ECLI:NL:RBNNE:2013:BZ6174
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing geldvordering in kort geding wegens gebrek aan spoedeisend belang
In deze zaak heeft eiser [A], vertegenwoordigd door advocaat mr. F. Hoppe, een geldvordering ingesteld in kort geding tegen gedaagden [B], [C], [D], P. Siderius Beheer BV en H. Sijtsma Zweins. De vordering betreft de betaling van parkkosten en andere kosten die door [A] aan gedaagden in rekening zijn gebracht voor het jaar 2013. Gedaagden hebben de verschuldigdheid van deze kosten betwist en hebben verweer gevoerd. De voorzieningenrechter heeft de procedure beoordeeld en vastgesteld dat er onvoldoende spoedeisend belang is bij de vorderingen van [A]. De voorzieningenrechter heeft daarbij verwezen naar een eerder vonnis van de kantonrechter van 5 maart 2013, waarin ook het spoedeisend belang niet werd aangenomen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de situatie van [A] niet wezenlijk verschilt van die van de eerdere zaak en dat gedaagden hun betalingsverplichtingen op basis van hun verweer mogen betwisten. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de vorderingen van [A] niet aannemelijk zijn en heeft deze afgewezen. Tevens is [A] veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van gedaagden, vastgesteld op € 1.090,-.