Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte],
Tenlastelegging
[bedrijf] op verschillende tijdstippen, althans op enig
tijdstip, in of omstreeks de periode van 1 september 2006 tot en met 23 juli
2007 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland, (telkens)
opzettelijk een geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan
aan [bedrijf] en/of aan verdachte, welk geldbedrag die
(telkens) als financieel
beheerder/belangenbehartiger van die [slachtoffer 1], in elk geval anders dan door
misdrijf, onder zich had, (telkens) wederrechtelijk zich heeft toegeëigend,
hebbende verdachte toen aldaar (telkens) als algemeen directeur van die
[bedrijf] tot bovenomschreven feit opdracht gegeven en/of de
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
art 321 Wetboek van Strafrecht
[bedrijf] in of omstreeks de periode van 1 januari 2006
tot en met 30 september 2007 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in
Nederland, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te
bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse
hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van
een geldbedrag,
hebbende [bedrijf] met vorenomschreven oogmerk
-zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in
strijd met de waarheid die [slachtoffer 4] geadviseerd/laten weten dat geldbedrag op
een bankrekening van [bedrijf] te storten en/of die
[slachtoffer 4] laten weten dat [bedrijf] met dat geldbedrag de
schulden van die [slachtoffer 4] zou aflossen en/of dat [bedrijf]
van dat geldbedrag een deel zou overmaken naar de kinderen van die [slachtoffer 4]
en/of zich in ieder geval tegenover die [slachtoffer 4] voorgedaan als bonafide
(financieel) belangenbehartiger van die [slachtoffer 4],
waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte,
hebbende verdachte toen aldaar als algemeen directeur van die
[bedrijf] tot bovenomschreven feit opdracht gegeven en/of de
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
art 326 Wetboek van Strafrecht
terzake dat
Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland, opzettelijk een
geldbedrag, dat geheel of ten dele toebehoorde aan [slachtoffer 4], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welk geldbedrag verdachte
uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking van/als algemeen directeur
van [bedrijf], welke [bedrijf] (een deel van) de financiën van
die [slachtoffer 4] beheerde/behartigde en aldus, in elk geval anders dan door
misdrijf, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 322 Wetboek van Strafrecht
volgen, terzake dat
tot en met 9 juli 2008 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland,
opzettelijk een geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan [bedrijf]
en/of aan verdachte, welk geldbedrag [bedrijf]
als financieel beheerder/belangenbehartiger van die [slachtoffer 4], in elk geval
anders dan door misdrijf, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft
toegeëigend,
hebbende verdachte toen aldaar als algemeen directeur van [bedrijf]
tot bovenomschreven feit opdracht gegeven en/of de
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
art 321 Wetboek van Strafrecht
[bedrijf] in of omstreeks de periode van 1 oktober 2006
tot en met 29 december 2006 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in
Nederland, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te
bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse
hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] heeft bewogen
tot de afgifte van een geldbedrag,
hebbende [bedrijf] met vorenomschreven oogmerk
-zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in
strijd met de waarheid die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 6] geadviseerd een lening
te regelen/af te sluiten en/of het geldbedrag van die lening op een
bankrekening van [bedrijf] te storten, met welk geldbedrag
een belastingschuld van die [slachtoffer 5] en/of die
[slachtoffer 6] zou aflossen en/of van dat geldbedrag een deel zou gebruiken voor
de participatie van die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 6] in de aankoop van een
woning en/of zich in ieder geval tegenover die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 6]
heeft voorgedaan als bonafide financieel belangenbehartiger van die [slachtoffer 5]
en/of die [slachtoffer 6],
waardoor die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 6] werd(en) bewogen tot bovenomschreven
afgifte,
hebbende verdachte toen aldaar als algemeen directeur van die
[bedrijf] tot bovenomschreven feit opdracht gegeven en/of de
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
art 326 Wetboek van Strafrecht
terzake dat
te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland, opzettelijk een
geldbedrag, dat geheel of ten dele toebehoorde aan [slachtoffer 5] en/of
[slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welk
geldbedrag verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking van/als
algemeen directeur van [bedrijf], welke [bedrijf] een deel van
de financiën van die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 6] beheerde, en aldus, in elk
geval anders dan door misdrijf, onder zich had wederrechtelijk zich heeft
toegeëigend;
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 322 Wetboek van Strafrecht
volgen, terzake dat
tot en met 18 januari 2008 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in
Nederland, opzettelijk een geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan
aan [bedrijf] en/of aan verdachte, welk geldbedrag die
als beheerder van een deel van de financiën van
die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 6], in elk geval anders dan door misdrijf, onder
zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend,
hebbende verdachte toen aldaar als algemeen directeur van
[bedrijf] tot bovenomschreven feit opdracht gegeven en/of de
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
art 321 Wetboek van Strafrecht
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2007 tot en met 22 oktober 2008 te
Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland, opzettelijk een
geldbedrag, dat geheel of ten dele toebehoorde aan [slachtoffer 7], in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte, en welk geldbedrag verdachte uit
hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking van/als algemeen directeur van
[bedrijf], welke [bedrijf] dat geldbedrag namens die [slachtoffer 7] op
een beleggingsrekening van die [slachtoffer 7] zou storten, en aldus, in elk geval
anders dan door misdrijf, onder zich had wederrechtelijk zich heeft
toegeëigend;
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 322 Wetboek van Strafrecht
terzake dat
en met 22 oktober 2008 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland,
opzettelijk een geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 7], in
elk geval aan een ander of anderen dan aan [bedrijf]
en/of aan verdachte, welk geldbedrag [bedrijf] van die
[slachtoffer 7] had ontvangen teneinde dat geldbedrag op een beleggingsrekening van die
te storten, en aldus, in elk geval anders dan door misdrijf, onder zich
had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend,
hebbende verdachte toen aldaar als algemeen directeur van die
[bedrijf] tot bovenomschreven feit opdracht gegeven en/of de
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
art 321 Wetboek van Strafrecht
hij in of omstreeks de periode van 12 augustus 2008 tot en met 19 december
2008 te Gieten, gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland, als bestuurder, te
weten als algemeen directeur, van [bedrijf], terwijl die
bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te
Assen van 12 augustus 2008 , in staat van faillissement is verklaard,
ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeiser(s) van die
rechtspersoon,
niet heeft voldaan aan de op verdachte rustende verplichtingen ten opzichte
van het voeren van een administratie ingevolge artikel 10, eerste lid, van
Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en/of artikel 15i, eerste lid, van Boek 3
van het Burgerlijk Wetboek, en/of het bewaren en/of te voorschijn brengen van
de boeken, bescheiden en/of andere gegevensdragers in die/dat artikel(en)
bedoeld;
art 343 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
De vordering van de officier van justitie
- 18 maanden gevangenisstraf, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren;
- ontzetting uit het beroep als financieel dienstverlener voor de duur van 5 jaren;
- niet ontvankelijk verklaring van de benadeelde partij [slachtoffer 4] in haar vordering;
- toewijzing van de civiele vorderingen van [slachtoffer 2]/[slachtoffer 3], [slachtoffer 1], [slachtoffer 6] en [slachtoffer 7].
De voorvragen
Vrijspraak
2 primair en subsidiair en 4 primairtenlastegelegde te worden vrijgesproken, omdat de rechtbank dit -evenals de raadsman van verdachte- niet wettig en overtuigend bewezen acht.
Bewijsmotivering
1, 2 meer subsidiair, 3 primair, 4 subsidiair en 5tenlastegelegde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die hierna in samenvattende vorm worden weergegeven en die voorkomen in de in de voetnoten weergegeven gebezigde bewijsmiddelen.
na te melden bewijsmiddelenvan oordeel dat [bedrijf] geldbedragen toebehorende aan [slachtoffer 1]/[slachtoffer 2]/[slachtoffer 3] ten onrechte voor eigen gebruik heeft aangewend en derhalve de gelden heeft verduisterd, terwijl verdachte de feitelijke leiding heeft gegeven aan deze gedragingen.
na te melden bewijsmiddelenvan oordeel dat [bedrijf] een geldbedrag toebehorende aan [slachtoffer 4] heeft verduisterd, terwijl verdachte de feitelijke leiding heeft gegeven aan deze gedragingen. De rechtbank is van oordeel dat van een professioneel Financieel AdviesBureau mag worden verwacht dat er administratie wordt bijgehouden waarin wordt verantwoord welke betalingen zijn gedaan. De rechtbank is hiervan niet gebleken, terwijl van (contante) betalingen ook overigens op geen enkele andere wijze is gebleken. De rechtbank acht daarmee bewezen dat er geen betalingen ten behoeve van [slachtoffer 4] zijn gedaan en dat verdachte zich het geld heeft toegeëigend.
na te melden bewijsmiddelenvan oordeel dat [bedrijf] [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] door oplichtingshandelingen een geldbedrag heeft laten overmaken op de bankrekening van voormelde [bedrijf], terwijl verdachte de feitelijke leiding heeft gegeven aan deze gedragingen.
na te melden bewijsmiddelenvan oordeel dat [bedrijf] een geldbedrag toebehorende aan [slachtoffer 7] heeft verduisterd, terwijl verdachte de feitelijke leiding heeft gegeven aan deze gedragingen.
na te melden bewijsmiddelen.
Hetgeen de rechtbank bewezen acht
feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
hebbende verdachte toen aldaar als algemeen directeur van [bedrijf] de feitelijke leiding gegeven aan die verboden gedraging;
bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Assen van 12 augustus 2008 , in staat van faillissement is verklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeisers van die rechtspersoon, niet heeft voldaan aan de op verdachte rustende verplichtingen ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolge artikel 10, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en/of artikel 15i, eerste lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en te voorschijn brengen van de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers in die artikelen bedoeld.
Kwalificaties
Strafbaarheid
Strafmotivering
Benadeelde partij [slachtoffer 4]
Benadeelde partij [slachtoffer 2] /[slachtoffer 3]
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
Benadeelde partij [slachtoffer 6]
Benadeelde partij [slachtoffer 7]
Schadevergoedingsmaatregel
Toepassing van wetsartikelen
Beslissing van de rechtbank
ontzetverdachte van
het rechtom het beroep van financieel dienstverlener/adviseur uit te oefenen voor de duur van 5 jaren.