Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
beschikking van de kinderrechter d.d. 10 april 2013
afwijzen machtiging uithuisplaatsing
Procesverloop
Motivering
Beslissing
fn: 631)
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 10 april 2013 uitspraak gedaan in een verzoek tot machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, ingediend door de Stichting William Schrikker Jeugdbescherming. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de uitvoerster en de ouders van de minderjarige aanwezig waren. De minderjarige, die sinds januari 2013 op vrijwillige basis in de jeugdkliniek Swaai verblijft, heeft een ondertoezichtstelling die op 15 juni 2012 is ingegaan en verlengd tot 15 juni 2013.
De uitvoerster verzocht om een machtiging tot uithuisplaatsing, omdat zij twijfels had over de houding van de ouders ten opzichte van de opname van de minderjarige. De ouders daarentegen stelden dat zij instemden met de opname en dat er geen reden was om aan te nemen dat zij de behandeling zouden stopzetten. De kinderrechter overwoog dat er geen aanwijzingen waren dat de ouders twijfels hadden over de opname en dat de informatievoorziening aan de gezinsvoogd niet problematisch was zonder een machtiging tot uithuisplaatsing.
De kinderrechter concludeerde dat het verzoek van de uitvoerster moest worden afgewezen, omdat het in het belang van de samenwerking met de ouders was om geen machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen. De kinderrechter benadrukte dat een dergelijke machtiging als een teken van wantrouwen zou kunnen worden opgevat door de ouders, wat de samenwerking zou kunnen bemoeilijken. De beschikking werd uitgesproken in het openbaar en de ouders werden geïnformeerd over hun recht om binnen drie maanden in hoger beroep te gaan.