ECLI:NL:RBNNE:2014:2355
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- O.J. Bosker
- E. Läkamp
- M. van der Veen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in ontuchtzaak met minderjarig stiefkind
Op 9 mei 2014 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zitting houdende in Assen, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van ontucht met zijn minderjarig stiefkind. De tenlastelegging omvatte twee feiten: het plegen van ontucht in de periode van 6 juli 2002 tot en met 5 juli 2004 en het seksueel binnendringen van het lichaam van het slachtoffer in de periode van 1 januari 2006 tot en met 10 april 2006. Tijdens de zitting op 25 april 2014 was de verdachte aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, mr. R.J. de Boer.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen die de aangifte konden ondersteunen tegenstrijdig waren, waardoor de tenlastegelegde feiten niet bewezen konden worden. De officier van justitie had gevorderd dat de verdachte voor het tweede feit, subsidiair tenlastegelegd, zou worden veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf. De rechtbank oordeelde echter dat er onvoldoende wettig bewijs was om de verdachte te veroordelen. De verklaringen van de moeder van het slachtoffer waren inconsistent en konden niet bijdragen aan het bewijs van de tenlastelegging.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Tevens werd de benadeelde partij, het slachtoffer, niet ontvankelijk verklaard in haar vordering, met de mogelijkheid om deze bij de burgerlijke rechter aan te brengen. De kosten werden door de rechtbank aan beide partijen opgelegd. Dit vonnis is uitgesproken door de meervoudige kamer van de rechtbank, met mr. O.J. Bosker als voorzitter, en de rechters mr. E. Läkamp en mr. M. van der Veen, in aanwezigheid van griffier D.C. Witvoet.