Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[bedrijf]
Rechtbank Noord-Holland
In deze civiele procedure heeft de eisende partij, vertegenwoordigd door In Kas Intermediair, de gedaagde partijen gedagvaard. De gedaagde partijen zijn niet verschenen, waardoor verstek is verleend. De eisende partij vordert hoofdelijke veroordeling van de gedaagde partijen tot betaling van € 660,00, vermeerderd met buitengerechtelijke incassokosten, wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter heeft ambtshalve getoetst of de eisende partij heeft voldaan aan de precontractuele informatieverplichtingen zoals vastgelegd in artikel 6:230l van het Burgerlijk Wetboek. De kantonrechter concludeert dat de eisende partij voldoende heeft aangetoond dat aan deze verplichtingen is voldaan.
Daarnaast heeft de kantonrechter de algemene voorwaarden van de eisende partij getoetst aan de hand van het Dexia-arrest. Artikel 13 van de algemene voorwaarden is beoordeeld en niet oneerlijk bevonden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de hoofdsom en de buitengerechtelijke incassokosten toewijsbaar zijn, omdat deze vorderingen niet onrechtmatig of ongegrond zijn. De eisende partij heeft ook aanspraak gemaakt op wettelijke rente, maar de kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde partijen niet in verzuim zijn geraakt, omdat er geen overeengekomen betalingstermijn was. De wettelijke rente wordt toegewezen vanaf het moment dat de in de veertiendagenbrief gestelde betalingstermijn is verstreken.
In de beslissing heeft de kantonrechter de gedaagde partijen hoofdelijk veroordeeld tot betaling van € 759,00, vermeerderd met wettelijke rente, en tot betaling van de proceskosten. De veroordeling is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de vordering voor het overige is afgewezen. Dit vonnis is uitgesproken door mr. W.S.J. Thijs op 12 juni 2025 in aanwezigheid van de griffier.