ECLI:NL:RBNHO:2025:9934

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
27 augustus 2025
Publicatiedatum
27 augustus 2025
Zaaknummer
C/15/363487 / FA RK 25-1567
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wijziging van de geboorteakte met betrekking tot de geslachtsnaam van een minderjarige na onjuiste voorlichting door de ambtenaar van de burgerlijke stand

In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 27 augustus 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot wijziging van de geboorteakte van een minderjarige. De ouders van het kind hebben de ambtenaar van de burgerlijke stand onjuist voorgelicht gekregen dat een akte van naamskeuze ook na de geboorteaangifte kon worden opgemaakt. Hierdoor heeft het kind, dat geboren is op [geboortedatum] te [plaats], van rechtswege de achternaam van de vader gekregen, terwijl de ouders een gecombineerde geslachtsnaam wilden. De officier van justitie heeft verzocht om de ambtenaar te gelasten alsnog een akte van naamskeuze op te maken en de geboorteakte te wijzigen met de juiste geslachtsnaam.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders tijdig aan de ambtenaar hebben kenbaar gemaakt dat zij een gecombineerde geslachtsnaam voor hun kind wilden. De rechtbank heeft het verzoek tot verbetering en aanvulling van de geboorteakte met de keuze voor de gecombineerde geslachtsnaam toegewezen, maar het verzoek om een akte van naamskeuze op te maken afgewezen. Dit omdat een akte van naamskeuze geen registerakte is en artikel 1:24 BW hiervoor geen grondslag biedt. De rechtbank heeft geoordeeld dat de ambtenaar onjuist heeft gehandeld door de ouders te informeren dat een akte van naamskeuze na de geboorteaangifte kon worden opgemaakt, wat niet mogelijk is volgens de wet.

De rechtbank heeft de ambtenaar gelast om de geboorteakte te wijzigen, zodat de geslachtsnaam van het kind alsnog kan worden aangepast naar de gewenste gecombineerde geslachtsnaam. Dit besluit is genomen om de administratieve vergissing te herstellen en de identiteit van het kind te waarborgen. De rechtbank heeft benadrukt dat de keuze voor de geslachtsnaam van groot belang is voor de identiteit van het kind en dat het onjuist informeren van de ouders door de ambtenaar niet had mogen plaatsvinden.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Alkmaar
wijziging akte burgerlijke stand
zaak-/rekestnr.: C/15/363487 / FA RK 25-1567
beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken van 27 augustus 2025
op het verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Noord-Holland,
(hierna te noemen: de officier),
gevestigd te Haarlem,
strekkende tot het opmaken van een akte van naamskeuze bij de geboorteakte (nummer [nummer] ) van het jaar [jaar] en de aanvulling/verbetering van die geboorteakte voorkomende in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente Den Helder betreffende:
[de minderjarige],
geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
in welke zaak de rechtbank als belanghebbenden aanmerkt:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Helder,
gevestigd te Den Helder,
hierna mede te noemen: de ambtenaar,
[de vader],
wonende te [plaats] ,
hierna mede te noemen: de vader,
[de moeder] ,
wonende te [plaats] ,
hierna mede te noemen: de moeder.

1.Procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 25 maart 2025,
- de bij het verzoekschrift behorende berichten van de ambtenaar van 10 februari 2025 en 17 maart 2025;
- de bij het verzoekschrift behorende instemmingsverklaringen van de vader en de moeder (tezamen ook te noemen: de ouders).

2.Feiten en omstandigheden

2.1.
De ouders zijn op [huwelijksdatum] gehuwd.
Uit dit huwelijk is op [geboortedatum] te [plaats] geboren het kind [de minderjarige] .
2.2.
Op [datum] is door de ambtenaar een akte van geboorte opgemaakt onder nummer [nummer] van het jaar [jaar] van het kind dat daarin – voor zover in dit kader van belang – wordt aangeduid met de volgende gegevens:
KIND
Geslachtsnaam [geslachtsnaam]
Voornamen [voornamen]
2.3.
De hiervoor genoemde akte zal hierna ook worden aangeduid als de geboorteakte.
2.4.
Het hiervoor genoemde kind zal hierna ook worden aangeduid als [de minderjarige] .

3.Beoordeling

3.1.
Op grond van artikel 1:24, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan de rechtbank op verzoek van belanghebbenden of van het openbaar ministerie de aanvulling gelasten van een register van de burgerlijke stand met een daarin ontbrekende akte of latere vermelding, doorhaling gelasten van een daarin ten onrechte voorkomende akte of latere vermelding, of verbetering gelasten van een daarin voorkomende akte of latere vermelding die onvolledig is of een misslag bevat.
3.2.
De officier verzoekt op basis van een daartoe strekkend verzoek van de ambtenaar,
naar de rechtbank begrijpt, de ambtenaar te gelasten een akte van naamskeuze op te maken bij de geboorteakte en de aanvulling dan wel verbetering te gelasten van de geboorteakte in die zin, dat daarin de gegevens worden aangevuld dan wel verbeterd:
KIND
Geslachtsnaam [geslachtsnaam]
OVERIGE GEGEVENS:
GEKOZEN VOOR DE GESLACHTSNAAM: [geslachtsnaam]
3.3.
Omdat de ouders hebben laten weten in te stemmen met het verzoek, en het standpunt van de officier en daarbij ook het standpunt van de ambtenaar schriftelijk is ingediend, kan op het verzoek zonder verdere mondelinge behandeling worden beslist.
3.4.
Ter onderbouwing van het verzoek heeft de officier aangegeven dat er alsnog een akte van naamskeuze dient te worden opgemaakt bij de geboorteakte, aangezien de ambtenaar de ouders onjuist heeft voorgelicht over het alsnog kunnen opmaken van een akte van naamskeuze na de geboorte en tevens dat de geboorteakte dient te worden verbeterd dan wel aangevuld met de naamskeuze.
3.5.
De ambtenaar heeft aangegeven dat van de geboorte van [de minderjarige] door de ouders elektronisch aangifte is gedaan op [datum] via de website van de gemeente Den Helder. De aangever van de geboorte (de vader) heeft hierbij aangegeven dat er reeds een akte van naamskeuze was, waarbij gekozen is voor een gecombineerde geslachtsnaam. De ambtenaar heeft bij de verwerking geconstateerd dat die akte ontbrak en dat de basis om [de minderjarige] een gecombineerde geslachtsnaam te geven ontbrak. De ambtenaar heeft de ouders uitgenodigd voor een afspraak om samen de geboorteaangifte te komen doen en daarbij gezamenlijk een naamskeuze te kunnen doen. De moeder bleek uiteindelijk fysiek niet in staat om mee te komen naar de afspraak van geboorte en daarbij alsnog samen met de vader een akte van naamskeuze te laten opmaken. De ambtenaar heeft met de ouders afgesproken de digitale geboorteaangifte te verwerken en de ouders later in het jaar alsnog in de gelegenheid te stellen de akte van naamskeuze op te laten maken. De op [datum] opgemaakte geboorteakte is vervolgens opgemaakt zonder naamskeuze, op grond waarvan [de minderjarige] de geslachtsnaam [geslachtsnaam] heeft gekregen.
De ambtenaar is vervolgens gebleken dat er geen wettelijke basis is om ná de aangifte van de geboorte alsnog een akte van naamskeuze op te maken. De ambtenaar heeft zich ten onrechte gebaseerd op de overgangsregeling behorende bij de Wet introductie gecombineerde geslachtsnaam en de ouders onjuist voorgelicht.
De ambtenaar acht het van groot belang dat de administratieve vergissing wordt rechtgezet. Het is voor de ouders zeer belangrijk dat [de minderjarige] de gewenste gecombineerde geslachtsnaam krijgt. Deze naam vormt een wezenlijk onderdeel van haar identiteit en geeft uitdrukking aan de band met zowel haar moeder als haar vader. Zonder tussenkomst van de rechtbank zijn er niet alleen ongewenste gevolgen voor de geslachtsnaam van [de minderjarige] , maar ook voor eventueel toekomstige kinderen geboren uit hetzelfde huwelijk, alsmede voor hun nageslacht.
3.6.
De wetgever staat de keuze voor en de registratie van een gecombineerde geslachtsnaam voor kinderen die vanaf 1 januari 2024 [1] zijn geboren alleen toe, uiterlijk op de dag van de geboorteaangifte. [2] De overgangsregeling voor de keuze van een gecombineerde geslachtsnaam, waarbij wel na de geboorteaangifte nog een naamskeuze kan worden gedaan, geldt alleen voor kinderen die zijn geboren vanaf 1 januari 2016 tot en met 31 december 2023 [3] .
3.7.
[de minderjarige] is geboren ná 31 december 2023 en valt niet onder de overgangsregeling. De naamskeuze voor een gecombineerde geslachtsnaam had voorafgaand aan de geboorte moeten worden gedaan, dan wel ten tijde van de geboorteaangifte, zoals is bepaald in artikel 1:5 lid 4 BW. Als er geen naamskeuze is gedaan regelt de vangnetnorm van artikel 1:5 lid 4 BW dat [de minderjarige] , geboren in het huwelijk van haar ouders, de geslachtsnaam van de vader krijgt, in dit geval: [geslachtsnaam] , zoals ook blijkt uit de op [datum] opgemaakte geboorteakte.
De rechtbank stelt vast dat gelet op genoemde wetgeving in dit geval ná de geboorte van [de minderjarige] er wettelijk geen mogelijkheid meer is om een naamskeuze te doen die tevens terugwerkt tot de geboorte van [de minderjarige] . Alleen [de minderjarige] zelf kan na haar achttiende verjaardag de niet-gemaakte keuze van haar ouders herzien door op grond van artikel 1:7 BW bij de dienst Justis een verzoek in te dienen tot een geslachtsnaamswijziging, maar die werkt niet terug tot haar geboorte. De rechtbank begrijpt uit de stukken dat het nu in stand laten van de huidige geslachtsnaam dan ook niet is gewenst. Daarmee zullen ook eventueel volgende kinderen van deze ouders op grond van artikel 1:5 lid 8 BW de geslachtsnaam [geslachtsnaam] hebben.
3.8.
Op grond van de stukken gaat de rechtbank ervan uit dat de beide ouders hebben bedoeld om ter gelegenheid van de geboorteaangifte van [de minderjarige] te verklaren dat de geslachtsnaam van [de minderjarige] [geslachtsnaam] zal zijn met ingang van de datum van haar geboorte en dat zij dit tijdig, voor de geboorteaangifte, aan de ambtenaar hebben kenbaar gemaakt.
3.9.
De rechtbank is van oordeel dat, hoewel de wettelijke basis daartoe ontbreekt, het verzoek tot verbetering en aanvulling van de geboorteakte met een gecombineerde geslachtsnaam voor toewijzing vatbaar is, nu uit dat wat hiervoor is overwogen blijkt dat aan de wettelijke eisen voor de keuze van een gecombineerde geslachtsnaam is voldaan en dat de gekozen geslachtsnaam enkel door onjuist handelen van de ambtenaar niet op het moment van de geboorteaangifte op de geboorteakte is vermeld. Dit onjuist handelen bestond uit het onjuist informeren van de ouders voorafgaand aan de geboorteaangifte en de ouders ten onrechte hebben laten denken dat alsnog na de geboorteaangifte een akte van naamskeuze kon worden opgemaakt.
3.10.
De rechtbank zal het verzoek van de officier tot wijziging dan wel aanvulling van de geboorteakte dan ook als hierna te melden toewijzen. Dit verzoek komt overeen met het verzoek zoals dat door de ambtenaar in zijn brief van 10 februari 2025 is weergegeven.
3.11.
De rechtbank zal het verzoek van de officier om de ambtenaar te gelasten alsnog een akte van naamskeuze op te maken bij de geboorteakte afwijzen en overweegt daartoe als volgt.
Een geboorteakte is een registerakte die wordt opgenomen in het geboorteregister en geeft de situatie van de persoon op de akte weer op het moment van (de aangifte van) de geboorte. Iedere wijziging of aanvulling wordt middels een latere vermelding aan de geboorteakte toegevoegd.
Indien voorafgaand aan een geboorte ouders bij de ambtenaar een naamskeuze doen, wordt er een akte van naamskeuze opgemaakt, waarvan de ouders een afschrift krijgen. Deze akte van naamskeuze is geen registerakte en wordt niet opgenomen in een register van de burgerlijke stand. Artikel 1:24 BW biedt de rechter dus geen grondslag om de opmaak ervan te gelasten. Bij de geboorteaangifte dient het afschrift door de aangever te worden overgelegd. De ambtenaar zal dan een geboorteakte opmaken met een latere vermelding van de naamskeuze. De akte van naamskeuze zal na 18 maanden worden vernietigd, nu de naamskeuze immers bij de geboorteaangifte is verwerkt op de geboorteakte in de vorm van een latere vermelding.
Indien de keuze voor een (gecombineerde) geslachtsnaam wordt gedaan ten tijde van de geboorteaangifte zelf, wordt de geboorteakte meteen opgemaakt met de gekozen geslachtsnaam. Er wordt geen akte van naamskeuze opgemaakt en ook geen latere vermelding toegevoegd, het is immers de situatie op het moment van de geboorteaangifte zelf.
Zoals eerder overwogen gaat de rechtbank er op basis van de stukken vanuit dat de keuze voor de gecombineerde geslachtsnaam door deze ouders zou worden gedaan bij de geboorteaangifte zelf. Dit is door de onjuiste voorlichting van de ambtenaar niet op dat moment gebeurd. De ambtenaar had het opmaken van de geboorteakte dienen uit te stellen en de ouders in de gelegenheid moeten stellen om op een later moment gezamenlijk te verklaren welke geslachtsnaam [de minderjarige] zou krijgen.
Door toewijzing van het verzoek de geboorteakte te wijzigen en aan te vullen met de gecombineerde geslachtsnaam wordt dit gebrek hersteld. Een akte voor naamskeuze is daarvoor niet vereist. Er zal naar aanleiding van de beslissing van de rechtbank in deze beschikking door de ambtenaar immers een latere vermelding ‘betreffende een verbetering van een akte op last van de rechtbank’ aan de geboorteakte worden toegevoegd. [de minderjarige] verkrijgt daarmee alsnog de gecombineerde geslachtsnaam [geslachtsnaam] .

4.Beslissing

De rechtbank:
4.1.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Helder de akte van geboorte met nummer [nummer] van het jaar [jaar] , opgemaakt van het kind [de minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [plaats] , te wijzigen in die zin dat
de volgende gegevens worden gewijzigd dan wel toegevoegd en komen te luiden als volgt:
KIND
Geslachtsnaam [geslachtsnaam]
OVERIGE GEGEVENS
GEKOZEN VOOR DE GESLACHTSNAAM [geslachtsnaam]
4.2.
wijst af hetgeen meer of anders is verzocht;
4.3.
draagt - op grond van artikel 1:24 lid 2 BW - de griffier op niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking -en indien daartegen geen hoger beroep is ingesteld- een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Helder ter verwerking van deze beslissing.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.P. van der Haak, rechter, in tegenwoordigheid van H.M. Zonneveld, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 27 augustus 2025.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en de verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.

Voetnoten

1.Wet introductie gecombineerde geslachtsnaam
2.Artikel 1:5 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek (BW)
3.Regeling rechten naamskeuze overgangsregeling Wet introductie gecombineerde geslachtsnaam