Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 11 april 2025 in de zaken tussen
2. [eiser 2] en [eiseres]
Dovag Holding B.V., uit Cruquius (vergunninghouder).
Inleiding
Totstandkoming van het bestreden besluit
Beoordeling door de rechtbank
22 november 2023 en op 7 mei 2024. De beroepen zien van rechtswege ook op die besluiten. [2]
een toevoeging aan de bouwmassa door het verhogen van de nok of dakrand van het dak, die het silhouet van het oorspronkelijke dak verandert”. In de tweede plaats is relevant dat de welstandsnota in paragraaf 6.3 een omschrijving van de activiteit ‘plaatsen van een dakopbouw’ bevat. Kijkend naar die omschrijving gaat het bij het plaatsen van een dakopbouw om “
het aanbrengen van een verdieping op een pand, waarbij een niet eerder bestaande ruimte wordt gecreëerd of een reeds bestaande ruimte wordt vergroot. Dit resulteert in het ingrijpend wijzigen van de vorm en het profiel van het dak, de bestaande goothoogte en/of nokhoogte worden hierbij meestal verhoogd. In bepaalde gevallen wordt ook de gevel opgetrokken.” Het bouwplan voldoet aan de definitie van het begrip ‘dakopbouw’ en deze omschrijving, omdat op het bestaande pand extra verdiepingen worden aangebracht. De welstandsnota houdt er rekening mee dat de wijziging van het bestaande pand die daarmee gepaard gaat ingrijpend kan zijn. Dit is ook het geval bij het bouwplan aan de [adres 1] en dit staat dus niet in de weg aan de kwalificatie als ‘dakopbouw’. Het tegenadvies gaat er daarom ten onrechte van uit dat de aanvraag als regulier bouwplan moet worden beoordeeld.
Een uitbouw in een hellend dakvlak, waarbij zowel aan de onderzijde als aan de bovenzijde een dakvlak aanwezig dient te zijn.” De afbeeldingen en begrippenlijst in de welstandsnota gaan uit van dakkapellen in vergelijkbare zin. Op de zitting is vastgesteld dat het in het bouwplan gaat om raampartijen die enkel aan de bovenkant uit het schuine dakvlak steken. De raampartijen voldoen daarom niet aan die definitie van ‘dakkapel’. Dit betekent dat er geen strijd is met het in de welstandsnota opgenomen verbod op dakkapellen op dakopbouwen.
een balkon c.q. een dakterras op het dak van een bijgebouw, aan- en uitbouw”. Het begrip ‘bijgebouw’ staat omschreven in artikel 1.22 van het bestemmingsplan. Uit die omschrijving blijkt dat het moet gaan om een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat in bouwkundig en functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw. De dakopbouw voldoet niet aan die voorwaarde, omdat deze bestaat uit twee verdiepingen waarin twee appartementen worden gerealiseerd. Daarmee is de dakopbouw niet ondergeschikt. Omdat het element van ondergeschiktheid ontbreekt, is de dakopbouw ook geen aan- of uitbouw [6] zoals bedoeld in het bestemmingsplan. De beroepsgrond van eisers [eiser 2] slaagt daarom niet.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
mr.F. Vermeij, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 11 april 2025.