In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 26 februari 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van mishandeling, diefstal en bedreiging. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de beschuldigingen van mishandeling en diefstal, omdat er onvoldoende bewijs was om deze feiten te kunnen vaststellen. De rechtbank concludeerde dat de verklaringen van de getuigen en de aangever niet voldoende duidelijkheid boden over de toedracht van de gebeurtenissen op 3 november 2012, waardoor er geen wettig en overtuigend bewijs was voor de tenlastegelegde mishandeling. Evenzo werd de verdachte vrijgesproken van diefstal, omdat niet kon worden aangetoond dat hij het horloge met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening had weggenomen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte het horloge van de straat had opgepakt en dit op een zichtbare plek had neergelegd, wat niet duidde op opzet tot diefstal.
Echter, de rechtbank vond de verdachte wel schuldig aan bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en zware mishandeling, gepleegd op 12 december 2012. De verdachte had zijn ex-vriendin bedreigd met de woorden "Ik trap je in elkaar" en "Ik maak je af". De rechtbank oordeelde dat deze bedreigingen, gedaan in een emotionele context, ernstig waren en dat er voldoende bewijs was om deze bedreiging te kunnen vaststellen. De rechtbank hield rekening met het strafblad van de verdachte, dat 19 pagina's telde, en de ernst van de feiten. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, waarbij de tijd die hij in voorlopige hechtenis had doorgebracht in mindering werd gebracht op de opgelegde straf.