Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding,
- de incidentele conclusie tot onbevoegdheid c.q. verwijzing naar de kantonrechter,
- de incidentele conclusie van antwoord.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Noord-Nederland, is op 29 oktober 2014 vonnis gewezen in een incident. De zaak betreft een vordering van KNP B.V. en andere eiseressen tegen een gedaagde, die verzocht om onbevoegdheid van de rechtbank en verwijzing naar de kantonrechter. De eiseressen, KNP B.V., Autobedrijf Velting B.V. en Motorspuitbedrijf Hazelaar V.O.F., stelden dat hun vorderingen gezamenlijk behandeld moesten worden, ondanks dat geen van de individuele vorderingen het bedrag van € 25.000,00 overschreed. De rechtbank heeft de argumenten van de gedaagde, die stelde dat de vorderingen afzonderlijk beoordeeld moesten worden, verworpen. De rechtbank oordeelde dat de vorderingen van KNP B.V. samen met de rente en beslagkosten het bedrag van € 25.000,00 overschreden, waardoor de kantonrechter bevoegd was. De rechtbank heeft de vordering van de gedaagde toegewezen en de zaak verwezen naar de kamer voor kantonzaken. De beslissing over de kosten van het incident is aangehouden tot de hoofdzaak. De partijen zijn geïnformeerd dat zij niet verplicht zijn om een advocaat te hebben in de verdere procedure en dat het griffierecht verlaagd zal worden. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. M.A.B. Faber-Siermann.