ECLI:NL:RBNNE:2013:4163
Rechtbank Noord-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van mr. J.W. Keuning in bestuursrechtelijke procedure
Op 28 juni 2013 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Nederland het wrakingsverzoek van [verzoeker] behandeld. Dit verzoek was gericht tegen mr. J.W. Keuning, de rechter die een beroepsprocedure behandelde tussen [verzoeker] en de inspecteur van de Belastingdienst Noord/kantoor Leeuwarden. Tijdens de mondelinge behandeling op dezelfde dag heeft [verzoeker] zijn wrakingsverzoek ingediend, omdat hij vond dat mr. Keuning niet onpartijdig was. Hij voerde aan dat mr. Keuning hem in de hal van het Gerechtsgebouw had benaderd en de hand wilde schudden, wat volgens hem ongepast was. Daarnaast beschuldigde hij mr. Keuning van het maken van denigrerende opmerkingen over zijn WWB-uitkering en het geven van een voorlopig oordeel over de zaak, wat de schijn van vooringenomenheid zou wekken.
Mr. Keuning ontkende de beschuldigingen en verklaarde dat hij niet verantwoordelijk was voor de samenstelling van de wrakingskamer. Hij gaf aan dat zijn vragen over de bijstandsuitkering bedoeld waren om het gesprek op gang te brengen. De wrakingskamer oordeelde dat de door [verzoeker] aangevoerde omstandigheden niet voldoende waren om te concluderen dat mr. Keuning vooringenomen was. De wrakingskamer stelde vast dat de rechterlijke onpartijdigheid niet in het gedrang was gekomen door het handelen van mr. Keuning en dat er geen grond was voor het wrakingsverzoek.
De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking afgewezen en bepaald dat de procedure in de hoofdzaak kon worden voortgezet. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 28 juni 2013.