RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
parketnummers: 18/830266-12 (promis)
datum uitspraak: 18 februari 2013
raadsvrouw: mr. W. Coppoolse
van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats op datum],
thans preventief gedetineerd in P.I. HvB Ter Apel, Ter Apel.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 14 november 2012 en 4 februari 2013.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 05 mei 2012 in de gemeente Groningen
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen
aan [adres 1] heeft weggenomen (onder meer) een of meer kluizen (met
inhoud), een geldkistje (met inhoud), sieraden, zilver bestek, een laptop
(merk/type Dell Inspiron), een of meer geldbedragen, een navigatiesysteem, in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [aangever 1], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 5 mei 2012 tot en met 31 juli 2012 in de
gemeente(n) Groningen en/of Bellingwedde, in elk geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een hoeveelheid zilver bestek, een geldkistje en/of een laptop (merk Dell)
heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het
voorhanden krijgen van die/dat goed(eren) wist(en),
althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden,
dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij in of omstreeks de periode van 9 tot en met 11 maart 2012 te Wildervank,
in de gemeente Veendam,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit woning aan
[adres 2] heeft weggenomen een kluis, een geldbedrag (van ongeveer
12.000,-- euro), een schilderij/litho van Herman Brood ("Torso Rood", nr.
6/125), een of meer laptops en/of een (Samsung) flatscreen, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [aangever 2], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 9 maart 2012 tot en met 31 juli 2012 in de
gemeente Groningen, in elk geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een schilderij/zeefdruk ("Torso Rood" van Herman Brood) heeft verworven,
voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het
voorhanden krijgen van dat/die schilderij/zeefdruk wist(en),
althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden,
dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij op of omstreeks 01 april 2012 te Groningen
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een pand aan het
[adres 3] heeft weggenomen een kluis (met inhoud), 5 prijstangen, een of meer
sleutels en/of een of meer (zogenaamde) oortjes, in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan het bedrijf [naam bedrijf 1], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
hij in of omstreeks de periode van 16 tot en met 18 april 2012 in
Nieuweschans, in de gemeente Oldambt,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een pand en/of
(omsloten/omheind) erf/tuin/park aan [adres 4] heeft weggenomen een
of meer (bronzen/metalen) beelden, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [naam bedrijf 2] en/of [naam], in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 16 april 2012 tot en met 31 juli 2012 in de
gemeente Groningen en/of Bellingwedde, in elk geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
op verschillende tijdstippen, in elk geval eenmaal, (telkens)
een of meer (bronzen/metalen) beelden heeft verworven, voorhanden heeft gehad
en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van
het verwerven of het voorhanden krijgen die beelden wist(en),
althans redelijkerwijs (moesten) vermoeden,
dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij in of omstreeks de periode van 2 tot en met 3 juli 2012 in Oostwold, in de
gemeente Oldambt,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een pand aan de
[adres 5] heeft weggenomen (onder meer) een of meer geldbedragen, een of meer
portofoons (merk/type Icom IC-A23), een printer (merk/type HP Laserjet CM
2320), een laptop, alarmpistool (merk/type Rohm RG88) en/of bijbehorende
munitie, en/of een blik koffie (Melange D'Or), in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan [aangever 5] en/of [naam bedrijf 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 2 tot en met 31 juli 2012 in de gemeente
Groningen, in elk geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een of meer portofoons (merk/type Icom IC-A23), een printer (merk/type HP
Laserjet CM 2320), alarmpistool (merk/type Rohm RG88) en/of bijbehorende
munitie, en/of een blik koffie (Melange D'Or) heeft verworven, voorhanden
heeft gehad en/of heeft overgedragen,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het
voorhanden krijgen van die/dat goed(eren) wist(en),
althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden,
dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij op of omstreeks 30 mei 2012 te Buitenpost, in de gemeente Achtkarspelen,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een pand gelegen [adres 6] heeft weggenomen een of meer (flatscreen)tv's en/of een of meer
lijsten (met goudkleurige rand), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [aangever 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 30 mei 2012 tot en met 31 juli 2012 in de
gemeente Groningen, in elk geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een of meer lijsten (met goudkleurige rand) heeft verworven, voorhanden heeft
gehad en/of heeft overgedragen,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het
voorhanden krijgen van die lijsten wist(en),
althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden,
dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij in of omstreeks 17 tot en met 18 juli 2012, in de gemeente Ameland,
meermalen, op verschillende tijdstippen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit na te noemen panden
heeft weggenomen na te noemen goederen, in elk geval (telkens) enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan na te noemen benadeelden, in elk geval
(telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) zich de toegang tot de
plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen
goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak,
verbreking en/of inklimming,
te weten:
a in/uit een pand aan de [adres 7] in Ballum,
een kassa (met inhoudende geld en/of een ring), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [aangever 7] en/of [naam bedrijf 4], in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), (aangifte 2012075555) en/of
b in/uit een pand aan de [adres 8] in Ballum,
een kassa (met inhoud) en/of (klein)geld, in elk geval enig goed
geheel of ten dele toebehorende aan [aangever 8] en/of [naam bedrijf 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s), (2012075425) en/of
c in/uit een pand aan de [adres 9] in Ballum,
geld, een (kassa)inleglade, een tablet en/of een laptop (merk/type Acer
Aspire one), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan
[aangever 9]/[naam bedrijf 6]en/of [naam stichting 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), (aangifte 2012075434) en/of
d in/uit een pand aan de Verdekspad 3 in Nes,
een kluis (inhoudende geld en sieraden), een of meer geldbedragen en/of
hoeveelheden kleingeld, een of meer steekkarren, een of meer mobiele
telefoons, sleutels, een geldwisselaar (met geld) een of meer sloffen
sigaretten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan
[aangever 10] en/of [naam bedrijf 7], in elk geval aan een ander of anderen
dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), (aangifte 2012075551);
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 17 tot en met 31 juli 2012 in de
gemeente(n) Groningen, Bellingwedde en/of Menterwolde, in elk geval in
Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
op verschillende tijdstippen, in elk geval eenmaal, (telkens)
een laptop (merk/type Acer Aspire one), een of meer sloffen/pakjes sigaretten
en/of sleutels heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft
overgedragen,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het
voorhanden krijgen van die/dat goed(eren) (telkens), wist(en)
althans rederlijkerwijs moest(en) vermoeden,
dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij in of omstreeks de periode van 26 tot en met 31 juli 2012, in de
gemeente(n) Bellinwedde en/of Groningen en/of elders in Nederland
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of
afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne, zijnde cocaïne (telkens) een middel vermeld op de bij de
Opiumwet behorende lijst I;
hij op of omstreeks 31 juli 2012 in de gemeente Bellingwedde
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 20 gram, in elk geval een
hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel
als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen
krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
De rechtbank heeft ter bevordering van de leesbaarheid van dit vonnis ter onderscheiding van de verschillende onderdelen van de feiten onder 7 een subindeling aangebracht. De verdachte is hierdoor niet in zijn belangen geschaad.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van de stukken in het dossier gerekwireerd tot bewezenverklaring van het onder 1 primair, 3, 4 subsidiair, 5 subsidiair, 6 primair en 7a, b, c en d primair ten laste gelegde.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het onder 1 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen. Om de weggenomen kluis te vervoeren is zeer waarschijnlijk het steekkarretje uit de schuur van aangever gebruikt. Op dit steekkarretje is de handpalmafdruk van medeverdachte aangetroffen. Op de avond voor de inbraak heeft verdachtes medeverdachte tijdens een telefoongesprek verklaard dat hij een auto met een laadklep nodig heeft. Later op de avond heeft medeverdachte gebeld met verdachte. Uit de telefoontap is gebleken dat verdachte moet gaan kijken of alles nog hetzelfde is en klaar is. Verdachte heeft verklaard ‘met een uurtje te gaan omdat het nu nog superlicht is’. Tevens is een deel van de gestolen goederen aangetroffen in de panden waar verdachte werkte dan wel op dat moment verbleef.
De officier van justitie heeft ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde aangevoerd dat op grond van de aangifte van [aangever 3] en de tapgesprekken in combinatie met de camerabeelden van het naastgelegen pand wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal in vereniging met braak.
Het onder 4 ten laste gelegde kan in de subsidiaire variant worden bewezen. Op 24 mei 2012 zijn in het pand aan [adres 11] te Groningen 9 van de gestolen bronzen beelden aangetroffen. Verdachte bevond zich op dat moment in het pand.
Met betrekking tot het onder 5 subsidiair ten laste gelegde heeft de officier van justitie het standpunt ingenomen dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan heling gelet op het feit dat de gestolen goederen zijn teruggevonden in de panden waar verdachte werkte dan wel verbleef te weten [adres 12] en [adres 11] te Groningen.
De officier van justitie heeft aangevoerd dat op grond van de bewijsmiddelen in het dossier, zoals voorgehouden op de zitting, het onder 7a, b, c en d primair ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen.
De officier van justitie heeft aangevoerd dat het onder 2 en 8 ten laste gelegde niet wettig en overtuigend kan worden bewezen. Verdachte dient geheel van het onder 2 en 8 ten laste gelegde te worden vrijgesproken.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft betoogd dat verdachte geheel moet worden vrijgesproken van het onder 1 tot en met 5, 7 en 8 ten laste gelegde omdat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs tegen verdachte voorhanden is.
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde heeft de raadsvrouw aangevoerd dat het gestolen zilverwerk is aangetroffen op [adres 11]. Na de inbraak op [adres 1] heeft de aangever in zijn schuur een krukje aangetroffen. Een soortgelijk krukje is door de politie in beslag genomen tijdens de doorzoeking van het perceel aan [adres 11]. Er kan niet worden gesteld dat verdachte aan het werk was in het bedrijf aan [adres 11]. Verdachte was destijds werkzaam in het callcenter. Voorts zijn op de balustrade van het balkon onbekende handpalmafdrukken aangetroffen. Deze afdrukken zijn niet verder onderzocht. Er kan niet worden uitgesloten dat wellicht iemand anders de inbraak heeft gepleegd.
Met betrekking tot het onder 3 ten laste gelegde heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat op grond van de camerabeelden van het naastgelegen pand ook kan worden geconcludeerd dat de bestelauto een Peugeot in plaats van [auto 1] betreft. Tevens kunnen de telefoontaps op verschillende manieren worden geïnterpreteerd en is het mogelijk dat er tijdens de telefoongesprekken werd afgesproken om de stad in te gaan. Volgens verdachte wordt namelijk met de term ‘knallen’ feesten bedoeld.
Ten aanzien van het onder 6 ten laste gelegde heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Met betrekking tot het onder 7 ten laste gelegde heeft de raadsvrouw aangevoerd dat op grond van de aanwezigheid van verdachte op Ameland niet kan worden geconcludeerd dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan de gepleegde inbraken. De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het telkens dezelfde dadergroep de reeks inbraken heeft gepleegd. Echter niemand van de groep heeft schoenmaat 40. Er kan worden gesteld dat een andere dadergroep verantwoordelijk is voor de gepleegde inbraken. Ten slotte is er op de kluis geen enkele vingerafdruk aangetroffen. Verdachte dient geheel te worden vrijgesproken van het onder 7 ten laste gelegde.
De rechtbank is van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is om tot een bewezenverklaring te kunnen komen van het onder 2, 3, 4, 5 en 8 ten laste gelegde.
De rechtbank zal verdachte geheel vrijspreken van het onder 2, 3, 4, 5 en 8 en ten laste gelegde.
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde is de rechtbank van oordeel dat de door de raadsvrouw aangevoerde alternatieve lezing van feiten, die voorts niet onaannemelijk is te achten, niet wordt weersproken door de bewijsmiddelen.
Met betrekking tot het onder 4 en 5 ten laste legde is de rechtbank van oordeel dat er op grond van de stukken in het dossier onvoldoende rechtstreeks verband bestaat tussen verdachte en aangetroffen gestolen goederen in het pand aan de [adres 12] te Groningen.
Ten aanzien van het onder 8 ten laste gelegde is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich tijdens de ten laste gelegde periode niet bevond in het chalet in Wedde.
De rechtbank heeft bij de beoordeling acht geslagen op de volgende bewijsmiddelen. Daarbij is ieder bewijsmiddel, ook in zijn onderdelen, slechts gebruikt met betrekking tot het feit of de feiten waarop het blijkens zijn inhoud in het bijzonder betrekking heeft. Alvorens in te gaan op de bewijsmiddelen per feit maakt de rechtbank enkele opmerkingen met betrekking tot het bewijs, met weergave van de daaraan ten grondslag liggende bewijsmiddelen.
[Adres 12] te Groningen
[Medeverdachte 1] huurde met verdachte per 1 mei 2012 de woning aan [adres 12] te Groningen. [Medeverdachte 1] woonde vanaf november 2011 op [adres 12]. Verdachte verbleef ook op dit adres.
Chalet op[adres 13] te Wedde
[Medeverdachte 1] is de eigenaar van het chalet gevestigd op plaatsnummer [nummer] [adres 13] te Wedde en verbleef daar ook regelmatig.
[Adres 11] te Groningen
[Medeverdachte 1] is de eigenaar van het bedrijfspand [naam bedrijf 8], gevestigd aan [adres 11] te Groningen. Naar het oordeel van de rechtbank voerde [medeverdachte 1] met verdachte een gezamenlijke onderneming. Blijkens de verklaring van [medeverdachte 1] runt verdachte de zaak. Tevens had verdachte een sleutel van het pand in zijn bezit. Tevens was verdachte aanwezig in het pand tijdens de doorzoekingen op 24 mei 2012 en 31 juli 2012.
[Auto 2], kenteken [kenteken] en [auto 1], kenteken [kenteken]
[Medeverdachte 1] is de eigenaar en reguliere gebruiker van de [auto 2] voorzien van het kenteken [kenteken], ook al staat de auto op naam van [medeverdachte 2]. [Medeverdachte 1] is de eigenaar van de [auto 1] voorzien van het kenteken [kenteken].
Het telefoonnummer [nummer 1]
Het telefoonnummer [nummer 1] is in gebruik bij verdachte.
Bijnaam verdachte
Verdachte wordt ook wel ‘[bijnaam]’ genoemd.
Aanwezigheid van verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3 op Ameland van 17 tot en met 18 juli 2012
Naar het oordeel van de rechtbank is verdachte met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] van 17 tot en met 18 juli 2012 op Ameland geweest. Dit heeft medeverdachte [1] verklaard. Voorts is [medeverdachte 1] als bestuurder van de [auto 2] opgetreden. Verdachte en [medeverdachte 3] hebben bij [medeverdachte 1] in de auto gezeten. Verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] zijn herkend door de eigenaresse van [naam bedrijf 7] op 17 juli 2012. Zij heeft de groep gezien en geobserveerd. Tevens heeft [medeverdachte 3] verklaard dat [medeverdachte 1], zijzelf en nog een persoon op 17 juli 2012 met de boot naar Ameland zijn gegaan. Bij de rechter-commissaris heeft [medeverdachte 3] verklaard dat deze persoon verdachte was. Op 19 juli 2012 zijn verdachte en [medeverdachte 2] met [auto 1] op en neer geweest naar Ameland. Dit blijkt ook uit het tapgesprek op 19 juli 2012 tussen [medeverdachte 1] en verdachte. [Medeverdachte 3] heeft, kort na de inbraken, op 24 juli 2012 een grote hoeveelheid kleingeld gestort bij de ING. De door [medeverdachte 3] afgelegde verklaring omtrent de herkomst van het kleingeld acht de rechtbank ongeloofwaardig.
De rechtbank merkt daarbij op dat verdachte om hem moverende redenen zowel bij de politie als ter terechtzitting, geen openheid van zaken heeft gegeven ten aanzien van voor verdachte belastende feiten die naar het oordeel van de rechtbank zeer sterk vragen om een verklaring van verdachte.
Ten aanzien van het onder 1 primair ten laste gelegde
Een proces-verbaal d.d. 5 mei 2012, opgenomen op pagina 787 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de aangifte van [aangever 1], zakelijk weergegeven:
p. 787 Ik doe aangifte van inbraak in onze woning gelegen aan [adres 1] te Groningen. Zaterdag 5 mei 2012 zijn mijn vrouw en ik afzonderlijk vertrokken naar ons werk. Halverwege deze zaterdag, rond 13.30 uur, moest ik toch nog even naar huis en zo geschiedde. (…) Hierop stapte ik de hal binnen. Ik zag dat onze kluis in zijn geheel was verdwenen.
p. 788 Het gaat hier om een grijze kluis; met een hoogte van 70 cm, breedte van 50 cm en diepte van 40 cm. De kluis is zwaar en onmogelijk door één persoon te tillen. Hierop ben ik de woonkamer ingelopen en na hier te zijn aangekomen zag ik gelijk dat ook onze laptop was verdwenen. Gelijk hierop zag ik ook dat de openslaande deuren aan de achterzijde van de woning op een kier stonden. Bovendien zag ik op de houten vloer een soort van sleepspoor. Vervolgens ben ik naar boven gegaan. Ik keek de slaapkamer in en ik zag dat de gehele slaapkamer overhoop was gehaald. Allerlei kastdeurtjes waren geopend en ook de inloopkast was bekeken. In de slaapkamer stond nog een bruine kluis; ook deze is gestolen. In de inloopkast bevond zich ook nog een kratje met daarin kleingeld. Hierop ben ik naar de andere zijde van de kamer gelopen en daar ontdekte ik dat de deur tot het balkon op een kier stond. Waarschijnlijk dat men via deze route onze woning heeft betreden. Aan de voorzijde, op de eerste verdieping, werden ook nog de gordijnen gesloten. Er is dus een grijze kluis gestolen van de begane grond. De volgende goederen zaten onder andere in deze kluis:
- een overschrijvingsbewijs van een aanhangwagen: Kowa Holland, vv:
chassisnummer: [nummer]
- een overschrijvingsbewijs van een aanhangwagen: Saris, vv: chassisnummer: [nummer]
p. 789 De overige gestolen goederen betreffen onder andere: sieraden, laptop van Dell Inspiron, verschillende geldbedragen, 1 TomTom navigatiesysteem. In de tweede bruine kluis, die zich op de slaapkamer bevond, zaten onder andere sieraden, geld (€ 5.000,-). Verder zat in een krat nog wisselgeld, rond € 2.000,- aan kleingeld.
Een proces-verbaal d.d. 12 juni 2012, opgenomen op pagina 794 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de aanvullende verklaring van [aangever 1], zakelijk weergegeven:
p. 795 Ik ben samen met mijn vrouw op 5 mei 2012 uit de woning gegaan. Mijn vrouw heeft de woning afgesloten. Zij heeft de woning op slot gedraaid. Hierbij heeft zij de deurkruk omhoog gedaan zodat er verschillende pinnen in het kozijn vallen. Hierna heeft zij de huissleutel een keer in het slot gedraaid. Wij hebben de woning verlaten via de achterdeur.
p. 797 Ik zag dat de trap met zijn lengte op de grond lag. Normaal ligt de trap met zijn korte zijde tegen ander spullen aan. Nu lag hij plat op de grond. (…)
Dit karretje is van mij en kwam uit de schuur. Ik heb gezien dat er wielen waren verbogen. Ook heb ik gezien dat er een afdruk stond op de klinkers welke liggen voor de schuur. De afdruk was een verse afdruk met een grijze kleur in de vorm van een hoek. Ik vermoed dat daar een hoek van de kluis op de klinkers is gekomen.
p. 798 Daarnaast zag ik aan de rechter zijkant van de schuur in het grind van de oprit twee sporen vermoedelijk van het karretje. Ongeveer een week na de inbraak zag ik dat er een krukje in de schuur stond. Ik herkende dit krukje niet als zijnde mijn krukje. Bij navraag bij mijn vrouw en zoon kan ik niet de herkomst herleiden van het krukje.
Een proces-verbaal d.d. 14 juni 2012, opgenomen op pagina 801 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de getuigenverklaring van [getuige 1], zakelijk weergegeven:
p. 804 Wij gebruiken het karretje alleen thuis. Ik neem het karretje ook wel mee in de auto als ik spullen uit moet laden. Ik rijd dan vanaf [adres 1] naar Assen. Ik gebruik het karretje daar dan om spullen uit te laden. Hierna gaat het karretje weer in de auto mee terug naar de [adres 1]. Het karretje zwerft niet rond. De schuur was niet afgesloten. De sleutel zat in de deur. Dit gebeurt wel vaker. Het krukje, aangetroffen in de schuur, ken ik niet. Ik weet zeker dat dit krukje niet in de schuur thuishoort. Dit krukje heeft nooit in huis gestaan.
Een proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 6 mei 2012, opgenomen op pagina 810 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering H.J. Mulder, zakelijk weergegeven:
p. 810 Op zondag 6 mei 2012 werd door mij verbalisant als forensisch onderzoeker op verzoek van Politie Groningen een forensisch onderzoek naar sporen verricht in verband met een inbraak in een woning, gepleegd op zaterdag 5 mei 2012. Het onderzoek is verricht in een woning bij [aangever 1] te [adres 1] Groningen.
Achter deze garage stond een metalen ladder. Kennelijk is de ladder door de daders gebruikt om op het balkon aan de achterzijde te klimmen. Ik zag sporen van braak op de kiep/draai deur naar de slaapkamer. Ik zag dat het sluitmechanisme beschadigd was en dat deze niet meer goed wilde sluiten. Ik zag dat er stukjes verf van de kiep/draaideur, ter hoogte van het sluitmechanisme, afgebroken waren. Ook zag ik dat er een stukje aluminium afgebroken was van het slotmechanisme, Het stukje lag op de dorpel. Ik zag indruksporen van een onbekend breekvoorwerp in de draai/kiepdeur.
p. 811 Ik zag dat de meeste kasten en lades waren doorzocht. De aangever vertelde dat in haar slaapkamer in de kledingkast een kluisje met sieraden had gestaan. Beneden in de bijkeuken had een hele zware kluis gestaan met daarin alle belangrijke papieren en geld. Beide kluizen waren weggenomen. De aangever vertelde dat de grote kluis dusdanig zwaar was dat de installateurs deze niet naar boven konden brengen vanwege het gewicht. De kluis is niet verplaatsbaar door één persoon. Ik zag dat de grote kluis uit de bijkeuken was verplaatst door deze op 2 vloermatten te schuiven/zetten en naar de woonkamer te duwen/slepen, Ik zag op de vloer duw/sleepsporen richting de tuindeuren. Via de tuindeuren is de kluis naar buiten gebracht. De daders hebben kennelijk de trolley uit de garage gehaald en gebruikt om de zware kluis te vervoeren. Ik zag een duidelijk indrukspoor in het gravel waar de trolley langs is geduwd/getrokken. Kennelijk heeft de auto van de daders achter de garage gestaan, gezien het spoor van de trolley. De aangever vertelde dat de trolley beschadigd/doorgebogen was, kennelijk door de zware kluis. De aangever vertelde dat dit niet zo was toen zij de trolley voor het laatst hadden gebruikt. Ik zag tijdens het dactyloscopische onderzoek, op het handvat van de trolley, een afdruk van een handpalm. Kennelijk is het aangetroffen spoor op het handvat achtergelaten door de dader. Door mij werd het spoor veiliggesteld op folie. (SIN AADF5518NL)
Rapport Dactyloscopisch sporenonderzoek, opgenomen op pagina 813 e.v. van voormeld dossier, zakelijk weergegeven:
p. 813 SIN AADF5518NL heeft geleid tot de gedragen conclusie dat het spoor geïdentificeerd is op een afdruk voorkomend op het vingerafdrukkenblad ten name van: [medeverdachte 1], geboren [datum].
p. 814 De identificatie betekent dat het spoor identiek is aan de afdruk van de geïdentificeerde. Dit leidt tot de conclusie dat alleen de geïdentificeerde de donor van het spoor kan zijn.
Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 augustus 2012, opgenomen op pagina 815 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van Zigterman en Özbilgic, zakelijk weergegeven:
p. 815 Op dinsdag 31 juli 2012, vond er in het onderzoek Algerije een doorzoeking plaats in het bedrijf [naam bedrijf 8] gevestigd in perceel [adres 11] te Groningen. Hierbij werd onder andere een doos met zilveren bestek en overig zilverwerk in beslag genomen. Op donderdag 2 augustus 2012 lieten wij [getuige 1] het eerder genoemde zilveren bestek zien. Wij zagen aan haar gezicht dat zij schrok en zeer geëmotioneerd werd. We hoorden dat zij tegen ons zei dat dit van haar was. Wij hoorden dat zij zei dat dit bestek in het berghok stond in een bestekbakje. Het bestek werd niet meer door hen gebruikt en was opgeborgen. Dat was voor haar de reden dat zij het in eerste instantie niet miste na de inbraak.
Een geschrift, te weten een totaalbeslaglijst van de doorzoeking van het perceel [adres 11] te Groningen, los gevoegd:
Omschrijving van het in beslaggenomen voorwerp: klapkruk (in de telefooncel rechts).
Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 augustus 2012, opgenomen op pagina 822 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de relatering van Zigterman en Özbilgic, zakelijk weergegeven:
p. 822 Op 31 juli 2012, vond er in het onderzoek Algerije een doorzoeking plaats in de woning gelegen op perceel [adres 12] te Groningen. Hierbij werd onder andere een blauwe geldkist in beslag genomen. Op maandag 6 augustus 2012 heeft het onderzoeksteam contact gehad met [getuige 1], wonende aan [adres 1] te Groningen. Hierop gaf zij ons aan dat er ook nog een blauw geldkistje was weggenomen bij de inbraak. Zij had dit nog niet opgegeven bij de aangifte. Hierop lieten wij haar een tweetal foto's zien van het door ons aangetroffen geldkistje. Zij verklaarde ons dat dit geldkistje precies leek op het geldkistje wat bij haar was weggenomen bij de woninginbraak. Hierop overhandigde zij ons de bijbehorende sleutels die zij nog in haar bezit had.
Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 augustus 2012, opgenomen op pagina 825 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van Zigterman en Özbilgic, zakelijk weergegeven:
p. 825 Op dinsdag 31 juli 2012 vond er in het onderzoek Algerije een doorzoeking plaats in een vakantiewoning gelegen op perceel [adres 13] te Wedde. Hierbij werd onder andere een laptop van het merk Dell type Inspiron in beslag genomen. Deze laptop staat omschreven in de beslaglijst van dat perceel onder nummer W-A-07. Door opsporingsambtenaar
D. Heslinga van de afdeling Digitale Expertise, werd uit deze in beslag genomen computer een document uitgedraaid afkomstig uit een map van die computer met de naam [naam]. In dit document staat de naam [aangever 1] vermeld. Dit betreft de ex-man en zakenpartner van [getuige 1]. Op maandag 6 augustus 2012 heeft het onderzoeksteam contact gehad met [getuige 1] te Wedde en wonende aan [adres 1] te Groningen. Deze uitdraaien werden getoond aan [getuige 1]. Wij hoorden dat [getuige 1] tegen ons zei dat dit document op haar computer stond, hiermee bedoelde zij de laptop die bij de woninginbraak was weggenomen. Zij herkende de inhoud van dit document. Wij hoorden dat zij tegen ons zei dat zij haar voornaam zag staan, namelijk [naam]. Tevens zag zij de namen van haar kleinkinderen op deze uitdraai staan, namelijk [naam] en [naam] staan. Bij bijlage drie weden deze namen ook herkend en benoemd. De gebruiker JW was haar onbekend.
Een tapgesprek d.d. 4 mei 2012, 18:39:51, p. 53 e.v. van voormeld dossier, zakelijk weergegeven:
Met nummer: [nummer]
Tenaamstelling: HADZIAVDIC,E„KLEINE HADDINGESTRAAT,1„9711KG,GRONINGEN,KPN SPM,ABON CellIdfirst: 204-08-4533-49331
MastlokatieFirst: GRT MARKT 30-33, 9712HV GRONINGEN
p. 53 [medeverdachte 1] (sh) wordt gebeld door NN man.
NN: Zo’n vitootje dat is niks man, dat is te klein. Je moet echt zo'n sprinter zijn denk ik.
[medeverdachte 1]: Met een laadklep, dat moeten we hebben.
NN: Met zo'n laadklep. Ik heb gekeken en kon nergens huren. En eentje met laadklep is onder de labtrik (fon) nergens. Ik heb gisteren de hele dag rondgekeken. Ik had van eentje een vito privé ook een witte en eentje heeft een
p. 54 Mercedes sprinter zo'n grote. Die neemt de telefoon niet op ik kan hem niet
bereiken.
[medeverdachte 1]: Kijk maar man, het is prachtig weer.
NN: Ja, man en hij belt me ook die jongen, want die gaat rijden. Die kan beter maar gewoon doorrijden (te zacht niet te verstaan).
[Medeverdachte 1]: mmmuh
NN: Ik heb liever twee rijders dan 1. Dat gaat sneller.
[Medeverdachte 1]: Kijk maar wat je kan regelen.
NN: Ik zeg je wat ik heb.
[Medeverdachte 1]: Gewoon regelen. Pakken die dingen, gaan we vanavond heen.
NN: Ja??
[Medeverdachte 1]; Ja natuurlijk.
NN: Is goed.
Einde gesprek.
Een tapgesprek d.d. 4 mei 2012, 20:49:49, beller: [medeverdachte 1], gebelde: [verdachte]
p. 53 e.v. van voormeld dossier, zakelijk weergegeven:
Gespreksgegevens: 830074-12 016 281033953
Tijdstip: 04-05-12 In/uit U
Met nummer: [nummer 1]
Cellldfirst: 204-08-4533-49331
MastlokatieFirst: GRT MARKT 30-33, 9712HV GRONINGEN
[Medeverdachte 1] belt met Nn man.
[Medeverdachte 1] vraagt waar ze zijn.
Nn man zegt dat Keizer in de stad is en hijzelf in Veendam.
[Medeverdachte 1] zegt dat die ander net belde, dat die ook al klaar is.
Nn man vindt dit tof.
[Medeverdachte 1] vraagt of NN man nu even kijkt of alles nog hetzelfde is en alles al klaar is.
NN man gaat dat nu doen. Niet een uurtje, want het is nu nog superlicht, dan belt hij [medeverdachte 1] gelijk.
Ten aanzien van het onder 6 primair ten laste gelegde
Een proces-verbaal d.d. 30 mei 2012, opgenomen op pagina 957 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de aangifte van [aangever 6], zakelijk weergegeven:
p. 957 Ik doe aangifte van inbraak in mijn pand aan [adres 6] te Buitenpost. Dit pand zelf is niet mijn eigendom maar ik huur dit pand van een Chinese man uit Groningen. Ik ben wel gemachtigd om aangifte te doen. Op dinsdag 29 mei om ben ik weg gegaan en heb alles goed afgesloten. De volgende dag woensdag 30 mei was ik weer bij het pand. Binnen in het pand viel het mij op dat er een tv weg was. Nadat ik het hele pand was doorgegaan bleek er nog een tv weg te zijn. De twee tv's waren beide boven een schouw aan de muur bevestigd. Ik zag op de bovenverdieping aan de achterzijde dat er een raam geforceerd was. Ik zag dat er gezien de schade aan het kozijn eerst is geprobeerd om het raam open te breken. Dit is niet gelukt. Hierna is het glas van het raam ingeslagen. Achter dit raam dat een stalen hekwerk. Dit hekwerk is met geweld naar achteren geduwd. Hierdoor zijn de bevestigingsbouten gebroken. De tv's waren grote flatscreens die in een glazen omlijsting zaten met een goudkleurige rand.
p. 958 Aan de buitenzijde van het pand zag ik dat de toegangsdeur die op de tuin uitkomt open stond. Deze deur was aan de achterzijde dicht gemaakt door en een plank achter te schroeven. Deze gehele plank was verwijderd en de deur geopend. Ik denk dus dat de daders via de brandtrap aan de achterzijde op het dak van het pand terecht zijn gekomen en van daaraf hebben ingebroken.
Een proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 20 juni 2012, opgenomen op pagina 961 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering G.J. Swart, zakelijk weergegeven:
p. 961 Op woensdag 30 mei 2012 werd door mij verbalisant als forensisch onderzoeker op verzoek van Politie Fryslân een forensisch onderzoek naar sporen verricht in verband met een inbraak in een horecagelegenheid, gepleegd op woensdag 30 mei 2012.
De dader heeft het achtererf bereikt door de schuttingdeur te forceren. Op welke wijze en waarmee dat werd gedaan, is uit het sporenonderzoek niet duidelijk geworden. De dader is via een brandtrap, aan de westzijde van het pand op het platte dak geklommen. De dader heeft zich de toegang tot het pand verschaft door een raam van de le verdieping, aan de achterzijde van de woning, open te breken. Aan de onderzijde van het kozijn waren indruksporen van een breekwerktuig zichtbaar. Middels handreiking werd vervolgens het raam geopend. Op de middenstijl, aan beide zijden, werden door mij 3 dactyloscopische sporen zichtbaar gemaakt. Gelet op de stand en plaats van aantreffen van deze sporen, betroffen dit inklimsporen. Deze sporen werden door mij, onder SIN AADL8658NL, AADL8659NL en AADL8660NL, veiliggesteld. Via deze etage is de dader, via de trap naar de begane grond gegaan. Op 2 verschillende plaatsen in het horecabedrijf, werden 2 flatscreens weggenomen. Deze flatscreens waren, elk in een afzonderlijke ruimte boven de schoorsteen, aan de muur bevestigd.
p. 962 De dader heeft het pand verlaten via de plaats van binnenkomst.
Rapport Dactyloscopisch sporenonderzoek, opgenomen op pagina 965 e.v. van voormeld dossier, zakelijk weergegeven:
p. 965 SIN AADL8658NL heeft geleid tot de gedragen conclusie dat het spoor geïdentificeerd is op een afdruk voorkomend op het vingerafdrukkenblad ten name van: [verdachte], geboren [datum].
p. 966 De identificatie betekent dat het spoor identiek is aan de afdruk van de geïdentificeerde. Dit leidt tot de conclusie dat alleen de geïdentificeerde de donor van het spoor kan zijn.
Rapport Dactyloscopisch sporenonderzoek, opgenomen op pagina 974 e.v. van voormeld dossier, zakelijk weergegeven:
p. 974 SIN AADL8660NL heeft geleid tot de gedragen conclusie dat het spoor geïdentificeerd is op een afdruk voorkomend op het vingerafdrukkenblad ten name van: [Medeverdachte 1], geboren [datum].
p. 975 De identificatie betekent dat het spoor identiek is aan de afdruk van de geïdentificeerde. Dit leidt tot de conclusie dat alleen de geïdentificeerde de donor van het spoor kan zijn.
Een geschrift, te weten een totaalbeslaglijst van de doorzoeking van het perceel [adres 12] te Groningen van verbalisant E.J. Wildeboer, los gevoegd:
Omschrijving van de in beslaggenomen voorwerpen: goudkleurige lijsten/ TV lijsten.
Een proces-verbaal d.d. 18 september 2012, opgenomen op pagina 976 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de getuigenverklaring [getuige 2], zakelijk weergegeven:
p. 976 Ik zie nu dat van één van de lijsten het daarin gemonteerde paneel is vernield. U heeft dat vastgelegd op foto. Ik herken de lijsten als afkomstig uit de zaak aan [adres 6].
Ten aanzien van het onder 7a, b, c en d primair ten laste gelegde
Een proces-verbaal d.d. 18 juli 2012, opgenomen op pagina 980 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de aangifte van [aangever 7], zakelijk weergegeven:
p. 980 Ik ben gerechtigd tot het doen van aangifte namens [naam bedrijf 4]. Op 17 juli 2012 is het pand in onbeschadigde en afgesloten staat achtergelaten. Op 18 juli 2012 werd ik gebeld door het [naam bedrijf 5]. Er zou ingebroken zijn. Toen ik omstreeks 09:00 uur ter plaatse kwam zag ik dat de zaak doorzocht was. Laatjes stonden open en de toegangsdeur tussen ons bedrijf en de gezamenlijke keuken was verbroken, ik zag dat het slot helemaal verbogen was. Van het uitzetraam was de hendel verbroken, zodat gemakkelijk in en uit de zaak kon worden geklommen. Ik mis vanaf de balie een kassa met € 20,-. De kassa is in zijn geheel weggenomen. In de kassa zat ook een gouden ring met diamant van mijzelf.
Een proces-verbaal d.d. 18 juli 2012, opgenomen op pagina 983 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de aangifte van [aangever 8], zakelijk weergegeven:
p. 983 Ik ben gerechtigd tot het doen van aangifte namens [naam bedrijf 5]. Op 17 juli 2012 is het vliegbedrijf afgesloten en onbeschadigd achtergelaten. Toen ik vanmorgen 18 juli 2012 rond half negen weer op de zaak kwam zat de deur op slot. Nadat ik de deur van het slot had gedaan stapte ik naar binnen en zag ik dat in het ontvangst gedeelte van de zaak, vanaf de toon bank, de kassa weggenomen was. Ik zag dat de kassa volledig weggenomen was en dat het stroomdraadje, waarmee de kassa verbonden was, was doorgeknipt of gesneden. In deze kassa zat 50 euro in kleine eenheden. Ik kwam er later achter dat dit doorknippen/ snijden kortsluiting had veroorzaakt.
p. 984 Tevens was een stalen archief kast opengebroken. De deuren van deze kast stonden open en de deuren met daarin het slot waren helemaal verbogen. In deze metalen kast stonden twee bekers met kleingeld ten behoeve van de snoep en frisdrank automaten. Deze twee bekers met een inhoud van ongeveer 200 euro aan kleingeld waren weggenomen. De deur welke toegang geeft tot een gezamenlijke keuken, welke gedeeld wordt met [naam bedrijf 4], was ook verbroken, ik zag dat deze deur openstond en dat het slot helemaal verbogen was.
Een mutatie rapport d.d. 23 juli 2012, opgenomen op pagina 986 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van Spreeuwers, zakelijk weergegeven:
p. 986 Het betrof een vrijstaand bedrijfspand die in gebruik was bij twee bedrijven, te weten een rondvluchtbedrijf en een Sky Dive Centrum. De twee bedrijven hadden elk een helft van het pand in gebruik. Deze twee ruimtes waren slechts van elkaar gescheiden door een keukentje en een binnendeur. De toegang tot het pand werd verkregen door het openbreken van een uitzetraam aan de voorzijde van het pand, uiterst rechts van de voordeur gelegen. Gelet op de vorm en afmetingen van de aanwezige indrukken op het raam, zijn deze veroorzaakt door een platbek schroevendraaier. De toegang tot het andere deel van het pand werd verkregen door het openbreken van een tussendeur. Gelet op de vorm en afmetingen van de aanwezige indrukken, zijn deze veroorzaakt door een breekijzer. Binnen in het pand was tevens een ijzeren kast opengebroken en er was een kassa weggenomen van een bureau. [Aangever 8] verklaarde dat er ook een paar zwarte lederen handschoenen van hem waren weggenomen uit een bureaulade. Het bleek te gaan om de eerder in beslaggenomen handschoenen in Nes, die daar vermoedelijk achtergelaten waren door de dader. [Aangever 8] identificeerde de handschoenen als zijn eigendom, nadat ik deze had getoond in een doorzichtige papieren zak. De handschoenen heb ik voor nader onderzoek meegenomen
(SIN: AADL8331NL). Gelet op het feit dat de buitendeur in de keuken niet was afgesloten, is het aannemelijk dat de dader hier het pand weer heeft verlaten.
Een proces-verbaal d.d. 25 juli 2012, opgenomen op pagina 1075 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van W.A. den Hartogh, zakelijk weergegeven:
p. 1076 Ik zag op 17 juli 2012 toen dat een manspersoon als bestuurder optrad van een personenauto, merk [merk], type [type], kleur zwart en voorzien van het kenteken [kenteken]. Deze bestuurder reed mij daar met lage snelheid tegemoet. Ik vroeg deze bestuurder naar zijn rijbewijs. Na enig aandringen overhandigde hij mij een geldig Nederlands paspoort. Aan de hand van de foto in het paspoort was het mij duidelijk dat het de persoon was van wie het paspoort was. Het betrof: [medeverdachte 1], geboren te [plaats] op [datum]. (…) [Medeverdachte 1] vertelde dat hij naar Ameland gekomen was met vrienden en dat ze voor één nacht op Ameland verbleven. Ze hadden op dat moment nog geen overnachtingadres. Hij zei dat hij de volgende dag een tandemsprong wilde maken bij het paracentrum op het vliegveld in Ballum op Ameland. Hij wilde van deze tandemsprong dan video opnamen hebben die hij aan zijn moeder wilde geven voor haar verjaardag. Ze waren ook al bij het vliegveld geweest waar ook het paracentrum is gevestigd voor informatie over het springen.
Een proces-verbaal d.d.1 augustus 2012, opgenomen op pagina 589 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de verklaring van [medeverdachte 1], zakelijk weergegeven:
p. 590 V: Heb je ingebroken in [naam bedrijf 4]?
A: Ik ben daar overdag geweest. Ik wilde een sprong maken maar dat kon niet in verband met het weer. Ik was daar vlak voordat ik daar werd aangehouden. Ik ben alleen bij die mensen geweest van die tandem sprong. [Verdachte] is daar ook binnen geweest maar hij wilde niet springen.
Een proces-verbaal d.d. 18 juli 2012, opgenomen op pagina 987 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de aangifte van [aangever 9], zakelijk weergegeven:
p. 987 Ik ben directeur van het [naam bedrijf 6] gevestigd aan [adres 9] te Ballum. Eigenaar is de [naam stichting 1], gevestigd [adres 14] te Ballum. Ik ben bevoegd namens de stichting aangifte te doen en een verklaring af te leggen. Tussen 17 juli 2012 en 18 juli 2012 is ingebroken in[naam bedrijf 6]. Men heeft zich de toegang tot het pand verschaft door een ruit van een ijsloket, aan de zuidzijde van het pand, te forceren. Het ruitje betrof een enkelglas (schuif)ruitje, wat redelijk eenvoudig te forceren was. Het kapotte glas lag op de balie bij het ijsloket.
p. 988 In het restaurantgedeelte, nabij de bar, stond een kassa met daaronder een kassa la. Deze kassa la is geforceerd/verwijderd en neergezet enkele meters verderop op de bar. Deze kassa la was leeg. De sleutel bevindt zich nog in de kassa la. De kassa, merk Eijsink, welke in het restaurant staat, bevindt zich op een houten kastje. Daaronder in dit kastje en achter een dichte deur stond een inleglade van deze kassa met ongeveer 400 euro erin. Dit geld en de inleglade is geheel verdwenen. Ook vanuit dit kastje zijn een tablet, merk DISGO tablet pc8100, nieuwwaarde 129 euro en een laptop, merk Acer Aspire one, nieuwwaarde 249 euro, ontvreemd. Ik zag tenslotte dat de terrasdeuren aan de noordoostzijde van het restaurant open stonden. Vermoedelijk is men via deze weg vertrokken. Op de glazen pui, rond het buitenterras, zijn veegsporen zichtbaar en beneden op het strand zijn voetsporen te zien.
Een proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 8 augustus 2012, opgenomen op pagina 998 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering R. Spreeuwers, zakelijk weergegeven:
p. 997 Op woensdag 18 juli 2012 omstreeks 16:15 uur, werd door mij verbalisant als forensisch onderzoeker op verzoek van politie Friesland een forensisch onderzoek naar sporen verricht in verband met een bedrijfsinbraak, gepleegd op dinsdag 17 juli 2012.
Het onderzoek is verricht in en om een restaurant aan [adres 9] te Ballum, binnen de gemeente Ameland. Het betrof een vrijstaand bedrijfspand, gelegen aan het strand en de Noordzee.
De toegang tot het pand werd verkregen door het vernielen en inklimmen van een horizontaal bewegend schuifraam aan de rechterzijde van het pand, gezien vanaf de Strandweg. Gelet op de aanwezigheid van aardappelresten op de ruit, is het aannemelijk dat de ruit is ingeslagen met een aardappel. De aangever verklaarde dat er enkele meters rechts van het inklimraam een kist met grote aardappelen stond. Binnen in het pand waren volgens de aangever lades en deuren van diverse koelkasten en kasten geopend.
p. 998 Hij verklaarde ook dat een openslaande deur aan de strandzijde open had gestaan toen de inbraak werd ontdekt. Het betrof, gezien vanaf het strand, de meest links gelegen deur. Mede gelet op dit feit, is het aannemelijk dat de dader het pand via deze deur heeft verlaten.
Een proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 3 augustus 2012, als los document gevoegd, zakelijk weergegeven:
In de zaak tegen de [medeverdachte 1] (parketnummer 18/830344-12) en [verdachte] (parketnummer 18/830266-12) heeft mr. A.L.M.J.A. rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in bovengenoemde rechtbank, op mondelinge vordering van de officier van justitie, op 31 juli 2012 doorzoeking ter inbeslagneming verricht op het adres [adres 13], plaatsnummer [nummer].
Omschrijving in beslaggenomen voorwerp: Acer Aspire One laptop.
Een proces-verbaal d.d. 18 juli 2012, opgenomen op pagina 1074 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de relatering van S. Jansma, zakelijk weergegeven:
p. 1074 Aangever [9] deelt, met betrekking tot de inbraak in het [naam bedrijf 6] mee, dat zijn personeel de avond voor de inbraak een personenauto [auto 2], zwart van kleur tussen dinsdag 17 juli 2012 omstreeks 22.00 uur tot woensdag 18 juli 2012 omstreeks 0.30 uur hebben zien rondrijden nabij het [naam bedrijf 6] ([straatnamen] te Ballum).
Een proces-verbaal d.d. 18 juli 2012, opgenomen op pagina 1016 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de aangifte van [aangever 10], zakelijk weergegeven:
p. 1016 Ik ben namens de benadeelde gerechtigd tot het doen van aangifte. Op 17 juli 2012 is de zaak afgesloten en onbeschadigd achtergelaten. Op 18 juli 2012 kwam mijn vader bij de zaak bij de achterdeur. Mijn vader zag dat deze achterdeur verbroken was en heeft mij gebeld en ik heb de politie gebeld. Toen ik even later ter plaatse kwam bij de achterdeur, zag ik dat deze verbroken was. In de zaak zag ik dat de deur achter de centrale balie verbroken was en dat vanuit het achter deze deur gelegen kantoortje vanuit een kast een grote kluis was weggenomen. Deze kluis was ongeveer 70 bij 50 bij 80 centimeter groot. In deze kluis zat 3500 euro aan kleingeld en sieraden van mijzelf. Ik zag dat diverse telefoonlijnen waren stukgetrokken en dat een inbraakclaxon, welke nabij de centrale
p. 1017 balie hing, kapot was gemaakt. Het inbraak beveiligingssysteem is volledig onklaar gemaakt. In de achterste ruimte van de zaak waren in totaal 19 gokautomaten van diverse merken opengebroken. Al het geld was uit deze automaten gehaald. Naast de 600 euro standaard geldvoorraad zat er ook gemiddeld 250 euro speelgeld in. Tevens was 1 wisselautomaat opengebroken en 1 wisselautomaat in zijn geheel weggenomen. In deze beide wisselautomaten zat samen voor 3000 euro aan kleingeld. In de achterste ruimte zag ik op de grond een tas liggen van het merk "Vic Fashion for men". Ook in de achterste ruimte lag een schroevendraaier en achter de balie nog twee schroevendraaiers. Deze schroevendraaiers en tas zijn door de inbrekers achtergelaten. Er waren tevens 2
steekkarretjes, welke in de buurt van de achteruitgang stonden, weggenomen. Vanuit de hal waren nog 4 nieuwe Alcatel gsm's weggenomen, dit waren prijzen die mensen konden winnen. Vanachter de balie waren nog 20 sloffen sigaretten weggenomen. Tevens was er nog een kleine kluis weggenomen vanachter de balie, in deze kluis zat niets. Vanonder de centrale toonbank waren diverse bakjes met kleingeld weggenomen ter waarde van 1300 euro.
p. 1018 Opmerking verbalisant: Op een nabijgelegen parkeerplaats aan het [adres 10] werden 2 koevoeten, een schroevendraaier, 2 steekwagens, 1 paar zwarte lederen handschoenen, 1 pakje sigaretten, merk Camel filter, waarvan 2 à 3 sigaretten misten en de kluis waar niks in zat in de bosjes aangetroffen. De schroevendraaier, een paar handschoenen, beide koevoeten en het pakje sigaretten werden in beslag genomen. Alle in beslag genomen goederen werden overgedragen aan de technische recherche ten behoeve van sporenonderzoek. De twee steekwagens en de lege kluis zijn weer terug gegeven aan [naam bedrijf 7].
Een proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 28 juli 2012, opgenomen op pagina 1021 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering R. Spreeuwers, zakelijk weergegeven:
p. 1021 Op woensdag 18 juli 2012 omstreeks 13:00 uur, werd door mij verbalisant als forensisch onderzoeker op verzoek van politie Friesland een forensisch onderzoek naar sporen verricht in verband met een inbraak bedrijf, gepleegd op dinsdag 17 juli 2012. Het onderzoek is verricht in en om een bedrijfspand aan [adres 10] te Nes, binnen de gemeente Ameland. Het betrof een vrijstaand pand waarvan de achterzijde vrij toegankelijk was. In het pand was een amusementshal gevestigd.
p. 1022 De toegang tot het pand werd verkregen door het openbreken van een openslaande deur aan de achterzijde van het pand, welke toegang gaf tot de hal waarin de spelletjesautomaten stonden en de kassa. Op de deur en het deurkozijn zag ik meerdere indrukken staan welke veroorzaakt zijn door een onbekend breekvoorwerp. Recht tegenover deze deur bevond zich de kassa. Onder in de kast achter de kassa zag ik twee grijs-oranje schroevendraaiers liggen van het merk "Werckmann". De eigenaresse verklaarde dat zij deze niet eerder had gezien en niet haar eigendom waren. Deze schroevendraaiers heb ik veiliggesteld en meegenomen ten behoeve van DNA-onderzoek, aangezien deze vermoedelijk van de dader afkomstig zijn. Naast de kassa, aan een kastwand naast de deur van het kantoor, hing een zichtbaar vernield zwart apparaat. De eigenaresse vertelde mij dat dit het geluidsalarm betrof en dat ook de alarm- en telefoonbedrading vernield was. De toegang tot het kantoor werd verschaft door het openbreken van deze deur. Op de deur en het deurkozijn zag ik meerdere indrukken staan. Gelet op de vorm van afmetingen zijn deze indrukken vermoedelijk veroorzaakt door een breekijzer. De eigenaresse vertelde mij dat er een kluis (80 cm lang, 80 cm breed, 60 cm hoog) was weggenomen uit een inloopkast van het kantoor. Ook waren er vier GSM-telefoons weggenomen. Links van de kassa, gezien vanaf de opengebroken buitendeur, bevonden zich alle gokkasten. De eigenaresse verklaarde dat er negentien gokkasten waren opengebroken en een geldwisselautomaat. Daarnaast was er een geldwisselautomaat in zijn geheel weggenomen vanaf een sokkel en had men gepoogd een derde geldwisselautomaat open te breken. De geldwisselautomaten bevonden zich alle drie in de gokruimte, zowel in het rokersgedeelte als het niet-rokersgedeelte. In de gokruimte zag ik meerdere vernielde gokkasten, waarvan de deurtjes aan de onderzijde waren vernield. Op korte afstand van de kassa zag ik op de vloer een zwarte stoffen tas met hengsels op de vloer liggen, vlak voor een opengebroken gokkast. Op de tas stond onder andere het opschrift "Vic Fashion for Men" in zilverkleurige letters. Kennelijk is deze achtergelaten door de dader. Deze tas heb ik veiliggesteld en meegenomen voor DNA-onderzoek (SIN: AADL8332NL). Op de vloer, naast een gokkast in het rokersgedeelte, zag ik een kruiskop schroevendraaier liggen. De eigenaresse had deze niet eerder gezien en verklaarde dat deze niet haar eigendom was. Kennelijk is deze schroevendraaier achtergelaten door de dader. Op meerdere vernielde gokkasten heb ik handschoensporen aangetroffen. De handschoensporen bevonden zich vrijwel allemaal op het onderste deel van de gokkasten, alsmede op gokkastonderdelen die op de grond lagen. Daarnaast trof ik op meerdere vernielde gokkasten rode verf aan, vermoedelijk veroorzaakt door een steekvoorwerp. Deze rode kleur trof ik ook aan op de vernielde geldwisselautomaten. Het is daarom zeer waarschijnlijk dat de achterdeur, de gokkasten en de geldwisselautomaten zijn opengebroken met hetzelfde breekvoorwerp.
p. 1023 Op ongeveer 200 meter afstand van [naam bedrijf 7] werden door de basispolitiezorg nabij een parkeerplaats meerdere breekwerktuigen aangetroffen en in beslag genomen, waaronder een rood breekijzer. Tevens werden aldaar een steekkar, een pakje Camel sigaretten, een kluis en zwarte lederen handschoenen aangetroffen. Vermoedelijk zijn deze goederen achtergelaten door de dader. De steekkar en de kluis waren weggenomen uit de amusementshal. De goederen waren erg nat toen ik deze aantrof op het politiebureau te Nes. In overleg met het Forensisch Loket en Sporenbeheer te Assen heb ik besloten om de handschoenen veilig te stellen en mee te nemen voor DNA-onderzoek. De handschoenen werden bij een ander onderzoek, die ik later op de dag verrichtte, geïdentificeerd door [aangever 8]. Hij verklaarde namelijk dat bij de inbraak in zijn bedrijf aan [adres 7] te Ballum, zijn zwarte lederen handschoenen waren weggenomen uit een bureaulade. Nadat ik hem de handschoenen had laten omschrijven liet ik de in beslag genomen handschoenen aan hem zien. Hij vertelde mij dat deze handschoenen zijn eigendom waren. Het is aannemelijk dat de handschoenen zijn gebruikt door de dader bij inbraken op Ameland.
Een proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 6 augustus 2012, als los document gevoegd, inhoudende de relatering van N.W.M. Brouwers, zakelijk weergegeven:
Onderzoek tas AADL8332NL: ik heb de tas onderzocht op de aanwezigheid van bloed. Hierbij zag ik een op bloed lijkend spoor. De aanwezigheid van bloed in dit spoor is met de tetrabasetest niet bevestigd. Ik heb de hengsels van de tas bemonsterd met behulp van stubs op mogelijk aanwezige gebruikssporen. Ik heb de stubs veiliggesteld in een cupje in een gripzakje, gewaarmerkt met SIN AAEQ7750NL en verzegeld.
Een rapport DNA-onderzoek naar aanleiding van een inbraak gepleegd in Nes op 17 of 18 juli 2012, d.d. 21 september 2012, als los document gevoegd:
SIN AAEQ7750NL: celmateriaal kan afkomstige zijn van [medeverdachte 1]. De kans dat het DNA-profiel van een willekeurig gekozen persoon matcht met de uit het DNA-mengprofiel van het celmateriaal in de bemonstering AAEQ7750NL afgeleide combinatie van DNA-kenmerken is kleiner dan één op één miljard.
Een proces-verbaal d.d. 27 juli 2012, opgenomen op pagina 1025 e.v. van het dossier zaak: Algerije d.d. 25 oktober 2012, inhoudende de relatering van J. Dijkhuis, zakelijk weergegeven:
p. 1025 In verband met het onderzoek genaamd "Algerije" en de hierin onder andere voorkomende verdachten [medeverdachte 1] en [verdachte], hebben wij verbalisanten onderzoek gedaan in de hotelkamers 54 en 56 van het van der Valk hotel te Zuidbroek, welke door [medeverdachte 1] respectievelijk [verdachte] gehuurd waren. [Verdachte] had op 18 juli 2012 omstreeks 15:55 uur kamer 56 gehuurd en was op 19 juli 2012 omstreeks 12:00 uur weer uitgecheckt. Hierna hebben wij verbalisanten op donderdag 19 juli 2012 omstreeks 13:20 uur deze kamer op mogelijk achtergelaten spullen bekeken. In de kamer van [verdachte] troffen wij verbalisanten geen bijzonderheden aan.
[Medeverdachte 1] had samen met [medeverdachte 3] verbleven in kamer 54. Zij zijn ingecheckt op 18 juli 2012 omstreeks 15:05 uur. Zij zijn uitgecheckt op 21 juli 2012 en om omstreeks 13:30-14:00 uur hebben zij hun kamer verlaten. Hierna is door bedrijfsleidster [naam] van het van der Valk hotel, deze kamer afgesloten en is niemand meer in die kamer geweest. Op maandag 23 juli 2012 omstreeks 11:15 uur hebben wij verbalisanten kamer 54 bekeken op mogelijk achtergelaten spullen.
P. 1026 Verder troffen wij verbalisanten in de kamer aan twee kleine sleutels. De twee sleutels hebben wij verbalisanten in beslag genomen.
Een proces-verbaal d.d. 27 juli 2012, opgenomen op pagina 1035 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van J. Dijkhuis, zakelijk weergegeven:
p. 1035 Op maandag 23 juli 2012, omstreeks 11.30 uur, hebben verbalisanten De Boer en Loonstra een tweetal sleutels aangetroffen op kamer 54 van Hotel Van der Valk in Zuidbroek. Deze kamer was gehuurd door subject [medeverdachte 1]. Op vrijdag 27 juli 2012, heb ik, verbalisant Dijkhuis, beide sleutels getoond aan de eigenaresse van [naam bedrijf 7] in Nes op Ameland. Zij verklaarde mij dat mogelijk beide sleutels afkomstig waren uit [naam bedrijf 7] en bij controle bleek dat de sleutel voorzien van het nummer 92301 zeker afkomstig was uit [naam bedrijf 7]. Deze sleutel was afkomstig uit de sleutelkast die in de nacht van de inbraak, 17 op 18 juli 2012, was opengebroken. Deze sleutelkast hangt achter de balie, welke tijdens de openingsuren altijd is bemand en waar klanten niet bij kunnen komen.
Een proces-verbaal d.d. 1 augustus 2012, opgenomen op pagina 1043 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van A.S. de Boer, zakelijk weergegeven:
p. 1043 Tijdens het onderzoek in hotel van der Valk te Zuidbroek waarbij de incheckgegevens en videobeelden van de [verdachte] en [medeverdachte 1] opgevraagd werden middels een vordering, is het volgende bevonden: De mij verbalisant, ambtshalve bekende [medeverdachte 1] welke op de videobeelden te zien is had niet op zijn eigen naam ingecheckt. Ik, verbalisant de Boer, hoorde van de bedrijfsleidster [naam], nadat ik haar [medeverdachte 1] aanwees op de videobeelden, dat [medeverdachte 1] in gezelschap was van een dame en dat deze dame ingecheckt had onder haar naam. De naam van deze dame bleek te zijn: [medeverdachte 3].
Ik, verbalisant de Boer, hoorde dat [naam bedrijfsleider] zei: "De jongedame die onder de naam [medeverdachte 3] ingecheckt had, was in het gezelschap van een man die rossig haar had. De man die u aanwijst op de beelden en die u [medeverdachte 1] noemt, is die man met het rossig haar. Later heeft deze man, met het rossige haar, de kamer verlengd en hierbij betaalde hij met twee briefjes van vijftig euro. Deze [medeverdachte 3] en de rossige man verbleven in kamer 54."
Daarom ontving ik, verbalisant de Boer, de incheckgegevens alsmede een kopie van de identiteitskaart van [medeverdachte 3] aangezien zij samen met [verdachte] ingecheckt had.
Een proces-verbaal d.d. 27 juli 2012, opgenomen op pagina 1060 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van J. Dijkhuis, zakelijk weergegeven:
p. 1060 Op vrijdag 27 juli 2012 werd in de door [medeverdachte 1] gebruikte [auto 2], [kenteken], door collega K. Wiersema een zogenaamde flyer aangetroffen met de tekst:
" Spelen op meerdere automaten is alleen toegestaan mits ze spelen (handmatig of met een kaartje). Bij bezet houden van de machine halen medewerkers de punten eraf ". Op de achtergrond stond een foto van een zogenaamde speelautomaat met de naam Fun City. Deze geplastificeerde flyer werd aangetroffen in de laadbak / kofferbak van de genoemde [auto 2]. Ik, verbalisant, toonde een kopie hiervan aan een medewerker van [naam bedrijf 7] te Nes op Ameland, [naam medewerker]. Hij verklaarde mij dat die flyer door hen, de [naam bedrijf 7], zelf was gemaakt en alleen daar werd gebruikt. Deze flyer was geplastificeerd en stond op diverse plekken in een kunststof stander bij de speelautomaten. [Naam medewerker] toonde mij ook de speelautomaat welke op de foto stond afgebeeld met de naam Fun City.
p. 1061 Eigenaresse [naam] deelde mij mee dat op de rechter zijkant van de geldwisselaar/ geldwisselautomaat die is weggenomen, ook een flyer met plakband was geplakt. Op de aangetroffen flyer in [auto 2] zijn plakbandresten aangetroffen. De gevonden flyer in [auto 2] is dus afkomstig vanuit [naam bedrijf 7] in Nes op Ameland.
Een proces-verbaal d.d. 16 juli 2012, opgenomen op pagina 1065 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de relatering van H.J. Zigterman, zakelijk weergegeven:
p. 1065 Op 18 juni 2012 is door officier van justitie mr. E. de Ruiter een bevel tot observatie afgegeven voor de [medeverdachte 1] voor de duur van 3 maanden. Tevens is in het bevel opgenomen dat er gebruik gemaakt mag worden van technische hulpmiddelen, namelijk een peilbaken. Uit het onderzoek is gebleken dat de [medeverdachte 1] gebruik maakt van een personenauto, een [auto 2], [kenteken] en van een bedrijfsauto, een [auto 1] [kenteken].
Op 18 juni 2012 is een baken geïnstalleerd op het voertuig voorzien van het kenteken [kenteken], [auto 2], t.n.v. [medeverdachte 2], geboortedatum] te [plaats], [adres] te [plaats. Op 24 juni 2012 is een baken geïnstalleerd op het voertuig voorzien van het kenteken [kenteken], [auto 1] t.n.v. Administratiekantoor ATCOM BV Veendam.
p. 1066 Het onderzoeksteam stelde op dinsdag 17 juli 2012 vast, middels bakengegevens, dat het voertuig van [medeverdachte 1], [auto 2], op de pier bij Holwerd stond. De volgende dag, woensdag 18 juli 2012, kreeg het onderzoeksteam te horen dat [medeverdachte 1] op 17 juli 2012, op Ameland, was aangehouden ter zake het rijden in [auto 2], [kenteken], met een ongeldig verklaard rijbewijs. Hieruit bleek dus dat [medeverdachte 1] daadwerkelijk op Ameland was geweest. Even later werd het ons bekend dat er tussen 17 juli en 18 juli 2012 op vier plaatsen was ingebroken.
p. 1068 Hieronder overzicht van alle stop- en bewegingspunten van de baken van [auto 2] [naam bedrijf 6] en vliegveld.
Locatie inbraak: [naam bedrijf 6]: hier heeft [auto 2] van 00:30:46 tot 01:20:06 stilgestaan (werkelijke tijd).
p. 1069 Locatie inbraak: [naam bedrijf 7] Nes Ameland: hier heeft [auto 2] stilgestaan tussen 01:28:38 en 05:26:50 uur (werkelijke tijd)
Een tapgesprek d.d. 19 juli 2012, tijdstip 14:46:08, nummer: [2], beller [medeverdachte 1], gebelden: [medeverdachte 2] en [verdachte], opgenomen op p. 1071 e.v. van voormeld dossier letterlijk weergegeven:
p. 1071 Inhoud
Belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 1] en geeft het gesprek over aan [verdachte] (die [bijnaam] wordt genoemd)
[medeverdachte 2]: [voornaam]
[medeverdachte 1]: Jo.
[medeverdachte 2]: Jo. [medeverdachte 1]: Hoe laat zijn jullie terug?
[medeverdachte 2]: Wij zitten nu op de boot terug.
[medeverdachte 1]: Oki, alles goed gegaan?
[medeverdachte 2]: Ik geef [bijnaam] wel.
[verdachte]: Jo.
[medeverdachte 1]: Alles goed gegaan?
[verdachte]: Nee man.
[medeverdachte 1]: Hoe kan dat dan?
[verdachte]: Ja ik weet niet hoe.
[medeverdachte 1]: Weg?
[verdachte]: Die meisje was al weg gehaald.
[medeverdachte 1]: Kanker snol ja.
[verdachte]: Ja man er is al gezocht. Fokt op. Maar ja ik heb nog een beetje gekeken.
[medeverdachte 1]: Fokt op man, ik heb haar wel aangeraakt vol op.
[verdachte]: Wat zei je?
[medeverdachte 1]: Ik heb haar vol op aangeraakt.
[verdachte]: Ja ik ook. Nou ja, ja.
[medeverdachte 1]: Jo, jo.
(Opmerking verbalisant: mogelijk is ‘meisje’ een versluiering van kluis)
Een proces-verbaal d.d. 1 augustus 2012, opgenomen op pagina 589 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de verklaring van [medeverdachte 1], zakelijk weergegeven:
p. 589 V: We hebben een kluis aangetroffen op Ameland.
A: Waar jullie een kluis aangetroffen?
p. 590 0: Vlak bij waarbij je auto heeft gestaan.
A: Zat er ook dacty op die kluis dan?
V: Nee er zat geen dacty op die kluis?
A: Dat is vreemd.
p. 591 Nadat de verdachte zijn verklaring had doorgelezen, weigerde hij de verklaring te ondertekenen. "Ik wil dat er een stuk uit mijn verklaring word gehaald anders teken ik niet, lk bepaal zelf wat in er in mijn eigen verklaring komt."
Betreffend stuk:
0: Vlak bij waarbij je auto heeft gestaan. A: Zat er ook dacty op die kluis dan?
Nee er zat geen dacty op die kluis? A: Dat is vreemd.
Een proces-verbaal d.d. 1 augustus 2012, opgenomen op pagina 573 e.v. van voormeld dossier, inhoudende de verklaring van [medeverdachte 1], zakelijk weergegeven:
p. 574 De speelhalautomatenflyer die in mijn auto lag kan van mij zijn.
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte tezamen en in vereniging de 4 inbraken op Ameland heeft gepleegd in de nacht van 17 op 18 juli 2012.
Bij de inbraak in [naam bedrijf 7] is een tas aangetroffen met daarop DNA sporen van [medeverdachte 1]. De weggenomen kluis is aangetroffen bij een nabijgelegen parkeerplaats. Op deze parkeerplaats heeft [auto 2] waarin verdachte eerder die avond is gezien, blijkens de bakengegevens vier uren stilgestaan. Op 18 juli 2012 hebben verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] ingecheckt in het hotel Van der Valk in Zuidbroek. In de kamer van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] is door de politie een sleutel aangetroffen, afkomstig van een van de speelautomaten van [naam bedrijf 7]. Blijkens het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant Dijkhuis zijn verdachte en [medeverdachte 2] op 19 juli 2012 op en neer geweest naar Ameland. Uit het tapgesprek tussen verdachte en [medeverdachte 1] blijkt dat ‘die meisje’ al was weggehaald. De rechtbank gaat op grond van de bewijsmiddelen, in onderling verband bezien, er van uit dat ‘die meisje’ versluierd taalgebruik betreft en dat daarmee een kluis wordt bedoeld. De rechtbank is van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van diefstal middels braak bij [naam bedrijf 7], te meer omdat [medeverdachte 1] het vreemd vindt dat er op de kluis geen dactyloscopische sporen zijn aangetroffen en verdachte niet wil dat dit deel van zijn verklaring wordt opgenomen.
In dezelfde nacht is er ingebroken bij [naam bedrijf 5] en [naam bedrijf 4]. De panden grenzen aan elkaar middels een gezamenlijke keuken. De doorgang tussen de panden is geforceerd. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van diefstal met braak in beide panden omdat op de parkeerplaats nabij de [naam bedrijf 7], naast de weggenomen kluis, een paar leren handschoenen is aangetroffen. Deze handschoenen zijn afkomstig van [aangever 8]. De handschoenen zijn weggenomen tijdens de inbraak in het [naam bedrijf 5]. Tevens heeft [auto 2] gedurende die nacht meerdere malen stil gestaan in de buurt van beide panden. Het [naam bedrijf 6] ligt aan dezelfde weg als [naam bedrijf 5] en [naam bedrijf 4]. Ook hier is dezelfde nacht ingebroken. Het personeel van het strandpaviljoen heeft op de avond voor de inbraak [auto 2] tussen 22.00 uur en 0.30 zien rondrijden. Op grond van de bakengegevens heeft [auto 2] vanaf 00.30 uur bijna een uur stil gestaan in de buurt van het strandpaviljoen. In het chalet van medeverdachte gelegen aan [adres 13] te Wedde is door de politie de alhier weggenomen laptop aangetroffen.
Op grond van het bovenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van diefstal met braak in de bovengenoemde panden.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 primair, 6 primair en 7 primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat
hij op 05 mei 2012 in de gemeente Groningen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning gelegen aan
[adres 1] heeft weggenomen kluizen (met inhoud), een geldkistje, sieraden, zilver bestek, een laptop (merk/type Dell Inspiron), geldbedragen en een navigatiesysteem toebehorende aan [aangever 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak en inklimming.
hij op 30 mei 2012 te Buitenpost, in de gemeente Achtkarspelen, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een pand gelegen aan
[adres 6] heeft weggenomen (flatscreen)tv’s en lijsten (met goudkleurige rand) toebehorende aan [aangever 6], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs hebben verschaft door middel van braak en inklimming.
hij in de periode van 17 tot en met 18 juli 2012, in de gemeente Ameland, meermalen, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit na te noemen panden heeft weggenomen na te noemen goederen toebehorende aan na te noemen benadeelden, waarbij verdachte en zijn mededader(s) (telkens) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak, verbreking en/of inklimming, te weten:
a uit een pand aan [adres 7] in Ballum, een kassa (met inhoudende geld en een ring) toebehorende aan [aangever 7] en/of [naam bedrijf 4] en
b uit een pand aan de [adres 8] in Ballum, een kassa (met inhoud) en (klein)geld, toebehorende aan [aangever 8] en/of [naam bedrijf 5] en
c uit een pand aan [adres 9] in Ballum, geld, een (kassa)inleglade, een tablet en een laptop (merk/type Acer Aspire one) toebehorende aan [aangever 9]/[naam bedrijf 6] en/of [naam stichting 1] en
d uit een pand aan de [adres 10] in Nes, een kluis (inhoudende geld en sieraden), geldbedragen en hoeveelheden kleingeld, steekkarren, mobiele telefoons, sleutels, een geldwisselaar (met geld) en sloffen sigaretten, toebehorende aan [aangever 10] en/of [naam bedrijf 7].
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen onder 1 primair, 6 primair en 7a, b, c en d primair of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van de feiten
Hetgeen de rechtbank bewezen heeft verklaard, levert de volgende strafbare feiten op:
1 primair diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
6 primair diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
7 a, b, c en d primair diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, verbreking en inklimming;
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Strafbaarheid van verdachte
De rechtbank acht verdachte derhalve strafbaar, nu ten opzichte van verdachte ook overigens geen strafuitsluitingsgronden aanwezig worden geacht.
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het onder 1 primair, 3, 4 subsidiair, 5 subsidiair, 6 primair en 7a, b, c en d primair ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 15 maanden met aftrek van de tijd die verdachte heeft doorgebracht in voorlopige hechtenis.
Bij de bepaling van de eis heeft de officier meegenomen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een groot aantal vermogensdelicten waarbij er veel schade is ontstaan. Verdachte is blijkens zijn justitiële documentatie eerder wegens het plegen van soortgelijke delicten in 2009, 2010 en 2011 veroordeeld. Voorts heeft verdachte totaal geen medewerking verleend aan het onderzoek. De officier van justitie heeft geen aanleiding gezien om een deel van de gevorderde gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen. Bij de bepaling van de eis heeft de officier van justitie de ad informandum gevoegde feiten niet meegenomen.
Standpunt van de verdediging
Bij een eventuele strafoplegging mogen de ad informandum gevoegde feiten niet worden meegenomen.
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek op de terechtzitting en het hem betreffende uittreksel uit het justitiële documentatieregister, alsmede de vordering van de officier van justitie en hetgeen de raadsvrouw ter verdediging heeft aangevoerd.
Verdachte heeft tezamen en in vereniging met anderen meerdere woning- en bedrijfsinbraken gepleegd. Niet alleen zijn er voor tienduizenden euro’s aan goederen en geld weggenomen, ook is er telkens een ravage aangericht in de woningen en bedrijven. Er zijn ruiten ingegooid, deuren zijn opengebroken en er zijn kamers overhoop gehaald en doorzocht. Verdachte heeft daarmee aangetoond dat hij geen enkel respect heeft voor andermans eigendom. Bedrijfsinbraken zijn ergerlijke feiten, die naast schade vaak veel hinder veroorzaken voor de gedupeerde bedrijven. Bovendien brengen diefstallen uit woningen naast materiële schade gevoelens van onveiligheid met zich mee.
Uit het verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie d.d. 1 augustus 2012 blijkt dat verdachte eerder maar niet wegens soortgelijke delicten met justitie in aanraking is geweest.
Verdachte heeft bij de politie geen openheid van zaken willen geven. Tijdens de ondervraging door de rechtbank heeft verdachte gebruik gemaakt van zijn zwijgrecht. Deze proceshouding van verdachte brengt mee dat verdachte geen (begin van) inzicht heeft verschaft in zijn motieven. Voorts heeft verdachte geweigerd om met de reclassering in gesprek te gaan. Gelet op bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf een passende reactie vormt.
Vorderingen van de benadeelde partijen
Met betrekking tot feit 1 primair hebben als benadeelde partijen zich in het strafproces gevoegd [aangever 1], wonende te [plaats] en [naam bedrijf 9], gevestigd te Groningen.
De benadeelde partijen hebben schriftelijk opgave gedaan van de inhoud van de vordering en van de gronden waarop deze berusten.
[Aangever 1] vordert een bedrag van € 5.533,- ( € 5.233,- aan materiële schade alsmede
€ 300,- aan immateriële schade), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 mei 2012 en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
[Naam bedrijf 10] vordert een bedrag van € 32.800,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 mei 2012 en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Met betrekking tot feit 3 heeft als benadeelde partij zich in het strafproces gevoegd [naam bedrijf 1], gevestigd te Groningen.
De benadeelde partij heeft schriftelijk opgave gedaan van de inhoud van de vordering en van de gronden waarop deze berust. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 4000,-
Met betrekking tot feit 6 heeft als benadeelde partij zich in het strafproces gevoegd
[aangever 6], wonende te [plaats].
De benadeelde partij heeft schriftelijk opgave gedaan van de inhoud van de vordering en van de gronden waarop deze berust. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 1.898,01.
Met betrekking tot feit 7b heeft als benadeelde partij zich in het strafproces gevoegd [naam bedrijf 5], gevestigd te Ballum.
De benadeelde partij heeft schriftelijk opgave gedaan van de inhoud van de vordering en van de gronden waarop deze berust. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 1.170,-
Met betrekking tot feit 7c heeft als benadeelde partij [naam bedrijf 6] zich in het strafproces gevoegd, gevestigd te Ballum.
De benadeelde partij heeft schriftelijk opgave gedaan van de inhoud van de vordering en van de gronden waarop deze berust. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 2.178,-
Met betrekking tot feit 7d heeft als benadeelde partij zich in het strafproces gevoegd [naam bedrijf 7], gevestigd te Nes.
De benadeelde partij heeft schriftelijk opgave gedaan van de inhoud van de vordering en van de gronden waarop deze berust. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 59.457, 07.
Standpunt van de officier van justitie
Met betrekking tot de vorderingen van [aangever 1] en [naam bedrijf 9] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen voor toewijzing vatbaar zijn, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, toepassing van de hoofdelijkheidsclausule en oplegging van de wettelijke rente vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
Met betrekking tot de vordering van [naam bedrijf 1] heeft de officier van justitie gevorderd dat de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard wegens onvoldoende onderbouwing en het ontbreken van een machtiging.
Met betrekking tot de vordering van [aangever 6] heeft de officier van justitie aangevoerd dat de benadeelde partij de nieuwwaarde van de gestolen goederen heeft gevorderd. Na afschrijving dient een bedrag van € 1.500,- te worden toegewezen en dat benadeelde partij in het overige deel van de vordering niet ontvankelijk dient te worden verklaard. De officier van justitie vordert dat tevens de schadevergoedingsmaatregel wordt opgelegd, dat de hoofdelijkheidsclausule wordt toegepast en dat de wettelijke rente wordt opgelegd vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
Met betrekking tot de vordering van [naam bedrijf 5] heeft de officier van justitie aangevoerd dat een bedrag van € 200,- dient te worden toegewezen en dat benadeelde partij in het overige deel van de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. De officier van justitie vordert dat tevens de schadevergoedingsmaatregel wordt opgelegd, dat de hoofdelijkheidsclausule wordt toegepast en dat de wettelijke rente wordt opgelegd vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
Met betrekking tot de vordering van [naam bedrijf 6] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat op grond van een schatting een bedrag van € 1.000,- dient te worden toegewezen en dat benadeelde partij in het overige deel van de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. De officier van justitie vordert dat tevens de schadevergoedingsmaatregel wordt opgelegd, dat de hoofdelijkheidsclausule wordt toegepast en dat de wettelijke rente wordt opgelegd vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
Met betrekking tot de vordering van [naam bedrijf 7] heeft de officier van justitie gevorderd dat een bedrag van € 22.650,- dient te worden toegewezen en dat benadeelde partij in het overige deel van de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. De officier van justitie vordert dat tevens de schadevergoedingsmaatregel wordt opgelegd, dat de hoofdelijkheidsclausule wordt toegepast en dat de wettelijke rente wordt opgelegd vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat zij zich verzet tegen het schatten van gevorderde bedragen. Voorts heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat indien aan de vorderingen benadeelde partij geen geldige machtiging ten grondslag ligt, de vorderingen niet voor behandeling in aanmerking komen.
Ten aanzien van de vordering van [aangever 1] is naar het oordeel van de rechtbank vast komen te staan dat aan benadeelde partij rechtstreeks schade is toegebracht tot een bedrag van € 5.533,-. De rechtbank zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade.
Ten aanzien van de vordering van [naam bedrijf 9] is naar het oordeel van de rechtbank vast komen te staan dat aan benadeelde partij rechtstreeks schade is toegebracht tot een bedrag van € 32.800,-. De rechtbank zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade.
Verdachte is vrijgesproken van het onder 3 ten laste gelegde. De rechtbank zal daarom bepalen dat de benadeelde partij [naam bedrijf 1] in zijn vordering niet-ontvankelijk is. Dit houdt in dat de vordering niet in dit strafgeding wordt afgedaan, maar slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
Naar het oordeel van de rechtbank is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij
[aangever 6] door het bewezen verklaarde schade is toegebracht tot een bedrag dat door de rechtbank naar redelijkheid en billijkheid wordt vastgesteld op een bedrag van € 1.743,-. De rechtbank heeft per flatscreen een afschrijving van € 60,- gehanteerd en ten aanzien van de lijsten een afschrijving van € 35,- per stuk. De rechtbank zal de vordering tot dat bedrag toewijzen. Het overige deel van de vordering zal worden afgewezen.
Naar het oordeel van de rechtbank is de vordering [naam bedrijf 5] niet voldoende onderbouwd wegens een onvolledig aangeleverde machtiging. De rechtbank zal daarom bepalen dat deze benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk is, zodat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht, waarbij de rechtbank heeft overwogen dat aanhouding van de zaak een onevenredige belasting van het strafproces ten gevolge zou hebben.
Naar het oordeel van de rechtbank is de vordering [naam bedrijf 6] niet voldoende onderbouwd wegens een onvolledig aangeleverde machtiging. De rechtbank zal daarom bepalen dat deze benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk is, zodat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht, waarbij de rechtbank heeft overwogen dat aanhouding van de zaak een onevenredige belasting van het strafproces ten gevolge zou hebben.
Naar het oordeel van de rechtbank is de vordering van [naam bedrijf 7] niet voldoende onderbouwd. Er is niet gebleken dat er een geldige machtiging is aangeleverd namens [naam bedrijf 7] De rechtbank zal daarom bepalen dat deze benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk is, zodat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht, waarbij de rechtbank heeft overwogen dat aanhouding van de zaak een onevenredige belasting van het strafproces ten gevolge zou hebben.
Schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank zal aan verdachte de verplichting opleggen voornoemd geldbedragen ten behoeve van de benadeelde partijen aan de Staat te betalen. De rechtbank heeft daartoe besloten omdat verdachte jegens de benadeelde partijen naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door de strafbare feiten is toegebracht en het belang van de benadeelde partijen ermee is gediend niet zelf te worden belast met het innen van de toegewezen schadevergoeding.
Verdachte is niet tot vergoeding van bovengenoemde bedragen gehouden voorzover deze bedragen al door verdachtes mededader zijn voldaan.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De rechtbank heeft gelet op de 24c, 36f, 57 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.
Verklaart het onder 1 primair, 6 primair en 7a, b, c en d primair gelegde wettig en overtuigend bewezen zoals hiervoor is aangegeven, te kwalificeren als voormeld en verklaart het bewezen verklaarde strafbaar.
Verklaart verdachte voor het bewezen verklaarde strafbaar.
Verklaart het onder 1 primair, 6 primair en 7a, b, c en d meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte voor het bewezen- en strafbaar verklaarde tot:
een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden
Beveelt dat bij de tenuitvoerlegging van deze straf de tijd die veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, in mindering zal worden gebracht tenzij die tijd op een andere straf in mindering is gebracht.
Beslissing op de vorderingen van de benadeelde partijen
(feit 1) Wijst de vordering van de benadeelde partij [aangever 1], wonende te [plaats], toe en veroordeelt de veroordeelde tot betaling aan de benadeelde partij van een bedrag van
€ 5.533,- (zegge: vijfenvijftighonderd drieëndertig euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 mei 2012.
Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
De veroordeelde is niet tot vergoeding van bovengenoemd bedrag gehouden voorzover dit bedrag al door veroordeeldes mededader is voldaan.
Verplicht de veroordeelde aan de Staat te betalen een geldbedrag van € 5.533,- (zegge: vijfenvijftighonderd drieëndertig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 mei 2012 ten behoeve van de benadeelde partij [aangever 1], wonende te [plaats], bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 62 dagen hechtenis. Toepassing van de vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op.
Heeft de veroordeelde voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 5.533,- ten behoeve van de benadeelde partij, dan vervalt de verplichting om dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen. Dit geldt ook omgekeerd: heeft de veroordeelde de vordering van de benadeelde partij betaald, dan vervalt de verplichting tot betaling van dit bedrag aan de Staat.
(feit 1) Wijst de vordering van de benadeelde partij [naam bedrijf 9], gevestigd te Groningen, toe en veroordeelt de veroordeelde tot betaling aan de benadeelde partij van een bedrag van
€ 32.800,- (zegge: tweeëndertigduizend achthonderd euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 mei 2012.
Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
De veroordeelde is niet tot vergoeding van bovengenoemd bedrag gehouden voorzover dit bedrag al door veroordeeldes mededader is voldaan.
Verplicht de veroordeelde aan de Staat te betalen een geldbedrag van € 32.800,- (zegge: tweeëndertigduizend achthonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 mei 2012 ten behoeve van de benadeelde partij [naam bedrijf 9], gevestigd te Groningen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 199 dagen hechtenis. Toepassing van de vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op.
Heeft de veroordeelde voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 32.800,- ten behoeve van de benadeelde partij, dan vervalt de verplichting om dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen. Dit geldt ook omgekeerd: heeft de veroordeelde de vordering van de benadeelde partij betaald, dan vervalt de verplichting tot betaling van dit bedrag aan de Staat.
(feit 3) Verklaart de benadeelde partij [naam bedrijf 1], gevestigd te Groningen, in de vordering niet-ontvankelijk.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de veroordeelde ieder de eigen kosten dragen.
(feit 6) Wijst de vordering van de benadeelde partij [aangever 6], wonende te [plaats], gedeeltelijk toe en veroordeelt de veroordeelde tot betaling aan de benadeelde partij van een bedrag van € 1.743,- (zegge: zeventienhonderd drieënveertig euro).
Wijst hetgeen door de benadeelde partij meer is gevorderd af.
Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
De veroordeelde is niet tot vergoeding van bovengenoemd bedrag gehouden voorzover dit bedrag al door veroordeeldes mededader is voldaan.
Verplicht de veroordeelde aan de Staat te betalen een geldbedrag van € 1.743,- (zegge: zeventienhonderd drieënveertig euro) ten behoeve van de benadeelde partij [aangever 6], wonende te [plaats], bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 27 dagen hechtenis. Toepassing van de vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op.
Heeft de veroordeelde voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 1.743,- ten behoeve van de benadeelde partij, dan vervalt de verplichting om dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen. Dit geldt ook omgekeerd: heeft de veroordeelde de vordering van de benadeelde partij betaald, dan vervalt de verplichting tot betaling van dit bedrag aan de Staat.
(feit 7b) Verklaart de benadeelde partij [naam bedrijf 5], gevestigd te Ballum, in de vordering niet-ontvankelijk.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de veroordeelde ieder de eigen kosten dragen.
(feit 7c) Verklaart de benadeelde partij [naam bedrijf 6], gevestigd te Ballum, in de vordering niet-ontvankelijk.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de veroordeelde ieder de eigen kosten dragen.
(feit 7d) Verklaart de benadeelde partij [naam bedrijf 7], gevestigd te Nes, in de vordering niet-ontvankelijk.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de veroordeelde ieder de eigen kosten dragen.
Dit vonnis is gewezen door mrs. M.J.B. Holsink, voorzitter, L.W. Janssen en
Th.A. Wiersma, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.C. Fennema, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 18 februari 2013.
De Wet Herziening Gerechtelijke Kaart is op 1 januari 2013 in werking getreden. De rechtbanken Assen, Groningen en Leeuwarden vormen met ingang van die datum tezamen de nieuwe rechtbank Noord-Nederland. Het rechtsgebied van deze rechtbank beslaat de provincies Drenthe, Fryslân en Groningen. De zaak wordt daarom verder behandeld en beslist door de rechtbank Noord-Nederland.