ECLI:NL:RBNNE:2013:8370
Rechtbank Noord-Nederland
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Beroep ex artikel 27 van de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen tot confiscatie ongegrond verklaard
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 6 november 2013 uitspraak gedaan in een rekestprocedure met zaaknummer 13/104. Het beroep was ingesteld door een veroordeelde, die gedetineerd was in PI Vught, tegen de erkenning en tenuitvoerlegging van een confiscatiebeslissing die door een Roemeense rechter was opgelegd. De confiscatie betrof een bedrag van € 10.625,00. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, waarbij de verweren van de raadsman met betrekking tot het gelijkheidsbeginsel zijn verworpen. De rechtbank overwoog dat de officier van justitie in redelijkheid tot zijn beslissing tot erkenning heeft kunnen komen en dat de aangevoerde gronden van de raadsman niet relevant waren voor de beoordeling van de zaak. De rechtbank benadrukte dat de beoordeling van de buitenlandse beslissing niet aan de Nederlandse autoriteiten is, en dat de gronden van de raadsman niet konden leiden tot een ander oordeel. De beslissing van de rechtbank is definitief en de veroordeelde heeft geen kans op herziening van deze uitspraak.