenkomst en dat de vordering van gedaagde in het verzet moest worden afgewezen. Gedaagde in het verzet werd veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaak-/rolnummer: 3540696 \ CV EXPL 14-12513

vonnis van de kantonrechter d.d. 4 februari 2015

inzake

[eiser in het verzet] H.O.D.N. [A],

gevestigd en kantoorhoudende te [plaats],
eiser in het verzet,
gemachtigde: mr. H. Dogan,
tegen
De besloten vennootschap
[gedaagde in het verzet],
gevestigd te [plaats],
gedaagde in het verzet,
gemachtigde: BJD Juridische diensten,
Partijen zullen hierna [eiser in het verzet] en [gedaagde in het verzet] worden genoemd.

Procesverloop

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de inleidende dagvaarding
- het verstekvonnis d.d. 5 september 2014
- de verzet dagvaarding
- de conclusie van antwoord in verzet
- de conclusie van repliek in verzet
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

Motivering

De feiten

2.1.
[eiser in het verzet] en [gedaagde in het verzet] houden zich beiden beroepsmatig bezig met (onder ander) de handel in (tweedehands) personenauto's. [eiser in het verzet] handelde eerder onder de naam [B].
2.2.
Op 12 januari 2012 heeft [eiser in het verzet] een Volkswagen Golf Hatchback Diesel voorzien van het kenteken [kenteken] (hierna: de auto) gekocht van [C] te [plaats]. [C] had de auto eveneens op 12 januari 2012 gekocht van [D] te [plaats]. [eiser in het verzet] heeft de auto op diezelfde dag doorverkocht aan [gedaagde in het verzet] voor
€ 15.000,00. De koopprijs is door [gedaagde in het verzet] voldaan en op 16 januari 2012 is [gedaagde in het verzet] door [eiser in het verzet] in het bezit gesteld van de auto. [gedaagde in het verzet] heeft op haar beurt de auto verkocht aan een particuliere derde.
2.3.
Op 3 januari 2014 is de auto na een verkeerscontrole in beslag genomen. De auto bleek een zogenaamd omgekat voertuig (met een vervalst voertuigidentificatienummer) dat internationaal als gestolen geregistreerd staat. Omdat het kentekenbewijs ongeldig is verklaard en geen nieuw kenteken voor de auto kon worden verkregen heeft de particuliere derde ontbinding van de koopovereenkomst ingeroepen, waarop [gedaagde in het verzet] aan hem de voor de auto betaalde koopprijs heeft terugbetaald.
2.4.
[gedaagde in het verzet] heeft vervolgens bij brief van 8 mei 2014 de ontbinding van de koopovereenkomst van 12 januari 2012 jegens [eiser in het verzet] ingeroepen en hem gesommeerd tot terugbetaling van de aankoopprijs, vermeerderd met gevolgschade en kosten.
2.5.
Bij de inleidende dagvaarding heeft [gedaagde in het verzet] gevorderd om voor recht te verklaren dat de overeenkomst tussen [gedaagde in het verzet] en [eiser in het verzet] inzake de Volkswagen is ontbonden. Voorts heeft hij gevorderd dat [eiser in het verzet] zal worden veroordeeld tot betaling van € 17.312,50 vermeerderd met rente en kosten.
2.6.
De vordering van [gedaagde in het verzet] is bij verstekvonnis van 5 september 2014 toegewezen.
2.7.
[eiser in het verzet] is tegen dat vonnis in verzet gekomen.
De vordering
3.1.
[eiser in het verzet] vordert dat hij wordt ontheven van de veroordeling tegen hem bij voornoemd verstekvonnis uitgesproken, met veroordeling van [gedaagde in het verzet] in de kosten van dit verzet.
3.2.
[eiser in het verzet] heeft aangevoerd dat een geldige overdracht van de gestolen auto heeft plaatsgevonden. Hij stelt dat hij ten tijde van de aankoop van de auto van [C] te goeder trouw was. Er is navraag gedaan bij de RDW en ook is een vrijwaringsverklaring overgelegd. De gestolen auto was destijds nog opgenomen in het systeem van de RDW en RDW was niet bekend met de diefstal. Hierdoor was de overdracht van de gestolen auto rechtsgeldig (artikel 3:86 lid 1 BW). Van een tekortkoming in de nakoming van de koopovereenkomst tussen partijen is geen sprake en [eiser in het verzet] acht zich niet gehouden tot terugbetaling van de koopprijs aan [gedaagde in het verzet]. [eiser in het verzet] heeft er op gewezen dat het kenteken van de auto weliswaar ongeldig is verklaard, maar dat de auto nog niet is gesloopt. [gedaagde in het verzet] heeft de auto naar [eiser in het verzet] teruggebracht, maar kan deze zo weer ophalen, aldus [eiser in het verzet]. [eiser in het verzet] heeft tot slot opgemerkt dat de rechtmatige eigenaar in Italië tot op heden de gestolen auto niet als zijn eigendom heeft opgeëist.
Het verweer
3.3.
[gedaagde in het verzet] heeft aan haar inleidende vordering ten grondslag gelegd dat [eiser in het verzet] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming zijn verplichtingen uit de koopovereenkomst, doordat een auto geleverd waarvan de historie (kilometerstand, schadeverleden) niet kan worden gegarandeerd en waarvoor door de RDW geen kenteken kan worden afgegeven, zodat niet meer met de auto kan worden deelgenomen aan het verkeer. Daarbij speelt tevens een rol dat de bestolene zich op elk moment tot [gedaagde in het verzet] zou kunnen wenden teneinde de eigendom van de auto op te eisen. [gedaagde in het verzet] beroept zich er op dat aan hem niet de onbelaste eigendom van de auto is overgedragen, omdat [eiser in het verzet] niet de eigenaar was en daarmee niet beschikkingsbevoegd om de auto te verhandelen. Dat [eiser in het verzet] te goeder trouw heeft gehandeld wil [gedaagde in het verzet] wel aannemen, maar dat maakt hem niet beschikkingsbevoegd, aldus [gedaagde in het verzet].
De beoordeling
4. De kantonrechter is van oordeel dat [eiser in het verzet] tijdig in verzet is gekomen, zodat hij ontvankelijk is in zijn verzet.
5. De kantonrechter overweegt allereerst dat in het onderhavige geval geen sprake is van een tekortkoming in de zin dat de auto (materieel gezien) niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Dit maakt dat de gestelde toerekenbare tekortkoming - voor zover dat althans de bedoeling is geweest van [gedaagde in het verzet] -niet gebaseerd kan worden op artikel 7:17 BW (het conformiteitsvereiste).
6. Uit de stelling van [gedaagde in het verzet], dat aan haar niet de onbelaste eigendom van de auto is overgedragen, leidt de kantonrechter af dat zij zich voorts beroept op 7:15 BW. In artikel 7:15 lid 1 BW is bepaald dat de verkoper verplicht is de verkochte zaak in eigendom over te dragen "vrij van alle bijzondere lasten en beperkingen". De bijzondere lasten en beperkingen zoals in dit artikel genoemd betreffen echter slechts rechtsgebreken, zoals zakelijke rechten van derden of beperkingen voortvloeiend uit bijvoorbeeld octrooirechten. In dit geval is er geen sprake van dat dergelijke lasten of beperkingen op de auto zouden rusten. Naar het oordeel van de kantonrechter kan dit artikel dan ook niet ten grondslag gelegd worden aan de gestelde tekortkoming in de nakoming van de tussen partijen gesloten koopovereenkomst.
7. Vervolgens komt de kantonrechter tot de vraag of [eiser in het verzet] voldaan heeft aan de in artikel 7:9 lid 1 geregelde (hoofd)verplichting van de verkoper om de verkochte zaak in eigendom over te dragen. Voor een geldige eigendomsoverdracht wordt gelet op artikel 3:84 lid 1 BW vereist: "een levering krachtens geldige titel verricht door hem die bevoegd is om over het goed te beschikken". In aanvulling hierop is in artikel 3:86 lid 1 BW bepaald dat de overdracht van een roerende zaak ondanks onbevoegdheid van de vervreemder geldig is indien de overdracht anders dan om niet geschiedt en de verkrijger te goeder trouw is. Naar het oordeel van de kantonrechter slaagt het beroep dat [eiser in het verzet] heeft gedaan op deze bepaling. Niet betwist is dat [eiser in het verzet] de auto zelf heeft gekocht bij een autohandelaar en dat hij de daarvoor bedongen koopprijs heeft voldaan. Daarnaast is niet in geschil - [gedaagde in het verzet] heeft dit immers niet betwist - dat [eiser in het verzet] te goeder trouw was ten tijde van de koop en doorverkoop (op dezelfde dag) van de auto. Gelet hierop moet worden aangenomen dat hij de auto rechtsgeldig aan [gedaagde in het verzet] heeft overgedragen, zodat wat betreft de eigendomsoverdracht niet kan worden gesproken van een tekortkoming.
8. De kantonrechter overweegt tot slot nog het volgende. Dat [gedaagde in het verzet] in de onderhavige zaak gedupeerd is en schade lijdt staat wel vast. [gedaagde in het verzet] heeft immers zelf de koop met degene die de auto van haar heeft gekocht ongedaan gemaakt en de betaalde koopsom aan deze koper terugbetaald. [gedaagde in het verzet] blijft nu zitten met een auto waarvoor geen nieuw kenteken kan worden aangevraagd, en waarbij zij het risico loopt dat degene van wie de auto gestolen is de eigendom hiervan alsnog kan opeisen (gelet op artikel 3:86 lid 3 BW). Deze omstandigheden moeten echter in de onderhavige situatie - waarin [eiser in het verzet] ook geen blaam treft - voor risico van [gedaagde in het verzet] blijven.
9. [gedaagde in het verzet] zal als de (grotendeels) in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de proceskosten.
De proceskosten aan de zijde van [eiser in het verzet] worden begroot op:
- explootkosten € 77,52
- overige kosten € 11,00
- salaris gemachtigde
€ 600,00(2 punten x tarief € 300,00)
totaal € 688,52

Beslissing

De kantonrechter:
vernietigt het vonnis waarvan verzet;
en opnieuw rechtdoende:
wijst de vordering van [gedaagde in het verzet] af;
veroordeelt [gedaagde in het verzet] in de kosten van de procedure, tot op heden aan de zijde van [eiser in het verzet] begroot op € 688,52.
Aldus gewezen door mr. T.K. Hoogslag, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 februari 2015 in tegenwoordigheid van de griffier.
c 518