ECLI:NL:RBNNE:2014:4942
Rechtbank Noord-Nederland
- Wraking
- W.J.A.M. Dijkers
- M.A.B. Faber-Siermann
- B.I. Klaassens
- F.J. Agema
- L.H.A.M. Voncken
- C. Krijger
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechters in strafzaak wegens niet inhoudelijk behandelen
Op 10 oktober 2014 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Groningen uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van een verzoeker, die zich in voorlopige hechtenis bevond. Het verzoek tot wraking was gericht tegen de rechters die de strafzaak van de verzoeker behandelden, omdat de verzoeker vond dat zijn zaak niet inhoudelijk was behandeld tijdens de zitting op 29 september 2014. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. E.M. Steller, voerde aan dat er onjuistheden in het proces-verbaal stonden en dat de rechtbank niet had gemotiveerd waarom zijn zaak was aangehouden. De verzoeker stelde dat hij grote belangen had bij een tijdige behandeling van zijn zaak, aangezien hij al sinds 18 februari 2014 in voorlopige hechtenis zat en het risico liep zijn woning te verliezen.
De wrakingskamer, bestaande uit mr. W.J.A.M. Dijkers, M.A.B. Faber-Siermann en B.I. Klaassens, heeft het verzoek behandeld. De rechters Agema en Krijger gaven aan dat de aanhouding van de zaak was genomen om organisatorische redenen en dat er geen sprake was van partijdigheid. De rechtbank oordeelde dat de beslissing om de zaak aan te houden niet evident onredelijk was en dat de belangen van de verzoeker niet waren genegeerd. De rechtbank concludeerde dat er geen uitzonderlijke omstandigheden waren die de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd maakten.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het wrakingsverzoek afgewezen en bepaald dat de hoofdzaak voortgezet zou worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken en de betrokken partijen werden geïnformeerd.