Medeverdachte [medeverdachte 4] verklaart -zakelijk weergegeven-: Eind november belde [medeverdachte 1] mij en vroeg mij of hij langs mocht komen. [medeverdachte 1] vroeg mij of ik nog steeds mijn werk als elektricien deed. [medeverdachte 1] vroeg mij of ik wat dingen voor hem wilde maken. [medeverdachte 1] kwam met transformatoren met lampen aan elkaar vast, bij me langs. [medeverdachte 1] vroeg mij of ik de trafo’s wilde loskoppelen van de lampen. [medeverdachte 1] kwam ook met een grote elektriciteitskast, een meterkast. Die moest ik reviseren. Ik ben natuurlijk ook niet dom; ik wil er niets mee te maken hebben. [medeverdachte 1] zit natuurlijk niet in de komkommers of tomaten. Het enige wat ik heb gedaan is de lampen loskoppelen van de trafo’s en een meterkast reviseren. De trafo’s heb ik ook gereviseerd. [medeverdachte 1] heeft de spullen bij mij gebracht. Dit heeft zich allemaal afgespeeld in de periode na Sinterklaas 2011. Ik ben met [medeverdachte 1] mee geweest naar een adres. Ik heb de lampen en de trafo’s gescheiden opgehangen. Dat was in België. De eerste keer gingen we in de nacht weg. De chauffeur was een blanke lange dunne jongen. We zijn erheen gereden. Een heleboel spullen waren er al. Het was in Brussel. Ik heb de lampen opgehangen aan een constructie van hout. De trafo’s heb ik op een plaat van hout, tegen de wand opgehangen. Aan de trafo’s heb ik stekkers vastgezet die naar de tussenkast liepen. De kast die ik gereviseerd had heb ik ook opgehangen. Ik ben in totaal drie of vier keer in België, op hetzelfde adres geweest, om werkzaamheden te verrichten. Al met al heb ik rond de acht á negen honderd gekregen van [medeverdachte 1].
0: Wij laten je nu een aantal foto’s zien (opmerking verbalisanten: getoond werden foto’s gemaakt op 29-11-2011 omstreeks 22.43 uur in [tankstation]).
A: Die ken ik. Die was in België. Ik ken de man onder de naam [medeverdachte 6].
V: Wie zijn deze personen op de foto?
A: Die man op de foto heb ik volgens mij maar één keer gezien in België. Ik weet alleen dat ze [medeverdachte 6] tegen hem riepen. [medeverdachte 6] heeft als betekenis vriend in het Turks. De andere man op die foto heet [medeverdachte 10]. Ik heb hem twee keer in het pand in Brussel gezien. Op de andere foto staat [medeverdachte 1]. Die andere mensen waren allemaal door [medeverdachte 1] geregeld. Er werd getankt met de bus; ook dat heeft [medeverdachte 1] betaald. Eten en drinken werd ook door [medeverdachte 1] betaald. Ik hoorde van [medeverdachte 1] dat hij boven in de achterste ruimte het ook nog vol wilde zetten. Ik heb daar toen voor bedankt. Ik had die ruimte namelijk klaar moeten maken terwijl de hennepplantage beneden al draaide. Ik zou me dan bezig gaan houden met de uitbreiding van een plantage.
V: Wie heeft jou de opdrachten gegeven?
A: Alleen [medeverdachte 1]. Als [medeverdachte 1] er niet was dan was [medeverdachte 6] de leider. Die regelde dan eten en drinken als [medeverdachte 1] er niet was. [medeverdachte 6] regelde ook de werkzaamheden in België als [medeverdachte 1] er niet was. Hij gaf dan aanwijzingen.
V: Wat voor spullen werden er meegenomen naar België?
A: In de bus lagen trafo’s, lampen, afzuigers, rollen met witte kabel, stekkers; dat soort dingen allemaal.
V: Kun je ons aangeven wat jij precies hebt gedaan, de eerste keer, in België?
A: Spullen uitpakken. Ik ben van 29 november 2011 tot 2 december 2011 in België geweest. Ik heb eerst alles naar beneden gebracht. Met alles bedoel ik de trafo’s de lampen, eigenlijk alles wat er in die vrachtwagen lag. Alles voor een hennepkwekerij. Ik ben op een gegeven
moment begonnen met het bevestigen van platen tegen de muren voor de trafo’s. De verdeelkast heb ik opgehangen evenals de trafo’s daar ook nog trafo’s losgekoppeld van lampen. In de vrachtwagen lagen dus ook nog assimilatielampen inclusief trafo’s. Op vrijdag rond een uur of zes, zeven uur werden wij opgehaald. Wij werden opgehaald door een Turkse jongen met een blauwe auto. We reden met z’n allen, [medeverdachte 6], [medeverdachte 10], [medeverdachte 6], ik en de Turkse chauffeur naar Groningen.
V: Kun jij vertellen wat de door jou genoemde [medeverdachte 6], [medeverdachte 6], [medeverdachte 10], [medeverdachte 1] en de chauffeur hebben gedaan?
A: [medeverdachte 6], [medeverdachte 6] en [medeverdachte 10] hebben de latten opgehangen waar ik de lampen aan moest bevestigen. Zij hebben de afzuigers opgehangen. Zij hebben bakken gemaakt van hout op de vloer waarde aarde in moest voor de planten. Zij hebben de afzuigers aangesloten, de slangen allemaal. [medeverdachte 10] is mij uiteindelijk ook gaan helpen met de stekkers en het trekken van kabels.
V: Wanneer ben je voor de tweede keer naar België gereden?
A: Dat was na Sinterklaas. Wij waren daar met z’n drieën; [medeverdachte 6], [medeverdachte 6] en ik.
V: Wanneer ben je voor de derde keer naar België gereden?
A: Dat was na kerst 2011. Weer met z’n drieën. [medeverdachte 6], [medeverdachte 6] en ik.
V: Wanneer ben je voor de vierde keer naar België gereden?
A: Van 14 tot en met 20 januari 2012. [medeverdachte 6] en die Hollandse jongen waren al in België. [medeverdachte 10] en ik arriveerden daarop 14 januari 2012. Die Hollandse jongen heeft wat hand en spandiensten verricht voor [medeverdachte 6]. Hij heeft wat plastic vastgezet in de bakken waar de planten in moesten; dat soort dingetjes.