Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[naam],
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft eiseres, een telefonist/receptionist/administratief medewerker, een verklaring voor recht gevraagd dat gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld door haar arbeidsovereenkomst niet te verlengen. Eiseres stelt dat dit discriminatoir was, aangezien zij zwanger was op het moment van beëindiging van haar contract. Gedaagde heeft echter betwist dat de zwangerschap een rol heeft gespeeld in hun beslissing en heeft aangegeven dat de niet-verlenging te maken had met de prestaties en het functioneren van eiseres binnen het team. Tijdens de comparitie is er een aanbod gedaan voor een nieuwe arbeidsovereenkomst, maar eiseres heeft dit aanbod afgewezen omdat het niet in haar huidige vestiging was en zij minder voldoening uit de nieuwe functie zou halen.
De kantonrechter heeft overwogen dat een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van rechtswege eindigt en dat partijen vrij zijn om een nieuwe overeenkomst te sluiten. De rechter heeft vastgesteld dat gedaagde, ondanks de aanvankelijke weigering om te verlengen, eiseres een passend aanbod heeft gedaan voor een nieuwe functie. De rechter oordeelt dat de redenen voor de niet-verlenging van de arbeidsovereenkomst niet onrechtmatig zijn en dat eiseres geen schade heeft geleden door het aanbod van gedaagde. De vorderingen van eiseres worden afgewezen en zij wordt in de proceskosten veroordeeld.
Het vonnis is uitgesproken op 19 februari 2014 door de kantonrechter A. Fokkema in aanwezigheid van de griffier. De zaak betreft civiel recht en arbeidsrecht, met als relevante juridische termen discriminatie, arbeidsovereenkomst, en schadevergoeding.