ECLI:NL:RBNNE:2015:1866

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
27 maart 2015
Publicatiedatum
17 april 2015
Zaaknummer
C18/155302/PR RK 15-179
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter-commissaris in strafzaken

Op 23 maart 2015 heeft een verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechter-commissaris in verschillende strafprocedures. De gewraakte rechter-commissaris, mr. A.L.J.M.A. Janssens, was niet expliciet genoemd in het verzoek, maar de rechtbank heeft ambtshalve vastgesteld dat het verzoek tegen hem gericht was. Dit was niet de eerste keer dat de verzoeker een wrakingsverzoek indiende tegen mr. Janssens; eerder had de wrakingskamer op 27 februari 2015 al besloten dat een volgend verzoek tot wraking van mr. Janssens niet in behandeling zou worden genomen. Dit besluit was genomen op basis van artikel 515 lid 4 van het Wetboek van Strafvordering.

De wrakingskamer heeft in haar beoordeling geconcludeerd dat, gezien de eerdere uitspraak, het huidige verzoek niet in behandeling genomen kan worden. Er was geen noodzaak voor een mondelinge behandeling, en de rechtbank heeft besloten het verzoek tot wraking af te wijzen. De beslissing is op 27 maart 2015 openbaar uitgesproken door de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen. De rechtbank heeft de onmiddellijke mededeling van deze beslissing aan de verzoeker, mr. A.L.J.M.A. Janssens en de officier van justitie bevolen.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Locatie Groningen
Meervoudige wrakingskamer
Zaaknummer / rekestnummer: C18/155302/PR RK 15-179
Datum beslissing: 27 maart 2015
Beslissing op het verzoek van
[naam], wonende te [woonplaats], [adres], verder te noemen verzoeker, tot wraking ingevolge artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering (Sv).

1.Het procesverloop

Op 23 maart 2015 heeft verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen “de rechter-commissaris”, in de procedures met parketnummers 18/192987-13, 18/820564-13 en 18/830311-14. In het wrakingsverzoek is de naam van de gewraakte rechter-commissaris niet is opgenomen, maar het is de rechtbank ambtshalve bekend dat het gaat om mr. A.L.J.M.A. Janssens, zodat de rechtbank ervan uitgaan dat het verzoek is gericht tegen mr. Janssens.

2.De beoordeling

2.1.
In de procedures met parketnummers18/192987-13, 18/820564-13 en 18/830311-14 heeft verzoeker ten aanzien van mr. Janssens eerder een wrakingsverzoek gedaan. Na afdoening van dit wrakingsverzoek heeft verzoeker wederom een wrakingsverzoek ingediend. Daarop heeft de wrakingskamer van deze rechtbank op 27 februari 2015 onder meer besloten dat op de voet van artikel 515 lid 4 Sv een volgend verzoek tot wraking van mr. Janssens niet in behandeling zal worden genomen. Deze uitspraak heeft als registratienummer C18/154378/PR RK 15-110.
2.2.
Gelet op deze uitspraak zal de wrakingskamer het huidige verzoek niet in behandeling nemen. Tot een mondelinge behandeling behoeft derhalve niet worden overgegaan.

3.De beslissing

De rechtbank:
  • neemt het verzoek tot wraking van de rechter-commissaris, zijnde mr. A..L.J.M.A. Janssens niet in behandeling;
  • beveelt de onmiddellijke mededeling van deze beslissing aan verzoeker,
Deze beslissing is gegeven door mrs. P.J. Duinkerken , voorzitter, C.H. de Groot, B.R. Tromp, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier en in het openbaar uitgesproken op 27 maart 2015. [1]

Voetnoten

1.kb