Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding d.d. 23 december 2014
- een akte overlegging producties aan de zijde van Thuiszorg
- een productie aan de zijde van De Friesland
- de mondelinge behandeling d.d. 15 januari 2015
- de pleitnota van Thuiszorg
- de pleitnota van De Friesland.
2.De feiten
3.Het geschil
voorzieningenrechter: lees 14 t/m 16)onder verbeurte van een dwangsom van € 50.000,- indien De Friesland dit gebod niet nakomt.
4.De beoordeling
per themain 2015 gingen behalen
op de geanalyseerde problematiek. Deze formulering is naar het oordeel van de voorzieningenrechter op een duidelijke, precieze en ondubbelzinnige wijze geformuleerd. Indien Thuiszorg van oordeel was dat voor bepaalde thema's geen resultaatdefinitie geformuleerd kon worden alsmede dat er in haar beleving een tegenstrijdigheid bestond tussen paragraaf 2.2. van het inkoopdocument - waarin wordt gesproken over samenhangende zorg - en het gunningscriteria 'resultaatdefinitie', waarin het resultaat per thema werd gevraagd, dan had het op de weg van Thuiszorg gelegen om daarover vooraf vragen te stellen. Thuiszorg heeft van die geboden mogelijkheid echter geen gebruik gemaakt.
postcodegebiedeen activiteitenplanning werd gemaakt, zoals De Friesland eerst in haar brief van 9 januari 2015 heeft aangegeven.
per thema als bedoeld in de paragrafen 3.4 en 3.6.werd aangepakt middels een activiteitenplanning. De Friesland heeft dan ook in haar beoordeling mee kunnen nemen dat Thuiszorg hier niet aan had voldaan en zij heeft dit naar het oordeel van de voorzieningenrechter ook voldoende toegelicht.
- vast recht € 608,00
- salaris van de advocaat