ECLI:NL:RBNNE:2014:4842
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- H.H.A. Fransen
- E. Läkamp
- C. Brouwer
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in ontuchtzaak met minderjarige
In de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte, die beschuldigd werd van ontucht met een minderjarige, heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 7 oktober 2014 uitspraak gedaan. De verdachte, bijgestaan door mr. W.J. Lenstra, werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten die zich zouden hebben afgespeeld op 2 augustus 2010 in de gemeente De Wolden. De tenlastelegging omvatte onder andere het seksueel binnendringen van de vagina van het slachtoffer en andere ontuchtige handelingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De officier van justitie, mr. B.D. van der Burg, had een geldboete van € 4500,00 geëist, subsidiair 90 dagen hechtenis. Tijdens de zitting op 23 september 2014 zijn zowel de verdachte als het slachtoffer gehoord. De rechtbank oordeelde dat de inhoud van het dossier, inclusief SMS-berichten tussen de verdachte en het slachtoffer, niet voldoende bewijs bood voor een veroordeling. De rechtbank concludeerde dat de verklaringen van de verdachte en het slachtoffer elkaar tegenspraken en dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de verdachte te veroordelen. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van zowel het primair als het subsidiair tenlastegelegde. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en werd openbaar uitgesproken op de zitting.