Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
beschikking van de enkelvoudige kamer d.d. 28 mei 2014
[verzoeker],
[verweerder],
Procesverloop
Motivering
Beslissing
fn: 19)
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Nederland op 28 mei 2014 uitspraak gedaan in een alimentatiekwestie tussen een vader en zijn zoon. De vader, wonende te [woonplaats A], had verzocht om een herziening van de alimentatiebijdrage die hij aan zijn zoon, wonende te [woonplaats B], dient te betalen. De vader stelde dat hij onvoldoende draagkracht had om de alimentatie te voldoen, omdat zijn reguliere inkomen niet voldoende was en hij geen andere bronnen van inkomen had, zoals een ontbindingsvergoeding of vermogen. De rechtbank heeft de vader opgedragen om inzicht te geven in zijn financiële situatie, waaronder zijn netto besteedbaar inkomen en eventuele ontbindingsvergoeding van zijn werkgever.
Tijdens de behandeling van de zaak op 29 april 2014 heeft de rechtbank kennisgenomen van verschillende documenten, waaronder een verklaring van de werkgever van de vader en een brief van de zoon. De zoon betwistte de stellingen van de vader en stelde dat de vader wel degelijk een ontbindingsvergoeding had ontvangen, wat de vader niet had onderbouwd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vader zijn dienstverband bij [werkgever] per 1 februari 2014 had beëindigd en dat hij tot die datum doorbetaald was. De rechtbank concludeerde dat er geen wijziging van omstandigheden was voor deze datum.
De rechtbank oordeelde dat de vader onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat hij geen ontbindingsvergoeding had ontvangen en dat hij niet in staat was om zijn alimentatieverplichting te voldoen. De vader beschikte over een vermogen van € 40.000,--, waarvan hij niet had onderbouwd hoe dit was aangewend. De rechtbank concludeerde dat de vader in staat was om zijn alimentatiebijdrage te voldoen en wees het verzoek van de vader af. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier en de vader werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen drie maanden hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.