Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 oktober 2024;
- de schriftelijke weergave van het mondelinge antwoord ter rolzitting van 14 november 2024;
- de akte met aanvullend antwoord van 12 december 2024;
- het tussenvonnis van 23 januari 2025;
- de akte van uitlating tevens houdende wijziging eis van 20 maart 2025;
- de mondelinge behandeling van 27 maart 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 6.379,60, bestaande uit € 4.279,60 aan huurachterstand en € 2.100,00 aan boetes. Ter zitting heeft [gedaagde] ingestemd met de door ERC Vastgoed II voorgestelde verrekening van de waarborgsom van € 2.200,00. De toewijsbare hoofdsom bedraagt daarom € 4.179,60.