In deze zaak heeft AirHelp, namens een passagier, compensatie gevorderd van de vervoerder wegens een vertraagde vlucht. De vervoerder stelde dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk het niet functioneren van het 'Instrument Landing System' (ILS) op de luchthaven van Shiraz, waardoor de vlucht niet in de nacht kon landen. AirHelp betwistte dit en voerde aan dat de vervoerder onvoldoende maatregelen had getroffen om de vertraging te voorkomen, aangezien de storing al enkele dagen van tevoren bekend was. De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder niet kon aantonen dat hij alle redelijke maatregelen had getroffen en dat de vertraging niet inherent was aan zijn bedrijfsactiviteit. De vordering van AirHelp werd toegewezen, en de vervoerder werd veroordeeld tot betaling van € 600,00 plus proceskosten en wettelijke rente.