ECLI:NL:RBNHO:2025:7259

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
1 juli 2025
Publicatiedatum
1 juli 2025
Zaaknummer
15.393111.24
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling tot een voorwaardelijke gevangenisstraf en taakstraf voor het bezit van kinderporno

Op 1 juli 2025 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het bezit van kinderporno. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden en een taakstraf van 240 uur. De rechtbank oordeelde dat er geen aanleiding was om bijzondere voorwaarden op te leggen, omdat de verdachte sinds september 2024 vrijwillig in behandeling is bij De Waag en deze behandeling nog minstens tien maanden zal voortduren. De officier van justitie had gevorderd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit, terwijl de verdediging pleitte voor een maximale taakstraf zonder bijzondere voorwaarden. De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte meermalen afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij minderjarigen betrokken waren, in bezit had. De rechtbank hield rekening met de psychische kwetsbaarheid van de verdachte, die een autismespectrumstoornis heeft, en zijn bereidheid om hulp te zoeken. De rechtbank concludeerde dat een voorwaardelijke straf passend was, gezien de omstandigheden en de positieve ontwikkelingen in het leven van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, zittingsplaats Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15.393111.24
Uitspraakdatum: 1 juli 2025
Tegenspraak
verkort strafvonnis(art. 138b Sv)
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 17 juni 2025 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres].
De rechtbank heeft kennisgenomen van het standpunt van de officier van justitie mr. C.J. Booij en van wat de verdachte en zijn raadsvrouw mr. I.J.K. van der Meer naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 10 april 2024 te Oosthuizen, gemeente Edam-Volendam, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal telkens afbeeldingen, te weten foto’s en/of video’s en/of gegevensdragers, te weten een mobiele telefoon (O.05) en/of Desk Top (O.06), bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken in bezit heeft gehad welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met een penis oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met een penis en/of hand/vinger oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(Foto’s 4, 10, 14, 15, 19 en 20 van de toonmap, bladzijde 34 van het einddossier)
en/of
het met een penis betasten en/of aanraken van de penis van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(Foto’s 5, 6, 8, 9 en 11 van de toonmap, bladzijde 35 van het einddossier)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(Foto’s 1, 2, 3 en 7 van de toonmap, bladzijde 35 van het einddossier)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is
(Foto’s 12, 13 en 16 van de toonmap, bladzijde 35 van het einddossier).

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Standpunten van partijen

3.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit.
3.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend kan worden bewezen.
3.3
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op grond van de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
De bewijsmiddelen zullen worden uitgewerkt in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis vereist en zullen dan in een aan dit vonnis te hechten aanvulling worden opgenomen.

4.Bewezenverklaring

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat
hij op 10 april 2024 te Oosthuizen, gemeente Edam-Volendam, telkens afbeeldingen, te weten foto’s en/of video’s en gegevensdragers, te weten een mobiele telefoon (O.05) en Desk Top (O.06), bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken in bezit heeft gehad welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met een penis en/of hand/vinger vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met een hand vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(Foto’s 4, 10, 14, 15,van de toonmap, bladzijde 3 van het einddossier)
en
het met een penis betasten en/of aanraken van de penis van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
en
het met de vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(Foto’s 5, 6, 8, 9 van de toonmap, bladzijde 31 van het einddossier)
en
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past en/of waarbij deze persoon zich in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(Foto’s 1, 2, 3 en 7 van de toonmap, bladzijde 31 van het einddossier)
en
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is
(Foto’s 12, 13 en 16 van de toonmap, bladzijde 31 van het einddossier).
Hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

5.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit

Het bewezenverklaarde levert op:
een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is daarom strafbaar.
6. Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is daarom strafbaar.

7.Motivering van de sancties

7.1
Standpunt van officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar. Volgens de officier van justitie moeten de volgende bijzondere voorwaarden aan het voorwaardelijk strafdeel worden verbonden: een meldplicht, dagbesteding en ambulante behandeling bij De Waag of een soortgelijke instelling. Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat aan de verdachte een taakstraf van 240 uur wordt opgelegd, te vervangen door 120 dagen hechtenis indien de taakstraf niet (naar behoren) wordt uitgevoerd.
7.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft de rechtbank verzocht om de verdachte te veroordelen tot een maximale taakstraf en een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf, zonder oplegging van bijzondere voorwaarden. De raadsvrouw vindt met de reclassering dat het opleggen van bijzondere voorwaarden in deze zaak niet noodzakelijk is, omdat de verdachte al geruime tijd (sinds begin september 2024) in een vrijwillig kader in behandeling is bij De Waag en gelet op het door de reclassering als laag ingeschatte recidiverisico. De huidige behandeling zal nog geruime tijd voortduren en de verdachte wil daarna een vervolgbehandeling ondergaan.
7.3
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sancties die aan de verdachte moeten worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, en de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van het feit
De verdachte heeft zich gedurende een zeer lange periode (meerdere jaren) schuldig gemaakt aan het bezitten van een grote hoeveelheid afbeeldingen die kinderporno bevatten. Uit de beschrijvingen van de afbeeldingen in het dossier blijkt dat het veelal ging om de ernstigste categorie kinderporno, waarbij (zeer) jonge kinderen seksueel worden misbruikt. Het is een feit van algemene bekendheid dat de gevolgen die deze kinderen hiervan in psychische en fysieke zin ondervinden, uiterst ingrijpend zijn. De rechtbank houdt de verdachte medeverantwoordelijk voor het seksueel misbruik en de exploitatie van kinderen omdat hij, door (op grote schaal) kinderporno te verzamelen, heeft bijgedragen aan de instandhouding van de vraag naar kinderporno. Voor een effectieve bestrijding van kinderporno is noodzakelijk dat niet alleen de personen die kinderporno vervaardigen worden vervolgd en bestraft, maar ook degenen die kinderporno verzamelen.
De verdachte heeft alleen oog gehad voor zijn eigen behoeften en heeft niet stil gestaan bij de gevolgen voor de kinderen die ernstig misbruikt worden bij het maken van kinderporno.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft gekeken naar het strafblad van de verdachte van 10 juni 2025, waaruit blijkt dat hij niet eerder voor een strafbaar feit is veroordeeld. De rechtbank zal het strafblad van de verdachte daarom niet ten nadele bij de strafoplegging meewegen.
Verder heeft de rechtbank kennisgenomen van het reclasseringsrapport van 9 april 2025. Daaruit volgt onder meer het volgende. De verdachte heeft een autismespectrumstoornis. Ten tijde van het ten laste gelegde had de verdachte onvoldoende controle over zijn seksuele impulsen. Hij wist dat het niet goed was wat hij deed, maar hij was niet in staat om zijn gedrag te begrenzen. De verdachte heeft kort na zijn aanhouding, op eigen initiatief, hulp gezocht bij de forensische polikliniek De Waag, waar hij sinds 5 september 2024 in behandeling is. De verdachte is gemotiveerd deze behandeling voort te zetten. De verdachte heeft bij De Waag testen gedaan waaruit is gebleken dat hij pedofiele seksuele voorkeuren heeft. De behandeling die de verdachte nu ondergaat is mede hierop gericht.
De reclassering is van mening dat de verdachte, met name gelet op zijn behandeling bij De Waag, over voldoende ondersteuning beschikt om herhaling zonder reclasseringstoezicht te voorkomen. De reclassering schat het recidiverisico in als laag en adviseert een straf zonder bijzondere voorwaarden op te leggen.
De op te leggen straf
De oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) vermelden voor het bezit/verwerven van kinderporno een strafmaat van zes maanden gevangenisstraf, waarvan een kort gedeelte onvoorwaardelijk, onder oplegging van bijzondere voorwaarden en daarnaast een taakstraf van 240 uur onvoorwaardelijk.
De rechtbank ziet, evenals de officier van justitie en de raadsvrouw, aanleiding om van dit oriëntatiepunt af te wijken. De rechtbank houdt in het voordeel van de verdachte rekening met zijn psychische kwetsbaarheid (zijn autismespectrumstoornis) en met het feit dat hij van meet af aan open is geweest over zijn handelen. Ook weegt de rechtbank mee dat de verdachte vrijwel direct na zijn aanhouding zelf hulp heeft gezocht bij De Waag. De verdachte heeft op de zitting verklaard dat hij inziet hoe verwerpelijk zijn gedrag is geweest, dat hij zich daarvoor diep schaamt en dat hij er alles aan zal doen om herhaling te voorkomen, onder meer door de huidige behandeling (die mede gericht is op zijn pedofiele seksuele voorkeuren) voort te zetten en daarna een verdere behandeling te ondergaan. De verdachte heeft hierbij een oprechte en gemotiveerde indruk op de rechtbank gemaakt. Verder is tijdens het gesprek met de verdachte op de zitting gebleken dat hij zijn leven op orde lijkt te hebben: hij werkt vier dagen per week en ondervindt ook steun van zijn ouders en zijn vriendin, met wie hij over het kinderpornobezit heeft gesproken.
Gelet op deze omstandigheden zal de rechtbank een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen. De rechtbank acht het voor de verdachte, maar ook voor de samenleving, niet wenselijk dat deze positieve ontwikkelingen, die van groot belang zijn voor het voorkomen van recidive, worden doorkruist door een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
De reclassering heeft een straf zonder bijzondere voorwaarden geadviseerd. Anders dan de officier van justitie, ziet de rechtbank geen aanleiding dit advies te passeren. De verdachte staat sinds begin september 2024 in een vrijwillig kader onder behandeling bij De Waag en deze behandeling zal volgens de behandelaar nog ten minste tien maanden voortduren. Op de zitting heeft de verdachte verklaard dat hij na deze behandeling, met behulp van zijn huidige behandelaar (met wie hij een band heeft opgebouwd), in contact wenst te komen met een psycholoog voor een vervolgbehandeling. De rechtbank heeft geen reden hieraan te twijfelen. In de overige door de officier van justitie gevorderde bijzondere voorwaarden ziet de rechtbank geen meerwaarde, aangezien de verdachte een baan heeft en niet te verwachten is dat een meldplicht het als laag ingeschatte recidiverisico zal beperken.
Conclusie
Alles afwegende zal de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden opleggen, met een proeftijd van drie jaren, opdat de verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van de proeftijd opnieuw schuldig te maken aan een strafbaar feit. Gelet op de ernst van het feit acht de rechtbank daarnaast een onvoorwaardelijke taakstraf van 240 uur passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 240b (oud) van het Wetboek van Strafrecht.

9.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan zoals hiervoor onder 4. weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat het bewezen verklaarde feit het hierboven onder 5. vermelde strafbare feit oplevert.
Verklaart de verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
6 (zes) maanden, met bevel dat deze straf
nietten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op drie jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt de verdachte tot het verrichten van
240 (tweehonderdveertig) urentaakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 120 dagen hechtenis.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. P. Reemst voorzitter,
mr. T. de Bont en mr. S. Mac Donald, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier G.A.M. Delis,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 1 juli 2025.