ECLI:NL:RBNNE:2014:2018
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- G. Eelsing
- E. Läkamp
- J.J. Schoemaker
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens overtreding van artikel 139d Sr door het heimelijk plaatsen van een track&trace-systeem onder een auto
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 18 april 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het heimelijk plaatsen van een track&trace-systeem onder een auto. De verdachte had in de periode van 1 september 2012 tot 8 oktober 2012, zonder toestemming van de eigenaar, een draadloos track&trace-systeem onder een Mercedes Benz geplaatst. Dit systeem was zodanig ingericht dat het, door middel van een SIM-kaart en bijbehorende software, locatiegegevens kon registreren en mogelijk telecommunicatie kon afluisteren, wat in strijd is met artikel 139d van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het apparaat wederrechtelijk heeft geplaatst en dat het apparaat als een technisch hulpmiddel moet worden gekwalificeerd. De officier van justitie heeft aangevoerd dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden op basis van de verklaringen van de verdachte en getuigen, alsook op basis van technisch bewijs. De verdediging heeft primair vrijspraak bepleit, stellende dat het apparaat niet geschikt was voor het afluisteren van gesprekken en dat er geen sprake was van telecommunicatie.
De rechtbank heeft de argumenten van de verdediging verworpen en geoordeeld dat het plaatsen van het apparaat met het oogmerk om gegevens af te tappen, strafbaar is. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het ten laste gelegde feit en hem veroordeeld tot een geldboete van € 1.000,-, voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de inbreuk op de privacy van de betrokken eigenares van de auto en de commotie die het aantreffen van het apparaat heeft veroorzaakt.