ECLI:NL:RBNHO:2025:3620
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- T. van Muijden
- H.P. van der Lelie
- J. van Beek
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een wrakingsverzoek wegens schending van de onpartijdigheid door de rechter
Op 1 april 2025 heeft de Wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan op een verzoek tot wraking van mr. M.W. Koenis, ingediend door een verzoeker in een kort geding. Het wrakingsverzoek werd ingediend op 24 januari 2025, tijdens een zitting waarin de hoofdzaak werd behandeld. De verzoeker stelde dat hij geen kans had gekregen om zijn verhaal te doen en dat de rechter hem veelvuldig onderbrak, wat leidde tot de indruk van partijdigheid. De rechter had echter aangegeven dat de verzoeker voldoende gelegenheid had gekregen om zijn standpunt naar voren te brengen.
De Wrakingskamer oordeelde dat het wrakingsverzoek tijdig was ingediend, omdat de rechter nog geen einduitspraak had gedaan op het moment van de wraking. De kamer concludeerde dat de rechter de behandeling van het wrakingsverzoek had moeten schorsen en de uitspraak in de hoofdzaak had moeten uitstellen. De rechter had door zijn handelen de wrakingsprocedure veronachtzaamd, wat leidde tot een gerechtvaardigde schijn van partijdigheid bij de verzoeker. De Wrakingskamer vond geen aanwijzingen voor daadwerkelijke vooringenomenheid, maar oordeelde dat de subjectieve vrees van de verzoeker voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd was.
Daarom heeft de rechtbank het verzoek tot wraking toegewezen en bepaald dat de hoofdzaak verder behandeld zal worden door een andere rechter. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.