Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
bedreiging met zware mishandeling.
openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen, terwijl het door de schuldige gepleegde geweld enig lichamelijk letsel ten gevolge heeft.
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling, meermalen gepleegd.
5.Strafbaarheid van de verdachte
6.Motivering van de sanctie
7.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
180 (honderdtachtig) urentaakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 90 (negentig) dagen hechtenis.
[slachtoffer 1]niet-ontvankelijk in de vordering voor zover deze ziet op de materiële schade en wijst af de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij geleden immateriële schade.
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.017,67, bestaande uit € 517,67 als vergoeding voor de materiële en € 1.500,00 als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 2 juli 2024 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 3]geleden schade.
[benadeelde]niet-ontvankelijk in de vordering.