ECLI:NL:RBNNE:2013:BZ2818

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
1 maart 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
18/650371-12
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verduistering door werknemer van gemeente Winschoten met valse facturen en salarisverhogingen

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 1 maart 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een werknemer van de N.V. Winschoten Publieke Taken, die zich jarenlang gelden heeft toegeëigend door middel van valse facturen en onrechtmatige salarisverhogingen. De verdachte, die in dienst was bij de gemeente Winschoten, heeft gedurende de periode van 1 april 2003 tot en met 1 juli 2011, op verschillende tijdstippen, geldbedragen die toebehoorden aan de gemeente, verduisterd. Dit deed hij door valse facturen op te maken en zichzelf onterecht salarisverhogingen toe te kennen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in totaal een bedrag van ongeveer 398.889,70 euro heeft overgemaakt naar zijn privérekening, waarbij hij gebruik maakte van de bankpas van de gemeente. Daarnaast heeft hij valse bankafschriften vervalst en deze als bewijsstukken gepresenteerd aan de accountant van de gemeente. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan verduistering en valsheid in geschrift, en hem een gevangenisstraf van 24 maanden opgelegd, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten en het vertrouwen dat de werkgever in de verdachte had gesteld. De verdachte heeft zich gedurende een lange periode verrijkt ten koste van gemeenschapsgeld, wat de rechtbank als zeer laakbaar heeft aangemerkt. De rechtbank heeft ook bijzondere voorwaarden opgelegd voor de proeftijd, waaronder deelname aan een gedragsinterventie en het naleven van aanwijzingen van de reclassering.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling Strafrecht
Locatie Groningen
Parketnummer 18/650371-12 (promis)
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d.
1 maart 2013 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] in 1962,
wonende te [woonplaats].
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
15 februari 2013.
Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij
in de gemeente(n) Winschoten en/of Oldambt en/of elders in Nederland,
op verschillende tijdstippen, althans eenmaal
in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 1 juli 2011, (telkens)
opzettelijk een of meer geldbedragen, in elk geval (telkens) enig geldbedrag,
die/dat (telkens) geheel of ten dele toebehoorde(n) aan de N.V. Winschoten
Publieke Taken, althans aan de gemeente(n) Winschoten en/of Oldambt, in elk
geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte,
welk(e) geldbedragen verdachte (telkens) uit hoofde van zijn persoonlijke
dienstbetrekking bij de N.V. Winschoten Publieke Taken of van zijn beroep
onder zich had, namelijk (respectievelijk)
- als uitzendkracht in 2003 werkzaam bij de N.V. Winschoten Publieke Taken
en/of
- als medewerker financiën en bedrijfsadministratie op de afdeling Kantoor van
de N.V. Winschoten Publieke Taken vanaf 1 januari 2004
en/of
- als hoofd van de afdeling Financiën & Administratie van de N.V. Winschoten
Publieke Taken vanaf 1 januari 2005
en/of
- als Financieel Manager van de N.V. Winschoten Publieke Taken,
althans (telkens) anders dan door misdrijf onder zich had,
(telkens) wederrechtelijk zich heeft toegeëigend,
namelijk:
- in of omstreeks de periode van 1 januari 2005 tot en met 30 juni 2011 een
bedrag van (ongeveer) 118.262,18 euro, zijnde het totaal van de door
verdachte aan zichzelf onrechtmatig toegekende salarisverhogingen en/of
(een) gratificatie(s) en/of (een) vergoeding(en),
althans een deel van genoemd bedrag en/of
- in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 31 december 2010
een bedrag van (ongeveer) 46.529,89 euro, in ieder geval een bedrag van
(ongeveer)16.656,00 euro, zijnde het totaal van door verdachte gedane
privé-uitgaven en/of geldopnames ten eigen bate, welke verdachte met
gebruikmaking van (een) bankpas(sen) van (een) rekening(en) van de N.V.
Winschoten Publieke Taken heeft uitgevoerd en dusdoende (telkens) ten laste
(van -een- bankrekening)(en) van de N.V. Winschoten Publieke Taken heeft
gebracht en/of
- in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 12 april 2011 een
bedrag van (ongeveer) 398.889,70 euro, althans een zeer groot bedrag,
zijnde het totaal aan door verdachte van de/een zakelijkerekening van de
N.V. Winschoten Publieke Taken (Publiq) naar zijn privérekening 35.77.34.947
overgemaakte bedragen, waarbij verdachte als tenaamstelling de tenaam-
stelling van veel voorkomende crediteuren van Publiq gebruikte, zoals [bedrijf 1],
[bedrijf 2], [bedrijf 3] en/of andere crediteuren
en/of
- in of omstreeks 2007, althans in of omstreeks de periode van 1 april 2003
tot en met 31 december 2007, een of meer bedragen, in totaal (ongeveer)
20.156,15 euro, althans een deel van genoemd bedrag, uit de kas heeft
genomen en voor privé-doeleinden en/of voor andere doeleinden dan
bedoeld, heeft aangewend (en om deze opnames te verdoezelen een of meer
valse facturen ten name van [bedrijf 4] constructie onderhoud in de
administratie heeft opgenomen);
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 322 Wetboek van Strafrecht
2.
hij
in de gemeente Winschoten, althans in Nederland,
op een of meer tijdstippen in of omstreeks 2007, (telkens)
een of meer nota's of facturen,
waarop (telkens) was vermeld dat deze afkomstig waren/was van
[bedrijf 4] constructie onderhoud
[adres]
[plaats] en
bestemd waren/was voor Publiq
Winschoten en
waren/was voorzien van een notadatum en een nota(nummer) en
waren/was voorzien van de omschrijving:
uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen aan:
(een) bepaald(e) voertuig(en) (van Publiq) en
waarop de/een/het daarvoor in rekening gebrachte bedrag(en) in euro's
waren/was vermeld en
waren/was voorzien van een stempel, met datum, nummer, de/het nummer(s)
waaronder de diverse reparaties in het/een grootboek waren/was geboekt en een
acoord,
(zoals hierna is omschreven en/of uitgewerkt)
zijnde (telkens) (een) geschrift(en) die/dat bestemd waren/was om tot bewijs
van enig feit te dienen,
valselijk heeft opgemaakt,
immers heeft verdachte (telkens) valselijk in/op bovenomschreven nota(s) of
factu(u)r(en) met in achtneming van bovenomschreven tekst(en),
(respectievelijk dan wel in een andere volgorde) vermeld:
als datum: 2-2-2007,
als nota(nummer) 2007011
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: Kolkenzuiger 2.128,34 (euro)
Toyota veegvuilauto 1.654,99 (euro)
Mercedes met kraan 2.647,90 (euro)
MAN groen 1.836,76 (euro)
als te betalen (bedrag) (in euro's): 8.267,99
na Nummer: 2007011
na Grootboek: 467005/8/13/12 en/of
na Accoord: een paraaf geplaatst
en/of
als datum: 16-3-2007,
als nota(nummer) 2007014
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: mercedes bouw 1.687,44 (euro)
case trekker 1.195,21 (euro)
als te betalen (bedrag) (in euro's): 2.882,65
na Nummer: 2007014
na Grootboek: 467027/036 en/of
na Accoord: een paraaf geplaatst
en/of
als datum: 4-4-2007,
als nota(nummer) 2007018
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: fendt trekker 1.677,85 (euro)
als te betalen (bedrag) (in euro's): 1.677,85
na Nummer: 2007018
na Grootboek: 477052 en/of
na Accoord: een paraaf geplaatst,
en/of
als datum: 18-9-2007,
als nota(nummer) 2007029
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: argenterio 1.057,66 (euro)
piaggio 861,33 (euro)
bobcat kraan 2.677,41 (euro)
daf veegwagen 1.297,55 (euro)
mazda cto 1.433,71 (euro)
als te betalen (bedrag) (in euro's): 7.327,66
na Nummer: 7002029
na Grootboek: 467633/45/39/86/96 (althans iets dergelijks) en/of
na Accoord: een paraaf geplaatst,
zulks (telkens) met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te
gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij
in de gemeente(n) Winschoten en/of Oldambt, althans in Nederland
op verschillende tijdstippen, althans eenmaal,
in of omstreeks de periode van 5 april 2006 tot en met 25 november 2010,
(telkens) (een) dagafschrift(en) van de ABN AMRO bank, betreffende
rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van NV WPT DEPOSITO, GRINTWEG, WINSCHOTEN,
zijnde (telkens) (een) geschrift(en) die/dat bestemd waren/was om tot bewijs
van enig feit te dienen,
heeft vervalst,
immers heeft verdachte (telkens) valselijk op genoemd(e) (opeenvolgende)
dagafschrift(en),
met inachtneming van de op genoemd(e) dagafschrift(en) voorkomende indeling
en gebruikte termen,
- het bedrag vermeld onder 'Vorig saldo in EUR' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Nieuw saldo in EUR'
afgeplakt en vervangen door (een) bedrag(en),
die/dat aanvankelijk (ongeveer) 348.309 euro hoger waren/was en vervolgens,
door steeds hogere (fictieve) rentebijschrijvingen, opliep(en) naar
(ongeveer) 365.278,85 euro of meer hoger dan de op die/dat dagafschrift(en)
vermelde bedrag(en),
in ieder geval vervangen door (een) bedrag(en), die/dat aanmerkelijk hoger
waren/was dan de op die/dat bankafschrift(en) vermelde bedrag(en)
en/of
in (een) voorkomende geval(len) (tevens)
- het bedrag vermeld na: 'CREDITRENTE' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Bedrag bij (credit)' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Totaal bijgeschreven'
afgeplakt en vervangen door (een) bedrag(en), die/dat hoger waren/was dan de
op die/dat bankafschrift(en) vermelde bedrag(en),
zulks (telkens) met het oogmerk om die/dat geschrift(en) als echt en
onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
en/of
dat hij
in de gemeente(n) Winschoten en/of Oldambt, althans in Nederland,
in of omstreeks de periode van 5 april 2006 tot en met 25 november 2010,
meermalen, althans eenmaal (telkens)
opzettelijk gebruik heeft gemaakt van (een) valselijk opgemaakt/vervalst
geschrift(en), te weten (een) kopie(ën) van (een) vals(e) of vervalst(e)
dagafschrift(en) van de ABN AMRO bank, betreffende rekeningnummer [rekeningnummer]
ten name van NV WPT DEPOSITO, GRINTWEG, WINSCHOTEN,
zijnde (telkens) (een) geschrift(en) die/dat bestemd waren/was om tot bewijs
van enig feit te dienen,
als ware die/dat geschrift(en) (telkens) echt en onvervalst,
bestaande die valsheid of vervalsing hierin, dat
(telkens) valselijk op die/dat (opeenvolgende) dagafschrift(en)
met inachtneming van de op genoemd(e) dagafschrift(en) voorkomende indeling
en gebruikte termen,
- het bedrag vermeld onder 'Vorig saldo in EUR' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Nieuw saldo in EUR'
waren/was afgeplakt en waren/was vervangen door (een) bedrag(en),
die/dat aanvankelijk (ongeveer) 348.309 euro hoger waren/was en vervolgens,
door steeds hogere (fictieve) rentebijschrijvingen, opliep(en) naar
(ongeveer) 365.278,85 euro of meer hoger dan de op die/dat dagafschrift(en)
vermelde bedrag(en),
in ieder geval vervangen door (een) bedrag(en), die/dat aanmerkelijk hoger
waren/was dan de op die/dat bankafschrift(en) vermelde bedrag(en)
en/of
in (een) voorkomende geval(len) (tevens)
- het bedrag vermeld na: 'CREDITRENTE' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Bedrag bij (credit)' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Totaal bijgeschreven'
waren/was afgeplakt en waren/was vervangen door (een) bedrag(en), die/dat
hoger waren/was dan de op die/dat bankafschrift(en) vermelde bedrag(en),
waarna vervolgens (telkens) die/dat aldus vervalste bankafschrift(en)
waren/was gekopieerd
en bestaande dat opzettelijk gebruik maken hierin dat
dat verdachte (telkens) die/dat kopie(ën) van die/dat valse of vervalste
bankafschrift(en) aan de controlerende accountant van N.V. Winschoten
Publieke Taken heeft doen toekomen, als bewijs dat de/het op die/dat kopie(ën)
van die/dat bankafschrift(en) vermelde bedrag(en) overeenkwam(en) met de saldi
(het saldo) in de financiële administratie van N.V. Winschoten Publieke Taken
over de betreffende periode;
art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht
Bewijsvraag
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft aangevoerd dat het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden op grond van de aangifte van de gemeente Oldambt en de bekennende verklaring van verdachte bij de politie en ter terechtzitting.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken. De raadsman heeft hiertoe aangevoerd dat op grond van het bepaalde in artikel 359a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) het rapport van Deloitte Forensic & Dispute Services (hierna: het rapport) van het bewijs moet worden uitgesloten, nu bij de totstandkoming van dit rapport allerlei strafrechtelijke waarborgen niet in acht zijn genomen. De raadsman heeft er hierbij op gewezen dat in het rapport expliciet is vermeld dat het rapport niet bedoeld en mogelijk ook niet geschikt is voor enig ander gebruik dan ten behoeve van de algemeen directeur van NV Publiq. Nu de verklaringen die verdachte bij de politie heeft afgelegd grotendeels zijn gebaseerd op het rapport, kunnen ook deze verklaringen niet voor het bewijs worden gebruikt en de resterende bewijsmiddelen zijn onvoldoende om tot een bewezenverklaring te komen, aldus de raadsman.
Beoordeling
Ten aanzien van het verweer van de raadsman dat het rapport van Deloitte van het bewijs moet worden uitgesloten, overweegt de rechtbank allereerst dat het onderzoek door Deloitte niet als een voorbereidend onderzoek als bedoeld in artikel 359a Sv kan worden aangemerkt, nu het hier niet een strafrechtelijk onderzoek, maar een particulier onderzoek in opdracht van de gemeente Oldambt betreft. Het stond de gemeente vrij om aan Deloitte opdracht tot een dergelijk onderzoek te geven. Verdachte heeft vrijwillig aan dit onderzoek meegewerkt en heeft bovendien bij de politie, nadat hem de cautie was gegeven en hij in de gelegenheid was gesteld een raadsman te consulteren, eveneens een (op de meeste onderdelen) bekennende verklaring afgelegd. Ook ter terechtzitting heeft verdachte de ten laste gelegde feiten grotendeels bekend. De rechtbank is dan ook van oordeel dat het rapport van Deloitte als een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid onder 5 Sv, voor het bewijs kan worden gebruikt.
De rechtbank verwerpt derhalve het verweer.
De rechtbank heeft bij de beoordeling acht geslagen op de volgende bewijsmiddelen.
Ten aanzien van feit 1, feit 2 en feit 3:
A
Een schriftelijk stuk, te weten een "Rapport inzake feitenonderzoek naar mogelijke onregelmatigheden in het door de heer [verdachte] gevoerde financiële beheer van N.V. Publiq, d.d. 23 juni 2011", opgemaakt door Deloitte Forensic & Dispute Services van Deloitte Bijzonder Onderzoek & Integriteitsadvies B.V." (hierna ook: het rapport) en opgenomen als bijlage B van het hiervoor onder B vermelde dossier, gebruikt in verband met de inhoud van de overige hierna te melden wettelijke bewijsmiddelen, een en ander zoals hieronder telkens nader is aangeduid.
Ten aanzien van feit 1:
B
Een proces-verbaal, opgemaakt naar aanleiding van de aangifte van [aangever] en opgenomen op pagina 8 e.v. van dossier nummer PL01PD 2011075908 d.d. 20 maart 2012, inhoudende de aangifte van [aangever], zakelijk weergegeven:
Op 1 april 2003 wordt [verdachte] via uitzendbureau Adecco ingehuurd door de gemeente Winschoten in de functie van financieel administratief medewerker bij Publiq. Met ingang van 1 januari 2004 is [verdachte] voor onbepaalde tijd in dienst getreden van Publiq in de functie van medewerker financiën en bedrijfsadministratie. Met ingang van 1 januari 2005 werd [verdachte] bevorderd tot hoofd afdeling financiën en administratie van Publiq.
Ten aanzien van feit 1 eerste gedachtestreepje
C
De verklaring door verdachte ter terechtzitting afgelegd, zakelijk weergegeven:
Ik ben begonnen als uitzendkracht op 1 april 2003. Mijn beginsalaris was ongeveer 2000 euro per maand. Per 1 januari 2004 kwam ik in schaal 8, trede 6 en per 1 januari 2005 in schaal 9, trede 5. In de brief van 31 januari 2005 wordt als func[verdachte]chaal 9 vermeld, trede 5, met ingang van 1 januari 2005 en ik heb doorgegeven 9/6.
Per 1 januari 2006 is mijn salaris naar schaal 9, trede 12 gegaan. Het klopt dat aan het eind mijn salarisschaal 12, trede 9 was.
D
De volgende onderdelen uit het rapport van Deloitte Forensic & Dispute Services:
(pag. 19 van het rapport) Gedateerd op1 januari 2004 is tussen [verdachte] en Publiq een arbeidsovereenkomst gesloten. In de arbeidsovereenkomst is het volgende vermeld: (…) De werknemer is bij de indiensttreding ingeschaald in salarisschaal 8, trede 6.
(pag. 35 e.v. van het rapport) De loonstrook van de maand november 2004 komt qua salarisschaal/trede (8/6) en brutosalaris (€ 2.403) overeen met de salariëring volgens de arbeidsovereenkomst van [verdachte] d.d. 1 januari 2004.
De gegevens komen overeen met de e-mail van 14 februari 2004 van [verdachte] aan [loonadministratiebureau]. In de betreffende e-mail is tevens vermeld dat er over 2003 nog een gratificatie moet worden betaald van bruto € 995. Deze gratificatie blijkt niet uit de aan ons overgelegde salarisstroken.
Op 21 januari 2005 geeft [verdachte] per fax aan [loonadministratiebureau] zijn salarisschaal vanaf 1 januari 2005 door: 9/6, bruto per maand € 2.699. In de bevorderingsbrief die [betrokkene 2] op 31 januari 2005 aan [verdachte] is vermeld dat de salariëring van [verdachte] met ingang van 1 januari 2005 wordt aangepast naar salarisschaal 9, trede 5. Op basis van de fax aan [loonadministratiebureau] heeft [verdachte] schaal/trede 9/6 doorgegeven in plaats van 9/5.
Op 16 januari 2006 stuurt [verdachte] een e-mail naar [loonadministratiebureau] waaruit blijkt dat hij per 1 januari 2006 moet worden ingeschaald in schaal 9, trede 10. In het personeelsdossier van [verdachte] hebben wij geen documentatie aangetroffen inzake een aanpassing van de salarisschaal van [verdachte] naar 9/10.
Uit de loonstrook van december 2007 blijkt een inschaling op schaal 9, trede 11 (€ 3.273 bruto). Deze inschaling komt overeen met de e-mail van [verdachte] aan [loonadministratiebureau] d.d. 18 januari 2007 waarin wordt aangegeven dat de inschaling per 1 januari 2007 voor [verdachte] is: was 9/10, wordt 9/11, bruto per maand euro 3.273,-.
In de fax van 18 januari 2007 vermeldt [verdachte]: "Per 1 februari 2007 worden de cao-lonen verhoogd, maar je mag ze van Publiq al per 1 januari verhogen". Het besluit op basis waarvan [verdachte] aan [loonadministratiebureau] verzoekt de cao-verhoging per 1 februari 2007 al direct op 1 januari 2007 door te voeren is niet in ons onderzoek aangetroffen.
Op 1 januari 2008 is [verdachte] ingeschaald in schaal 10, trede 11.
[verdachte] is op 1 januari 2008 één salarisschaal gestegen, naar 10/11. In het personeelsdossier van [verdachte] hebben wij geen documentatie aangetroffen waaruit blijkt dat de salarisschaal van [verdachte] mocht worden aangepast naar 10/11.
Volgens de loonstrook van augustus 2009 stijgt [verdachte] naar salarisschaal 12, trede 9. De stijging komt overeen met de door [verdachte] opgestelde e-mail (printdatum 19-8-2009) waarin is vermeld dat [verdachte] per augustus 2009 wordt ingeschaald in schaal 12, periodiek 9 (bruto maandsalaris € 4.732).
In het personeelsdossier van [verdachte] hebben wij geen documentatie aangetroffen inzake een aanpassing van de salarisschaal van [verdachte] naar 12/9.
Uit de e-mail d.d. 5 februari 2010 van [verdachte] aan [loonadministratiebureau] met als bijlage een overzicht van de lonen per 1 januari 2010 blijkt voor [verdachte]: 2009: 12/9 (€ 4.732) en 2010: 12/10 (€4.856). In het personeelsdossier van [verdachte] hebben wij geen documentatie aangetroffen inzake een aanpassing van de salarisschaal van [verdachte] naar 12/10.
(pag. 37 van het rapport) Voorts verklaart [verdachte]:
"Ik ben de enige geweest die al die jaren mutaties aan administratiekantoor [loonadministratiebureau] heeft doorgegeven."
E
De verklaring van de getuige [getuige], ter terechtzitting afgelegd, zakelijk weergegeven:
Ik was algemeen directeur van Publiq gedurende 3 à 4 jaar vanaf januari 2006.
Ik heb nooit met [verdachte] over zijn salaris gesproken, over treden en schalen. Dat weet ik heel zeker. Ik heb niet met hem gesproken over zijn salarisverhoging naar schaal 12.
In mijn tijd is er bij Publiq geen sprake geweest van schaalverhoging, ook niet van [verdachte]. Bij Publiq was ik degene die bevoegd was te beslissen omtrent salarisverhogingen van niet-ambtenaren, dus ook ten aanzien van [verdachte].
[Verdachte] gaf alle wijzigingen in salaris van de werknemers door aan [loonadministratiebureau]; dat was zijn werk.
Ten aanzien van feit 1 tweede gedachtestreepje
F
Een proces-verbaal d.d. 9 februari 2012, opgenomen op pagina 18 e.v. van dossier nummer PL01PD 2011075908 d.d. 20 maart 2012, inhoudende de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Vanaf 2003 ben ik in Tsjechië, Kroatië, Italië en Denemarken op vakantie geweest. Gedeeltelijk werd de vakantie wel betaald met geld van Publiq.
Het rapport van Deloitte heb ik ontvangen en gelezen. Ik heb toen verklaard dat alles wat er in staat juist was en dat ze het rapport konden inleveren bij de gemeente. Ik heb het rapport ontvangen van Deloitte voordat het ingeleverd werd bij de gemeente.
De mededelingen die van mij in het rapport worden weergegeven kloppen.
G
(pag. 55 e.v. van het rapport) Privébetalingen [verdachte] ten laste van Publiq
Op 8 maart 2011 verklaart [betrokkene 1] (managementassistente) dat zij destijds vanuit haar functie als managementassistente bij Publiq de binnenkomende post opende, waaronder bankafschriften van de ABN AMRO bank. [betrokkene 1] verklaart dat zij betalingen op de bankafschriften heeft aangetroffen waarvan zij vermoedde dat het privébetalingen van [verdachte] betrof. Dit was volgens [betrokkene 1] bijvoorbeeld een afschrijving op het bankafschrift d.d. 6 juli 2005 voor een vakantie naar Tsjechië en tevens zag [betrokkene 1] allerlei (pin)betalingen bij restaurants en tankstation die plaatsgevonden hebben voor de reis naar Tsjechië.
Wij hebben [betrokkene 1] de duplicaat bankafschriften van de ABN AMRO betaalrekening van Publiq (rekeningnummer 48.34.19.834) getoond over periode van 5 februari 2003 tot en met 31 december 2010. Vervolgens hebben wij [betrokkene 1] gevraagd op de duplicaat bankafschriften aan te geven wat volgens haar betalingen betreffen die verband houden met mogelijke privé uitgaven van [verdachte].
"Ik heb met u de dagafschriften van de boekjaren 2003, 2004, 2005, 2006, 2007, 2008, 2009 en 2010 nagekeken en alle (pin) betalingen waarvan ik vermoed dat deze geen zakelijk karakter hebben "geel" gearceerd.
Als voorbeeld noem ik de (pin)betalingen aan Niemeijer rijschool, contante geldopnamen, Boer en Ritsema, Bakker en Snabel, Diner Mobile Club, tanken, Dixons, Lucas Klamer en anderen. Dit zijn geen zakelijke rela[verdachte] van N.V. Publiq. De door mij op de dagafschriften van 2003 tot en met 2010 gearceerde betalingen zijn geen zakelijke betalingen gedaan door N.V. Publiq.
Ik heb op uw verzoek in de administratie van N.V. Publiq gezocht naar de in het
Exceloverzicht vermelde facturen. De facturen van Niemeijer rijschool d.d. 18-09-2003; Ludolf Niemeijer d.d. 06-11-2003; Boer en Ritsma d.d. 14-01-2004; Bakker en Snabel d.d. 14-01-2004; Diner Mobile Club d.d. 14-01-2004; Autotaalglas d.d. 21-01-2005; Garage Oosterhuis d.d. 09-02-2005; Gepetto d.d. 08-02-2005; CRH Fencing Group d.d. 17-03-2005;
Nieboer makelaars d.d. 27-04-2005 en Vacancesoleil d.d. 04-07-2006 (zie overzicht) zijn door mij niet aangetroffen."
De door [betrokkene 1] gearceerde betalingen zijn vermeld in een Excel bestand "Overzicht (pin) betalingen ondernemersrekening 48.34.19.834 ABN AMRO bank" dat als bijlage 7 bij deze rapportage is gevoegd. Onderstaande tabel bevat een recapitulatie per jaar:
Jaar Privé uitgaven [verdachte] volgens [betrokkene 1] in €
2003 2.038,90
2004 12.562,99
2005 14.762,49
2006 6.529,03
2007 202,00
2008 4.264,36
2009 5.261,55
2010 908,57
Totaal 46.529,89
De rechtbank gaat uit van de door [betrokkene 1] gedane schatting. De door verdachte gestelde terugbetalingen zijn uit de stukken niet af te leiden en derhalve onvoldoende aannemelijk geworden.
(pag. 59 van het rapport) [verdachte] verklaart:
"Ik zeg u dat ik, wanneer het saldo op mijn privé bankrekening dusdanig was dat ik niet meer met gebruikmaking van de bankpas van mijn privé bankrekening betalingen kon verrichten, ik de bankpasjes van N.V. Publiq heb gebruikt om te betalen en geld te pinnen.
Ik heb gedurende de periode van 2003 tot en met 2010 door gebruikmaking van de zakelijke bankpassen van N.V. Publiq, betalingen en kasopnamen verricht voor privédoeleinden.
Ik heb gedurende de periode van 2003 tot en met 2010 de gelden die ik middels
(pin)betalingen en kasopnames had opgenomen van de zakelijke rekening van N.V Publiq Dit geld was niet mijn eigendom maar van N.V. Publiq. Ik heb geen toestemming van de directie van N.V. Publiq gekregen om dit geld voor privédoeleinde te gebruiken.
De reden dat ik (pin)betalingen en kasopnames heb verricht van de zakelijke rekening van N.V. Publiq voor mij privé is dat mijn gezin en ik gebukt gingen onder de gevolgen van de faillissementen van mijn bedrijven."
Enkele (willekeurige) door [betrokkene 1] gearceerde betalingen zijn in het tweede interview met [verdachte] afgestemd. Het betreft de volgende betalingen:
Ref. Datum
afschrift Boek-
datum dag tijdstip Omschrijving op
bankafschrift Bedrag Pas-
Num-
mer Toelichting
A 16-02-2005 16-02-2005 woensdag 15.29 CSOB SPINDL.MLYN CSK €136,92 Pas 105 Tsjechië contante geldopname (pin)
B 02-03-2005 18-02-2005 vrijdag 18.07 CSOB VRCHLABI CSK €137,00 Pas105 Tsjechië contante geldopname (pin)
C 11-05-2005 06-05-2005 vrijdag 11.59 Sydbank DKK 2000 €274,13 Pas 105 Denemarken contante geldopname (pin)
D 06-07-2005 04-07-2005 maandag Vacansoleil €728,65 Geen factuur aangetroffen /Klant 1119781 / 00036009
Ten aanzien van feit 1 derde gedachtestreepje
H
Een proces-verbaal d.d. 9 februari 2012, opgenomen op pagina 18 e.v. van dossier nummer PL01PD 2011075908 d.d. 20 maart 2012, inhoudende de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
V: Uit verder onderzoek van Deloitte blijkt dat je privé betalingen zou hebben gedaan ten laste van Publiq. Dit werd gedaan met de ABN AMRO bank rekening 48.34.19.834. Klopt dat?
A: Ja
V: Voor hoeveel aan geld van Publiq heb je voor privé doeleinden gebruikt?
A: Dat weet ik niet precies. Wel het totaal bedrag aan gelden aan overschrijvingen naar mijn bankrekening, dat was ongeveer 400.000 euro.
V: Aan wie heb je die gelden betaald, overgemaakt dan wel gepind. Hoeveel geld opgenomen met het pinnen ?
A: Bij bouwmarkten, contant pinnen. Het staat allemaal in het rapport.
V: Had je toestemming van de directie van Publiq om geld van Publiq voor privé doeleinden te gebruik?
A:Nee. Ik had van niemand het recht of toestemming, ook niet van Publiq, om het geld mij toe te eigenen. Het geld was niet van mij
V: Er zijn betalingen gedaan vanaf de ABN AMRO ondernemingsrekening 48.34.19.834 van Publiq naar verschillende rekeningen van [verdachte]. Klopt dat ?
A: Dat was naar een rekeningnummer van mij. Dat was naar de rekening van de Rabobank, nummer 35.77.34.947.
Ik verwerkte dat in de administratie als een betaling aan een crediteur, zoals Oost BV. Ik stortte dan het bedrag aan Oost BV op mijn eigen rekening. Ik gebruikte het geld voor privé uitgaven, huishouden, aflossen van schulden. Voor het overige verwijs ik u naar de inhoud van het door Deloitte opgemaakt rapport en bijlagen.
Ik had geen enkel recht of toestemming ook niet van Publiq om het geld over te maken naar mijn rekening en het voor privé doeleinden te gebruiken.
Alles wat vermeld is in het rapport van Deloitte, ten aanzien van mij klopt.
I
(pag. 64 van het rapport) Door [verdachte] is de volgende verklaring afgelegd:
"Zoals ik al aan u verklaarde was het mijn taak bij N.V. Publiq het voeren van de (financiële) administratie. Dit betrof onder andere het inboeken van inkoop- en verkoopfacturen en het doen van betalingen via telebankieren. Hierdoor had ik de mogelijkheid om jarenlang geld over te maken van de zakelijke rekening van N.V. Publiq met het nummer 48.34.19.834 naar mijn privébankrekening met het nummer 35.77.34.947.
Ik zeg u dat het met het telebankieren programma (Officenet-pakket) van de ABN AMRO bank het heel simpel is om te frauderen. Bij het verrichten van betalingen bestaat de mogelijkheid om een bankrekeningnummer in te voeren met een andere tenaamstelling. Ik gebruikte bij de betalingen aan mij privé een andere tenaamstelling. Ik gebruikte een naam van veel voorkomende crediteuren van N.V. Publiq. Bij de omschrijving vermeldde ik een fictief factuurnummer. Op de bankafschriften is mijn rekeningnummer (35.77.34.947) vermeld en de door mij gekozen naam van de crediteur en het factuurnummer. Door de ABN AMR0 bank wordt het bankrekeningnummer in relatie tot de tenaamstelling niet geverifieerd. De bankafschriften zien er dan ook heel normaal en vertrouwd uit. Het lijkt een normale betaling aan crediteuren en als zodanig werden ze ook geboekt."
(pag. 66 van het rapport) Na 14 april 2011 is op basis van de duplicaat bankafschriften van de ondernemersrekening van Publiq nader onderzoek verricht naar betalingen naar de bankrekening van [verdachte] over de periode voorafgaand aan 16 oktober 2009. Daarmee is de gehele periode 2003 tot en met 2011 in kaart gebracht. Bijlage 11 bij deze rapportage bevat per kalenderjaar een overzicht van overboekingen van de bankrekening van Publiq naar de bankrekening van [verdachte]. Ook dit overzicht is geparafeerd door [verdachte].
Uit onderzoek van de duplicaat bankafschriften van de ondernemersrekening van Publiq vanaf het jaar 2003 blijken de volgende betalingen aan [verdachte] (gesplitst in salaris en overige betalingen):
salaris- overige totaal
jaar betalingen betalingen aantal
(aantal) bedrag (aantal) bedrag betalingen totaalbedrag
2003 0 - 2 11.516,54 2 11.516,54
2004 12 19.744,61 4 14.617,33 16 34.361,94
2005 13 21.197,41 5 11.511,38 18 32.708,79
2006 13 25.880,56 13 48.669,84 26 74.550,40
2007 14 26.989,65 16 72.183,95 30 99.173,60
2008 12 31.351,69 15 81.922,51 27 113.274,20
2009 12 33.559,97 11 72.455,63 23 106.015,60
2010 12 37.135,66 22 76.476,71 34 113.612,37
2011 1 2.750,00 2 9.535,81 3 12.285,81
Totaal 89 198.609,55 90 398.889,70 179 597.499,25
In het vierde interview d.d. 16 mei 2011 is [verdachte] het overzicht van overboekingen van de bankrekening van Publiq naar zijn bankrekening over de periode 2003 tot en met 2011 getoond. [Verdachte] verklaart hierover:
"Ik zeg u dat alle betalingen vanaf de (zakelijke) bankrekening van N.V. Publiq naar mijn privérekening, met uitzondering van de salarisbetalingen, onrechtmatig zijn. Ik maakte het bedrag over naar mijn privérekening nummer 35.77.34.947 en vermeldde als tenaamstelling een klant met wie wij als N.V. Publiq veel zaken doen. Ik zal het overzicht in Excel van de betalingen per pagina paraferen. U kunt dit overzicht als bijlage bij dit interviewverslag opnemen. Het bedrag ad. €398.889,70 dat blijkt uit uw onderzoek is inderdaad meer dan dat ik reeds verklaarde in mijn "bekentenis" e-mail."
J
Bijlagen 8 en 9 bij het rapport, houdende respectievelijk de Factuurhistorie van [bedrijf 3] en kopieën van de crediteurenkaart van [bedrijf 3].
K
Bijlagen 10 en 11 bij het rapport, houdende onder meer betalingen ten name van [bedrijf 1], [bedrijf 3] en [bedrijf 2] op het rekeningnummer van verdachte.
Ten aanzien van feit 1 vierde gedachtestreepje en ten aanzien van feit 2
L
De verklaring door verdachte ter terechtzitting afgelegd, zakelijk weergegeven:
Feit 2: Dat klopt wel. Geld overmaken ging via telebankieren. Het programma van internetbankieren dat bij de gemeente in gebruik was, officenet, maakte geen koppeling tussen een rekeningnummer en de naam van de rekeninghouder. Daardoor was het makkelijk om geld voor gefingeerde nota's naar mijn bankrekening over te maken.
Wat er in de tenlastelegging staat over contante kasopnamen klopt wel.
De facturen waarover in feit 2 wordt gesproken waren nepfacturen, dat klopt wel. Ik heb dit bij Deloitte al gezien en besproken.
M
(pag. 68 van het rapport) In het vierde interview hebben wij [verdachte] een viertal facturen van "[bedrijf 4] constructie onderhoud", respectievelijk d.d. 02-02-2007 (€ 8.267,99); 16-03-2007 (€ 2.882,65); 04-04-2007 (€ 1.677,85) en 18-09-2007 (€ 7.327,66) getoond. In totaal een bedrag van € 20.156,15. Deze facturen zijn aangetroffen als excel-bestand "TVR2007.xls" op het werkstation van [verdachte] (bestandsmap: mijn documenten). Het betreffende bestand is op 16 mei 2008 door [verdachte] aangemaakt.
Over deze facturen verklaart [verdachte] het volgende:
"De facturen die u mij toont over 2007 heb ik opgesteld. [betrokkene 3] weet daar niet van. [betrokkene 3] heeft geen bedrag van ongeveer € 23.000 ontvangen voor de werkzaamheden. Een aantal facturen zijn door mij opgesteld om met name de tekorten in de kas te verklaren. Dit geld is niet volledig naar [betrokkene 3] gegaan. Als [betrokkene 3] verklaart dat hij in 2007 een bedrag van ongeveer € 2.000 heeft ontvangen voor werkzaamheden die hij in de avonduren verrichtte, dan klopt dit wel. Het restant van € 18.000 aan facturen van TVR gebruikte ik om betalingen uit de kas, waar geen bonnen voor waren, te verklaren. Omdat in 2006 door Ernst & Young een onderzoek werd ingesteld naar de kas van de milieustraat heb ik om de kas sluitend te maken de facturen van TVR aangemaakt als verantwoording.
(pag. 70 van het rapport) Ook zijn aan [betrokkene 3] de op het werkstation van [verdachte] aangetroffen facturen van [bedrijf 4] constructie onderhoud", respectievelijk d.d.
02-02-2007 (€ 8.267,99); 16-03-2007 (€ 2.882,65); 04-04-2007 (€ 1.677,85) en 18-09-2007 (€ 7.327,66) getoond.
Ten aanzien van de vier getoonde facturen verklaart [betrokkene 3]:
"Ik zeg u dat ik deze facturen niet ken. De opmaak van deze facturen komen ook niet overeen met de opmaak van de facturen die ik bij Publiq heb ingediend. Ik ben niet bekend met het feit dat [verdachte] deze facturen heeft opgesteld. De bedragen alsmede de daarop opgenomen omschrijving van verrichte werkzaamheden kloppen niet.
(bijlage 12) Facturen [bedrijf 4] Constructie Onderhoud:
[bedrijf 4] constructie onderhoud [adres] [plaats]
datum 2-2-2007
nota 2007011
voor Publiq Winschoten
uitgevoerde onderhoud / reparatie / constructie werk inclusief onderdelen aan:
Kolkzenzuiger € 2.128,34
Toyota veegvuilauto € 1.654,99
Mercedes met kraan € 2.647,90
MAN groen € 1.836,76
te betalen: € 8.267,99
datum 16-3-2007
nota 2007014
voor Publiq Winschoten
uitgevoerde onderhoud / reparatie / constructie werk inclusief onderdelen aan
mercedes-bouw € 1.687,44
case trekker € 1.195,21
te betalen: € 2.882,65
datum 4-4-2007
nota 2007018
voor Publiq Winschoten
uitgevoerde onderhoud / reparatie / constructie werk inclusief onderdelen aan:
fendt trekker € 1.677,85
te betalen: € 1.677,85
datum 18-9-2007
nota 2007029
voor Publiq Winschoten
uitgevoerde onderhoud / reparatie / constructie werk inclusief onderdelen aan:
argenterio € 1.057,66
piaggio € 861,33
bobcat kraan € 2.677,41
daf veegwagen € 1.297,55
mazda cto € 1.433,71
te betalen: € 7.327,66
Ten aanzien van feit 3:
N
De verklaring door verdachte ter terechtzitting afgelegd, zakelijk weergegeven:
Ik heb één keer ingegrepen op de depositorekening, waardoor ik steeds elk jaar opnieuw afschriften moest vervalsen om het niet te laten opvallen. Dat was een kwestie van bedragen veranderen, knippen, plakken en kopiëren.
Het is gebeurd in het derde jaar, het laatste jaar van Essent.
O
Een proces-verbaal d.d. 9 februari 2012, opgenomen op pagina 18 e.v. van dossier nummer PL01PD 2011075908 d.d. 20 maart 2012, inhoudende de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
V: In het rapport lees ik over bewerkte/vervalste dagafschriften; depositorekening, nummer [rekeningnummer] en/of andere rekeningen. Wat kun je mij daarover in het kort vertellen?
A: Die vervalsingen heb ik verricht.
Ik heb bij de vervalsingen geknipt en geplakt, waardoor de bedragen werden veranderd. U toont mij enkele originele vervalste dag afschriften.
V: Heb je de bewerkingen (opzettelijk) gedaan met het oog om de dagafschriften als echt en onvervalst te gaan gebruiken dan wel laten gebruiken ?
A: Ja
V: Heb je die bewerkingen uit eigen initiatief gedaan of in opdracht van iemand anders.
A: Eigen initiatief
P
(pag. 51 van het rapport) Verklaring van verdachte:
"Ik zeg u dat ik de door u getoonde dagafschriften herken. Om het verlies over boekjaar 2005 te maskeren heb ik om de aansluiting op de depositorekening te houden, door middel van knippen en plakken de dagafschriften van de depositorekening vervalst. Het bedrag "vorig en nieuw saldo" alsmede de rentevergoeding heb ik aangepast. Ik kopieerde de door mij vervalste bankafschriften van de depositorekening. Ik deed dit om het saldo dat ongeveer
€ 360.000 lager was te maskeren. Ik heb deze dagafschriften vervalst, heb deze vervalste dagafschriften vervolgens gekopieerd en deze kopieën aan de controlerende accountant van Publiq N.V. verstrekt al ware het saldo op de dagafschriften echt en onvervalst. Deze kopieën dienden als bewijs dat het saldo op de depositorekening hoger was dan in werkelijkheid. Op deze wijze heb ik de accountant misleid. Deze werkwijze paste ik ook toe over de boekjaren 2006, 2007, 2008 en 2009.
(...)
Het saldo van de depositorekening in de financiële administratie heb ik verhoogd met € 348.309. Om het dagafschrift aan te laten sluiten met het saldo in de financiële administratie heb ik de dagafschriften zodanig aangepast dat deze aansloten."
Q
Bijlage C bij voormeld procesdossier:
Deze bijlage bevat de hiervoor bedoelde vervalste dagafschriften.
Bewezenverklaring
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij in de gemeente(n) Winschoten en/of Oldambt, op verschillende tijdstippen, in de periode van 1 april 2003 tot en met 1 juli 2011, telkens opzettelijk een of meer geldbedragen, die geheel of ten dele toebehoorden aan de N.V. Winschoten Publieke Taken, welke geldbedragen verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking bij de N.V. Winschoten Publieke Taken of van zijn beroep onder zich had, namelijk (respectievelijk):
- als uitzendkracht in 2003 werkzaam bij de N.V. Winschoten Publieke Taken
en/of
- als medewerker financiën en bedrijfsadministratie op de afdeling Kantoor van
de N.V. Winschoten Publieke Taken vanaf 1 januari 2004
en/of
- als hoofd van de afdeling Financiën & Administratie van de N.V. Winschoten
Publieke Taken vanaf 1 januari 2005
en/of
- als Financieel Manager van de N.V. Winschoten Publieke Taken,
onder zich had,
telkens wederrechtelijk zich heeft toegeëigend,
namelijk:
- in de periode van 1 januari 2005 tot en met 30 juni 2011 aan zichzelf onrechtmatig
salarisverhogingen en/of (een) gratificatie(s) en/of (een) vergoeding(en) toekende,
en
- in de periode van 1 april 2003 tot en met 31 december 2010 een bedrag van (ongeveer)
46.529,89 euro, zijnde het totaal van door verdachte gedane privé-uitgaven en/of
geldopnames ten eigen bate, welke verdachte met gebruikmaking van (een) bankpas(sen)
van een rekening van de N.V. Winschoten Publieke Taken heeft uitgevoerd en dusdoende
telkens) ten laste van de N.V. Winschoten Publieke Taken heeft gebracht en
- in de periode van 1 april 2003 tot en met 12 april 2011 een bedrag van (ongeveer)
398.889,70 euro, zijnde het totaal aan door verdachte van de/een zakelijke rekening van de
N.V. Winschoten Publieke Taken (Publiq) naar zijn privérekening 35.77.34.947
overgemaakte bedragen, waarbij verdachte als tenaamstelling de tenaamstelling van veel
voorkomende crediteuren van Publiq gebruikte, zoals [bedrijf 1]], [bedrijf 2],
[bedrijf 3] en
- in of omstreeks 2007, een of meer bedragen, in totaal (ongeveer) 20.156,15 euro, uit de kas
heeft genomen en voor privédoeleinden en/of voor andere doeleinden dan bedoeld, heeft
aangewend (en om deze opnames te verdoezelen een of meer valse facturen ten name van
[bedrijf 4] constructie onderhoud in de administratie heeft opgenomen);
2.
hij in de gemeente Winschoten, op een of meer tijdstippen in 2007, (telkens) een of meer nota's of facturen,
waarop (telkens) was vermeld dat deze afkomstig waren van
[bedrijf 4] constructie onderhoud
[adres]
[plaats], en
bestemd waren voor Publiq Winschoten en waren voorzien van een notadatum en een nota(nummer) en waren voorzien van de omschrijving:
uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen aan:
(een) bepaald(e) voertuig(en) (van Publiq) en
waarop de daarvoor in rekening gebrachte bedragen in euro's waren vermeld en waren voorzien van een stempel, met datum, nummer, de/het nummer(s) waaronder de diverse repara[verdachte] in het grootboek waren geboekt en een akkoord,
(zoals hierna is omschreven en/of uitgewerkt)
zijnde telkens een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt,
immers heeft verdachte valselijk op bovenomschreven nota(s) of factu(u)r(en) met in achtneming van bovenomschreven teksten,
(respectievelijk dan wel in een andere volgorde) vermeld:
als datum: 2-2-2007,
als nota(nummer) 2007011
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: Kolkenzuiger 2.128,34 (euro)
Toyota veegvuilauto 1.654,99 (euro)
Mercedes met kraan 2.647,90 (euro)
MAN groen 1.836,76 (euro)
als te betalen bedrag in euro's: 8.267,99
na Nummer: 2007011
na Grootboek: 467005/8/13/12 en
na Accoord: een paraaf geplaatst
en
als datum: 16-3-2007,
als nota(nummer) 2007014
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: mercedes bouw 1.687,44 (euro)
case trekker 1.195,21 (euro)
als te betalen bedrag in euro's: 2.882,65
na Nummer: 2007014
na Grootboek: 467027/036 en
na Accoord: een paraaf geplaatst
en
als datum: 4-4-2007,
als nota(nummer) 2007018
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: fendt trekker 1.677,85 (euro)
als te betalen bedrag in euro's: 1.677,85
na Nummer: 2007018
na Grootboek: 477052 en
na Accoord: een paraaf geplaatst,
en
als datum: 18-9-2007,
als nota(nummer) 2007029
na uitgevoerde onderhoud/reparatie/constructie werk inclusief onderdelen
aan: argenterio 1.057,66 (euro)
piaggio 861,33 (euro)
bobcat kraan 2.677,41 (euro)
daf veegwagen 1.297,55 (euro)
mazda cto 1.433,71 (euro)
als te betalen bedrag in euro's: 7.327,66
na Nummer: 7002029
na Grootboek: 467633/45/39/86/96 en
na Accoord: een paraaf geplaatst,
zulks telkens met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
3.
hij in de gemeente(n) Winschoten en/of Oldambt, op verschillende tijdstippen, in de periode van 5 april 2006 tot en met 25 november 2010, telkens dagafschriften van de ABN AMRO bank, betreffende rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van NV WPT DEPOSITO, GRINTWEG, WINSCHOTEN, zijnde telkens geschriften die bestemd waren om tot bewijs
van enig feit te dienen, heeft vervalst,
immers heeft verdachte telkens valselijk op genoemde opeenvolgende dagafschriften, met inachtneming van de op genoemde dagafschriften voorkomende indeling en gebruikte termen,
- het bedrag vermeld onder 'Vorig saldo in EUR' en
- het bedrag vermeld onder 'Nieuw saldo in EUR' afgeplakt en vervangen door een bedrag,
dat aanvankelijk (ongeveer) 348.309 euro hoger was en vervolgens, door steeds hogere
(fictieve) rentebijschrijvingen, opliep naar (ongeveer) 365.278,85 euro of meer hoger dan
de op die dagafschriften vermelde bedragen,
en
in voorkomende gevallen tevens
- het bedrag vermeld na: 'CREDITRENTE' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Bedrag bij (credit)' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Totaal bijgeschreven'
afgeplakt en vervangen door een bedrag, dat hoger was dan de op dat bankafschrift vermelde bedragen,
zulks telkens met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
en
dat hij in de gemeenten Winschoten en/of Oldambt, in de periode van 5 april 2006 tot en met 25 november 2010, meermalen opzettelijk gebruik heeft gemaakt van vervalste geschriften, te weten kopieën van vervalste dagafschriften van de ABN AMRO bank, betreffende rekeningnummer [rekeningnummer], ten name van NV WPT DEPOSITO, GRINTWEG, WINSCHOTEN,
zijnde geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, als waren die geschriften echt en onvervalst,
bestaande die vervalsing hierin, dat telkens valselijk op die (opeenvolgende) dagafschriften met inachtneming van de op genoemde dagafschriften voorkomende indeling en gebruikte termen,
- het bedrag vermeld onder 'Vorig saldo in EUR' en
- het bedrag vermeld onder 'Nieuw saldo in EUR' was afgeplakt en was vervangen door een
bedrag, die/dat aanvankelijk (ongeveer) 348.309 euro hoger waren/was en vervolgens,
door steeds hogere (fictieve) rentebijschrijvingen, opliep naar (ongeveer) 365.278,85 euro
of meer hoger dan de op die dagafschriften vermelde bedragen,
en
in voorkomende gevallen tevens
- het bedrag vermeld na: 'CREDITRENTE' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Bedrag bij (credit)' en/of
- het bedrag vermeld onder 'Totaal bijgeschreven'
was afgeplakt en was vervangen door een bedragen, dat hoger was dan de op die bankafschriften vermelde bedragen,
waarna vervolgens telkens die aldus vervalste bankafschriften waren gekopieerd
en bestaande dat opzettelijk gebruik maken hierin dat verdachte telkens die kopieën van die vervalste bankafschriften aan de controlerende accountant van N.V. Winschoten Publieke Taken heeft doen toekomen, als bewijs dat de op die kopieën van die bankafschriften vermelde bedragen overeenkwamen met de saldi in de financiële administratie van N.V. Winschoten Publieke Taken over de betreffende periode;
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van de feiten
Hetgeen de rechtbank bewezen heeft verklaard, levert de volgende strafbare feiten op:
1. Verduistering gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke
dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd.
2. Valsheid in geschrift, meermalen gepleegd.
3. Valsheid in geschrift, meermalen gepleegd
en
Opzettelijk gebruik maken van een vervalst geschrift, als ware het echt en
onvervalst, terwijl de schuldige weet dat dit geschrift bestemd is voor zodanig
gebruik, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Strafbaarheid van verdachte
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu ten aanzien van verdachte geen strafuitsluitings-gronden aanwezig worden geacht.
Strafoplegging
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde wordt veroordeeld tot 24 maanden gevangenisstraf, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en de bijzondere voorwaarde dat verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen en voorschriften van Reclassering Nederland die ook mogen inhouden dat verdachte zich ambulant zal laten behandelen, zoals omschreven in het rapport van de Reclassering d.d. 14 februari 2013.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, voor het geval de rechtbank de feiten bewezen mocht achten, gepleit voor oplegging van een werkstraf en een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden zoals genoemd in de reclasseringsrapportage.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek op de terechtzitting en het aangaande zijn persoon opgemaakte reclasseringsrapport d.d. 24 februari 2013, alsmede de vordering van de officier van justitie.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft gedurende ongeveer acht jaar eigenmachtig de hoogte van zijn salaris bepaald en aan zichzelf doen uitbetalen, valse facturen opgemaakt en de betaling daarvan op zijn eigen bankrekening laten plaatsvinden, kasopnamen verricht en vakantiereizen gemaakt deels op kosten van Publiq en dagafschriften van de bank ten name van NV WPT DEPOSITO vervalst. Daarmee heeft verdachte zich ten koste van de financiële middelen van de gemeente(n) Winschoten en Oldambt en dus met gemeenschapsgeld, verrijkt. In plaats van hiermee te stoppen op het moment dat hij, zoals verdachte zelf heeft aangegeven, zich ging afvragen waar hij mee bezig was en vond dat hij ermee moest ophouden, is verdachte jaar na jaar hier toch mee doorgegaan. De rechtbank rekent dat verdachte zwaar aan. Hij heeft in zijn positie op zeer laakbare wijze het vertrouwen geschonden dat zijn werkgeefster in hem had.
Het gevolg van verdachtes handelen is dat de gemeente Winschoten, althans de N.V. Winschoten Publieke Taken (Publiq) aanzienlijke financiële schade heeft geleden. Op grond hiervan is de rechtbank van oordeel dat een deels onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van hierna te melden duur passend en geboden is. Gelet op de ernst van het bewezen verklaarde en de periode waarin verdachte de strafbare feiten heeft gepleegd is er naar het oordeel van de rechtbank geen plaats voor een werkstraf.
Uit het omtrent verdachte opgemaakte reclasseringsrapport en ook uit de verklaring van verdachte ter terechtzitting blijkt dat verdachte, toen hij eenmaal was begonnen met frauduleuze handelingen, niet in staat was zichzelf een halt toe te roepen en over zijn problemen in gesprek te gaan met hulpverleners, die hem mogelijk hadden kunnen helpen de schade te beperken. De rechtbank is van oordeel dat bij verdachte aan gedragsbeïnvloeding dient te worden gewerkt om de kans op herhaling van het plegen van soortgelijke feiten te verkleinen.
Om die reden zal de rechtbank aan het voorwaardelijk deel van de op te leggen straf de bijzondere voorwaarden verbinden zoals hierna omschreven.
Ten voordele van verdachte houdt de rechtbank rekening met het feit dat verdachte niet eerder met politie en justitie in aanraking is geweest.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 57, 225, 321 en 322 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
De rechtbank:
- verklaart het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen zoals hiervoor is aangegeven, te kwalificeren als voormeld en verklaart het bewezen verklaarde strafbaar.
- verklaart verdachte voor het bewezen verklaarde strafbaar.
- verklaart het onder 1, 2 en 3 meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
- veroordeelt verdachte voor het bewezen- en strafbaar verklaarde tot:
een gevangenisstraf voor de duur van vierentwintig maanden.
Beveelt dat bij de tenuitvoerlegging van deze straf de tijd die veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, in mindering zal worden gebracht, tenzij die tijd op een andere straf in mindering is gebracht.
Bepaalt dat van deze straf een gedeelte, groot zes maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders gelast omdat
-de veroordeelde zich voor het einde van de op 2 jaren gestelde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
-de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn/haar identiteit geen medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt.
Bepaalt dat de tenuitvoerlegging ook kan worden gelast indien de veroordeelde gedurende de proeftijd de bijzondere voorwaarden niet naleeft.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
- veroordeelde zal zich gedurende door de Reclassering Nederland bepaalde perioden blijven melden zo frequent als Reclassering Nederland gedurende deze perioden nodig acht;
- veroordeelde zal gedurende de proeftijd deelnemen aan een gedragsinterventie, bestaande uit een Cognitieve Vaardigheidstraining, aangeboden door de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord Nederland, waarbij veroordeelde zich dient te houden aan de aanwijzingen zoals die gedurende deze gedragsinterventie door of namens voornoemde instelling aan veroordeelde zullen worden gegeven;
- veroordeelde zal gedurende de proeftijd een training en/of behandeling volgen bij de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord Nederland of een soortgelijke instelling voor ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de reclassering dan wel de instelling of behandelaar zullen worden gegeven;
- de veroordeelde zal zich gedurende de proeftijd gedragen naar voorschriften en aanwijzingen te geven door of namens Reclassering Nederland, zolang deze instelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt.
Draagt deze instelling op om de veroordeelde hulp en steun te verlenen bij de naleving van de bijzondere voorwaarden.
Dit vonnis is aldus gewezen door mrs. L.H.A.M. Voncken, voorzitter, F. de Jong en H. van der Werff, in tegenwoordigheid van D. van der Ploeg, griffier en in het openbaar uitgesproken op 1 maart 2013.
Mrs. De Jong en Van der Werff zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.