Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 25 juni 2020 waarbij aan de betrokkene de maatregel is opgelegd voor (onder meer) diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, bedreiging met zware mishandeling, diefstal gevolgd van bedreiging met geweld tegen personen, poging tot afpersing en poging tot zware mishandeling. Dit zijn misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen;
- de vordering van de officier van justitie van 17 april 2025;
- een ingevolge artikel 6:6:31, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering recent opgemaakt, met redenen omkleed advies, gedateerd 10 april 2025 en ondertekend door [klinisch psycholoog] , werkzaam als klinisch psycholoog en [directeur behandelzaken en hoofd van de inrichting] , directeur behandelzaken en hoofd van de inrichting, beiden werkzaam bij [Kliniek] , met daarbij als bijlage aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de betrokkene;
- het behandelplan van de betrokkene van [Kliniek] van 22 februari 2025.
2.Het standpunt van de inrichting
3.Het standpunt van de officier van justitie
4.Het standpunt van de betrokkene en zijn raadsvrouw
5.De beoordeling
6.Toepasselijke wetsbepalingen
7.De beslissing
[de verdachte],geboren op [geboortedatum] te [plaats] voor de duur van
één jaar.