Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1. De maatschap [A],
2. [B],
lijst der geldelijke regelingen, opgemaakt door de
Bestuurscommissiein de herinrichting "Swette-De Burd".
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de maatschap [A] beroep ingesteld tegen het besluit van Gedeputeerde Staten van Fryslân tot vaststelling van de lijst der geldelijke regelingen (LGR) in de herinrichting Swette-De Burd. Het beroep is ingediend op 21 november 2014, maar de Bestuurscommissie heeft geconcludeerd dat het beroep te laat is ingediend en heeft verzocht om niet-ontvankelijkheid. De rechtbank heeft de zaak op 24 februari 2015 behandeld, waarbij [A] werd bijgestaan door mr. W.R. Kamminga. De Bestuurscommissie werd vertegenwoordigd door ing. mr. J. Heinen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het indienen van het beroep liep van 14 oktober 2014 tot en met 24 november 2014. Het beroepschrift was gedateerd op 21 november 2014, maar werd pas op 25 november 2014 door de rechtbank ontvangen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het beroep geacht kan worden tijdig te zijn ingediend, omdat het beroepschrift op de juiste locatie was gericht en de interne postverwerking niet in de weg stond aan de tijdigheid.
Vervolgens heeft de rechtbank de inhoudelijke bezwaren van [A] tegen de puntenwaardering en de aanleg van een betonpad beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat de Bestuurscommissie terecht had geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van het beroep en dat de bezwaren van [A] ongegrond waren. De rechtbank heeft de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak werd gedaan op 8 april 2015 door mr. R. Giltay.