In deze zaak heeft eiseres, [a], verzocht om veroordeling van gedaagde [b] en subsidiair Aydin Market tot betaling van een vergoeding wegens het niet nakomen van de aanzegverplichting conform artikel 7:668 BW. Het verzoekschrift is op 7 april 2015 ingediend en betekend aan beide gedaagden. De mondelinge behandeling vond plaats op 17 april 2015, waarbij eiseres werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde, mr. M.J. Aanen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de arbeidsovereenkomst van eiseres op 28 februari 2015 is geëindigd zonder dat zij op de hoogte was gesteld van de voortzetting of beëindiging van het contract. Eiseres heeft gesteld dat er sprake is van een overgang van onderneming naar [b] per 15 oktober 2014, waardoor [b] als werkgever moet worden beschouwd. Aydin Market heeft zich verweerd door te stellen dat eiseres zelf ontslag heeft genomen om in dienst te treden bij [b]. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de aanzegverplichting niet is nagekomen en dat [b] een vergoeding verschuldigd is aan eiseres. De vordering tot betaling van € 1.144,00 is toegewezen, evenals de wettelijke rente vanaf 28 februari 2015. Aydin Market is in de proceskosten veroordeeld, maar de subsidiaire vordering tegen hen is afgewezen.