ECLI:NL:RBNNE:2014:5611

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
12 november 2014
Publicatiedatum
13 november 2014
Zaaknummer
13/3189
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid beroep tegen Natuurbeheerplan Fryslân 2014

Op 12 november 2014 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen de Vereniging Agrarisch en Particulier Natuur- en Landschapsbeheer Bosk en Greide (eiseres) en het college van gedeputeerde staten van Fryslân (verweerder). Eiseres had beroep ingesteld tegen de vaststelling van het Natuurbeheerplan Fryslân 2014, dat op 1 oktober 2013 door verweerder was vastgesteld. Eiseres stelde dat verweerder afspraken over subsidiëring van agrarisch natuurbeheer had geschonden en vroeg om vernietiging van het Natuurbeheerplan 2014.

De rechtbank overwoog dat het Natuurbeheerplan een besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waartegen in beginsel beroep kan worden ingesteld. Echter, de rechtbank constateerde dat het Natuurbeheerplan 2014 een herhaling was van eerder genomen besluiten, aangezien verweerder in 2009 al een Natuurbeheerplan had vastgesteld en sindsdien elk jaar wijzigingen had doorgevoerd. De rechtbank oordeelde dat de jaarlijkse wijzigingen niet leidden tot een nieuwe vaststelling van het Natuurbeheerplan, maar slechts om aanpassingen van het bestaande plan gingen.

De rechtbank concludeerde dat eiseres niet ontvankelijk was in haar beroep, omdat zij niet tijdig rechtsmiddelen had aangewend tegen het eerdere besluit (Natuurbeheerplan 2012) waarin was besloten dat er geen mogelijkheden meer waren voor continuering van subsidie voor natuurbeheer buiten de ecologische hoofdstructuur (EHS). De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres niet-ontvankelijk en wees de proceskosten af. Deze uitspraak werd openbaar uitgesproken op 12 november 2014.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling bestuursrecht
locatie Groningen
zaaknummer: LEE AWB 13/3189

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 november 2014 in de zaak tussen

Vereniging Agrarisch en Particulier Natuur- en Landschapsbeheer Bosk en Greide,te Oudemirdum, eiseres
(gemachtigde: mr. J. Nijenhuis),
en

het college van gedeputeerde staten van Fryslân, verweerder

(gemachtigde: mr. J.V. van Ophem).

Procesverloop

Op 1 oktober 2013 heeft verweerder het Natuurbeheerplan Fryslân 2014 (Natuurbeheerplan 2014) vastgesteld.
Eiseres heeft tegen de vaststelling van het Natuurbeheerplan 2014 beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 1 oktober 2014. Eiseres is hierbij vertegenwoordigd door M.P. Veenstra en A.M. Gersius, bijgestaan door de gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door [vertegenwoordiger 1] en [vertegenwoordiger 2], bijgestaan door de gemachtigde.

Overwegingen

1. Op 1 januari 2010 is het Subsidiestelsel voor Natuur- en Landschapsbeheer tot stand gekomen. Dit stelsel vervangt het Programma Beheer dat vanaf 1 januari 2000 van kracht was. Het nieuwe subsidiestelsel bestaat uit twee subsidieregelingen; de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer (SNL) en de subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap (SKL).
1.1.
Ten behoeve van beide subsidieregelingen heeft verweerder op 14 mei 2013 het Ontwerp-Natuurbeheerplan 2014 vastgesteld. Dit ontwerpbeheerplan heeft vanaf 18 mei 2013 tot en met 28 juni 2013 ter inzage gelegen. Eiseres heeft op 2 juli 2013 een zienswijze ingebracht.
1.2.
Op 1 oktober 2013 heeft verweerder het Natuurbeheerplan 2014 definitief vastgesteld.
2. De rechtbank overweegt dat de SNL het mogelijk maakt dat aan eigenaren en beheerders van gronden binnen het in het kader van de verordening vastgestelde Natuurbeheerplan subsidie wordt verleend ter bevordering en instandhouding van natuurwaarden binnen het plangebied. Het Natuurbeheerplan doet voor een beperkte groep, zijnde rechthebbenden tot beheer en gebruik, op vrijwillige basis een aanspraak op subsidie ontstaan.
3. Eiseres stelt zich op het standpunt dat verweerder met vaststelling van het Natuurbeheerplan 2014 afspraken of toezeggingen heeft geschonden over subsidiëring van agrarisch natuurbeheer en natuurbeheer buiten de ecologische hoofdstructuur (EHS) binnen het grondgebied van de gemeente Gaasterlân-Sleat, afgezien van collectieve beheerplannen. Gelet hierop zou het Natuurbeheerplan 2014 moeten worden vernietigd.
4. De rechtbank overweegt ambtshalve als volgt.
4.1.
Volgens vaste rechtspraak is de rechtbank gehouden de ontvankelijkheid van het bezwaar of beroep eigener beweging, los van de beroepsgronden, te toetsen. Volgens eveneens vaste rechtspraak is de vraag naar de ontvankelijkheid van openbare orde en is het niet aan partijen om op dit punt de omvang van het beroep te bepalen.
4.2.
De rechtbank overweegt dat een Natuurbeheerplan een besluit is in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waartegen in beginsel beroep kan worden ingesteld. Dit is naar het oordeel van de rechtbank evenwel anders wanneer het gaat om een herhaling van een reeds eerder genomen beslissing.
De rechtbank constateert in onderhavig geval dat verweerder in 2009 een Natuurbeheerplan heeft vastgesteld. Dit Natuurbeheerplan dient als (basis) besluit te worden aangemerkt. Vervolgens heeft verweerder bijna elk jaar dit Natuurbeheerplan op een aantal punten gewijzigd. Deze wijzigingen zijn onder de noemer Natuurbeheerplan 2011, Natuurbeheerplan 2012, Natuurbeheerplan 2013 en Natuurbeheerplan 2014 vastgesteld. Hierbij is ten behoeve van de overzichtelijkheid steeds het gehele Natuurbeheerplan, inclusief de betreffende wijzigingen, gepubliceerd. De toevoeging van het jaartal aan het Natuurbeheerplan geeft aan dat, met ingang van dat jaar, het Natuurbeheerplan inclusief de wijzigingen als subsidiekader heeft te gelden. De jaarlijkse wijzigingen hebben het Natuurbeheerplan niet opnieuw vastgesteld en evenmin het eerdere plan ingetrokken: het gaat bij de (bijna) jaarlijkse wijzigingsbesluiten telkens slechts om vaststelling van wijzigingen op het Natuurbeheerplan; voor het overige gaat het om een herhaling van reeds eerder genomen beslissingen. Ten aanzien van natuur- en agrarisch beheer buiten de EHS is reeds in het Natuurbeheerplan 2012 besloten dat er geen mogelijkheden meer zijn tot continuering buiten de collectieven. Ook is er geen mogelijkheid tot continuering van subsidie voor natuurbeheer buiten de EHS. Dit besluit ging in per 1 januari 2012. Nadien zijn op dit punt geen wijzigingen opgetreden. Het had derhalve op de weg van eiseres gelegen om ten tijde dat dit besluit genomen is (het Natuurbeheerplan 2012) hiertegen rechtsmiddelen aan te wenden. Nu nadien geen wijzigingen zijn opgetreden ter zake, dient te worden geconcludeerd dat eiseres thans niet meer op het punt van het niet continueren van de subsidie buiten de EHS beroep kan instellen. Het beroep dient daarom niet-ontvankelijk te worden verklaard.
5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.M. Visser, rechter, in aanwezigheid van mr. C.T. Hofman, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 12 november 2014.
griffier rechter

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Afschrift verzonden aan partijen op: