[eiser] vordert in conventie samengevat – dat de voorzieningenrechter bij vonnis voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. [gedaagde] veroordeelt om de percelen nummer [kadaster nummer 2], [kadaster nummer 4], [kadaster nummer 11], [kadaster nummer 8] en [kadaster nummer 9] volledig te ontruimen, door alle roerende zaken die niet van [eiser] zijn te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom,
II [gedaagde] veroordeelt om onbelemmerd toegang aan [eiser] (en de door haar ingeschakelde derden) te verschaffen om de erfdienstbaarheid van weg te kunnen uitoefenen, op straffe van een dwangsom,
III [gedaagde] gebiedt de percelen van [eiser] nummer [kadaster nummer 2], [kadaster nummer 4], [kadaster nummer 11], [kadaster nummer 8] en [kadaster nummer 9] niet zonder diens toestemming te betreden of daar zaken op te plaatsen, op straffe van een dwangsom,
IV [gedaagde] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 925,-, voor buitengerechtelijke kosten;
V [gedaagde] veroordeelt in de proceskosten, waaronder begrepen de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.