Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 12 mei 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;
- de verstekverlening tegen [gedaagde] .
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, op 19 mei 2025 een vonnis gewezen in een kort geding tussen Stichting De Woonschakel Westfriesland en een gedaagde die niet is verschenen. De eisende partij, De Woonschakel, vorderde ontruiming van de woning van de gedaagde, gelegen aan een niet gespecificeerd adres, vanwege ernstige overlast die de gedaagde zou veroorzaken. De overlast bestond uit het draaien van harde muziek, schelden, aanvallen van de buurman en het gooien van huisraad over het balkon. Daarnaast werd gesteld dat de gedaagde zich niet als een goed huurder gedroeg, wat leidde tot vernieling en vervuiling van de woning.
De procedure begon met een dagvaarding op 24 april 2025, gevolgd door een mondelinge behandeling op 12 mei 2025. De gedaagde was niet verschenen, maar de kantonrechter oordeelde dat de gedaagde correct was opgeroepen, ook al was hij opgenomen in een GGZ-instelling. De kantonrechter verleende verstek tegen de gedaagde en beoordeelde dat De Woonschakel een spoedeisend belang had bij de ontruiming. De vordering werd toegewezen, en de gedaagde werd veroordeeld om binnen twee dagen na betekening van het vonnis de woning te verlaten en te ontruimen. Tevens werd de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die op €843,45 werden begroot.
Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat De Woonschakel direct kan overgaan tot ontruiming, ongeacht een eventuele hoger beroep van de gedaagde.