In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Nederland werd behandeld, ging het om een verzet tegen een eerder verstekvonnis. Eiseres, een dressuuramazone, had gedaagde, een Poolse internationale dressuurruiter, aangeklaagd wegens onrechtmatige daad en het niet betalen van bedragen die verband hielden met de verkoop van haar paard 'Remona'. De partijen waren in contact gekomen in 2008, toen eiseres gedaagde als instructeur had ingeschakeld. Gedaagde had haar paard in 2011 verkocht, maar de opbrengst was niet correct afgedragen. Eiseres vorderde een schadevergoeding van € 60.006,52, terwijl gedaagde in reconventie aansprakelijkheid van eiseres betwistte en schadevergoeding eiste voor vermeende onrechtmatige publiciteit.
De rechtbank oordeelde dat het verzet tijdig was ingesteld en dat de oorspronkelijke dagvaarding rechtsgeldig was. De rechtbank verwierp het verweer van gedaagde dat de dagvaarding nietig was, omdat eiseres voldoende onderzoek had gedaan naar zijn woonplaats. De rechtbank oordeelde dat gedaagde onterecht had gehandeld door de opbrengst van de verkoop van het paard niet volledig aan eiseres te betalen. De rechtbank kende eiseres een bedrag van € 27.221,10 toe, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van de oorspronkelijke dagvaarding. Gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten. In reconventie werd de vordering van gedaagde afgewezen, met uitzondering van de afgifte van een zadel dat aan hem moest worden teruggegeven.
Dit vonnis is uitgesproken door mr. C.M. Telman op 2 april 2014 en is uitvoerbaar bij voorraad.