ECLI:NL:RBNHO:2025:2799

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
20 maart 2025
Publicatiedatum
17 maart 2025
Zaaknummer
11263148
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Terugbetaling aankoopbedrag en schadevergoeding bij non-conformiteit tweedehands auto

In deze zaak gaat het om de vraag of de koper van een tweedehands auto recht heeft op terugbetaling van het aankoopbedrag en een schadevergoeding. De koper, [eiseres], stelt dat de auto niet voldoet aan de overeenkomst vanwege herhaaldelijke foutmeldingen op het dashboard, wat zou duiden op technische mankementen. De kantonrechter oordeelt echter dat de koper onvoldoende heeft aangetoond waaruit de gebreken precies bestaan. Het enkele oplichten van foutmeldingen betekent niet automatisch dat er sprake is van non-conformiteit. De rechter wijst erop dat aan een auto van deze leeftijd en prijsklasse niet dezelfde eisen gesteld mogen worden als aan een nieuwe auto. De vordering van de koper wordt daarom afgewezen.

De procedure begon met een dagvaarding van [eiseres] op 19 juli 2024, waarna [gedaagden] schriftelijk heeft geantwoord. Tijdens de zitting op 19 februari 2025 heeft de kantonrechter de standpunten van beide partijen gehoord. [eiseres] heeft de auto op 2 augustus 2023 gekocht voor € 4.950,- en heeft sindsdien verschillende problemen ervaren, waaronder foutmeldingen die op verschillende momenten zijn verschenen. Ondanks dat [gedaagden] enkele reparaties heeft uitgevoerd, blijft de situatie onduidelijk. De kantonrechter concludeert dat er geen bewijs is dat de auto op het moment van verkoop gebreken vertoonde die de non-conformiteit zouden rechtvaardigen.

Uiteindelijk wordt de vordering van [eiseres] afgewezen en wordt zij veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De kantonrechter benadrukt dat de koper rekening moet houden met de leeftijd en de staat van de auto, en dat niet alle foutmeldingen automatisch duiden op een gebrek dat de overeenkomst schendt.

Uitspraak

RECHTBANKNOORD-HOLLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Zaanstad
Zaaknummer: 11263148 \ CV EXPL 24-2256 (rvk)
Vonnis van 20 maart 2025
in de zaak van
[eiseres],
te [woonplaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiseres] ,
procederend in persoon,
tegen

1.[gedaagde sub 1, de VOF] ,

te Nijkerk,
2.
[gedaagde sub 2, vennoot van gedaagde sub 1],
te [woonplaats] ,
vennoot van gedaagde sub 1,
3.
[gedaagde sub 3, vennoot van gedaagde sub 1],
te [woonplaats] ,
vennoot van gedaagde sub 1,
gedaagde partijen,
hierna samen te noemen: [gedaagden] ,
procederend bij de heer [gedaagde sub 3, vennoot van gedaagde sub 1] voornoemd.

1.De zaak in het kort

In deze zaak gaat het om de vraag of de koper van een tweedehands auto recht heeft op terugbetaling van het aankoopbedrag en een schadevergoeding. Volgens de koper voldoet de auto niet aan de overeenkomst omdat er telkens foutmeldingen op het dashboard oplichten, wat maakt dat er sprake is van technische mankementen. De kantonrechter is van oordeel dat de koper onvoldoende heeft duidelijk gemaakt waaruit de gebreken bestaan. Het enkele oplichten van foutmeldingen betekent niet automatisch dat er sprake is van gebreken die maken dat de auto niet beantwoordt aan de overeenkomst. Om dat vast te stellen is meer informatie nodig en die heeft de koper niet gegeven. De koper moet er ook rekening mee houden dat aan een auto van deze leeftijd en in deze prijsklasse niet dezelfde eisen gesteld mogen worden als aan een nieuwe auto. Dit betekent dat de auto niet non-conform is. De vordering wordt daarom afgewezen.

2.De procedure

2.1.
[eiseres] heeft bij dagvaarding van 19 juli 2024 een vordering tegen [gedaagden] ingesteld. [gedaagden] heeft schriftelijk geantwoord.
2.2.
Op 19 februari 2025 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft [eiseres] bij akte van 5 september 2025 haar eis gewijzigd en met een brief van 4 februari 2025 heeft [eiseres] nog stukken toegezonden.

3.De feiten

3.1.
[eiseres] heeft op 2 augustus 2023 van [gedaagden] een auto, Citroën Picasso C4, bouwjaar 2011, gekocht. Op het moment van aankoop had de auto ongeveer 180.000 km gereden. De kooprijs was € 4.950,-.
3.2.
[eiseres] heeft de auto op 2 augustus 2023 laten controleren door haar eigen garage en zij heeft daar op 5 augustus 2023 de remschijven en remblokken op de achteras laten vervangen. [eiseres] heeft over deze reparatie contact gehad met [gedaagden] en [gedaagden] een deel van de kosten van de reparatie vergoed. [eiseres] is vervolgens op vakantie gegaan met de auto.
3.3.
Op 25 augustus en 9 september 2023 zijn er kortstondig foutmeldingen op het dashboard te zien geweest met betrekking tot de ABS, EPS, motorstoring en service. Diezelfde foutmeldingen zijn weer tevoorschijn gekomen op 25 september 2023 – toen echter niet kortstondig, maar langdurig. [eiseres] heeft weer contact opgenomen met [gedaagden] en die heeft een kosteloze reparatie uitgevoerd bestaande uit het vervangen van de oliedruksensor. De meldingen zijn daarna een tijdlang niet te zien geweest, maar op 2 februari 2024 zijn de meldingen kortstondig teruggekomen en vanaf 21 maart 2024 zijn de meldingen permanent.
3.4.
[eiseres] heeft op 23 april 2024 contact gezocht met [gedaagden] over de foutmeldingen en [gedaagden] heeft een gratis diagnose aangeboden, maar voor eventuele reparatie zou [eiseres] nu wel moeten betalen.
3.5.
[eiseres] heeft enkele dagen later een brief gestuurd naar [gedaagden] waarin zij [gedaagden] in de gelegenheid stelt de gebreken binnen twee weken te verhelpen. Zij schrijft ook dat zij de overeenkomst zal ontbinden als [gedaagden] niet tot herstel overgaat en dat zij in dat geval ook aanspraak maakt op vergoeding van schade. [gedaagden] heeft herhaald dat zij niet tot een kosteloze reparatie zal overgaan.
3.6.
In een brief van 15 mei 2024 heeft [eiseres] de koopovereenkomst ontbonden en aanspraak gemaakt op terugbetaling van de aankoopprijs.

4.Het geschil

4.1.
[eiseres] vordert terugbetaling van de koopprijs van € 4.950,- en, na vermeerdering van eis, vergoeding van aanvullende schade van in totaal € 1.051,-. [eiseres] vordert ook dat [gedaagden] veroordeeld wordt tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten. [eiseres] wil de mogelijkheid krijgen om het vonnis meteen uit te voeren, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. [eiseres] legt aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagden] op grond van de koopovereenkomst gehouden is een auto te leveren die voldoet aan de overeenkomst. Omdat de auto gebreken vertoont, voldoet deze niet aan wat [eiseres] daaraan op grond van de overeenkomst mocht verwachten. [gedaagden] is in de gelegenheid gesteld de gebreken binnen een redelijke termijn te verhelpen, maar is niet tot herstel overgegaan. [eiseres] was daarom bevoegd de overeenkomst te ontbinden. Als gevolg van die ontbinding is [gedaagden] gehouden het aankoopbedrag terug te betalen. [gedaagden] moet vanwege de non-conformiteit ook de bijkomende schade vergoeden. Deze schade bestaat uit de volgende posten: 1) de maandelijkse lasten van de auto (premie autoverzekering en motorrijtuigenbelasting) over de periode vanaf ontbinding tot en met augustus 2024 van in totaal € 444,-; 2) de kosten voor schorsing van de auto van € 123,- en 3) de stallingskosten over de periode mei 2024 tot en met augustus 2024 van € 484,-.
4.2.
[gedaagden] voert verweer. [gedaagden] vindt dat de vordering van [eiseres] moet worden afgewezen. [gedaagden] stelt daartoe dat de auto op het moment van verkoop geen gebreken vertoonde. [eiseres] had bij geconstateerde problemen ook eerst [gedaagden] in de gelegenheid moeten stellen de auto te onderzoeken en eventueel voor een oplossing te zorgen. Het is verder ook niet duidelijk wat de onderliggende problemen zijn die maken dat de meldingen tevoorschijn komen. Aan een auto van deze leeftijd en prijsklasse mogen niet dezelfde eisen gesteld worden als aan een nieuwe of jongere auto

5.De beoordeling

5.1.
De overeenkomst die [eiseres] en [gedaagden] hebben gesloten is een consumentenkoop, want [gedaagden] heeft gehandeld als bedrijf en [eiseres] is een natuurlijke persoon die bij aankoop van de auto niet heeft gehandeld in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
5.2.
Het gaat in deze zaak om de vraag of sprake is van een tekortkoming van [gedaagden] in het nakomen van de koopovereenkomst doordat zij een auto heeft geleverd die niet voldoet aan de overeenkomst (non-conform is).
5.3.
In consumentenzaken is er een wettelijk vermoeden dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt als zich binnen een jaar na aflevering een afwijking voordoet van hetgeen is overeengekomen. Hierdoor geniet de consument een grote mate van bescherming. Maar voordat de kantonrechter toekomt aan de toepassing van het hiervoor genoemde bewijsvermoeden, moet eerst worden vastgesteld of sprake is van non-conformiteit.
5.4.
In de wet is bepaald dat een zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt indien zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen. De koper kan geen beroep doen op non-conformiteit als dit hem bij het sluiten van de overeenkomst bekend was of redelijkerwijs bekend kon zijn. Bij de koop van een tweedehands auto die bestemd is om aan het verkeer deel te nemen, wordt volgens vaste rechtspraak aangenomen dat deze niet aan de overeenkomst beantwoordt als het gebruik ervan een gevaar oplevert voor de verkeersveiligheid door een gebrek dat niet eenvoudig door de koper kan worden ontdekt en hersteld. Hierop zijn uitzonderingen mogelijk, bijvoorbeeld wanneer de koper het risico van het gebrek heeft aanvaard of sprake is van een gebrek waarmee de koper gezien de aard van de overeenkomst rekening had moeten houden.
5.5.
[eiseres] en [gedaagden] zijn het er over eens dat er foutmeldingen tevoorschijn zijn gekomen in het dashboard, maar of deze meldingen ook duiden op een gebrek aan de auto dat maakt dat er sprake is van non-conformiteit, daarover verschillen partijen van mening. Volgens [eiseres] is het zo dat, omdat dezelfde foutmeldingen telkens terugkomen, er sprake van een gebrek dat al bestond bij aankoop en dat vervolgens door [gedaagden] niet goed is gerepareerd.
5.6.
[gedaagden] betwist dat er op het moment van aankoop zodanige gebreken waren dat de auto niet voldoet aan de overeenkomst. Zij wijst er op dat de auto vlak voor de levering APK is goedgekeurd en dat zij inderdaad een reparatie heeft uitgevoerd waarbij de oliedruksensor is vervangen, maar dat dat niets te maken heeft met de meldingen over ABS of ESP.
5.7.
[eiseres] interpreteert de foutmeldingen zo dat er wel sprake moet zijn non-conformiteit omdat die meldingen telkens terugkeren en zij heeft op de zitting ook gezegd dat er op dit moment, volgens haar eigen monteur iets mis is met de versnellingsbak waardoor de auto niet meer verder schakelt dan de derde versnelling en in de noodloop komt. Ook kan zij nu niet meer veilig met de auto de weg op. Maar zonder nadere uitleg en onderbouwing, bijvoorbeeld met een diagnoserapport of een verklaring van haar eigen garage die de auto onderzocht heeft, blijft het onduidelijk en niet controleerbaar wat er nu precies mankeert aan de auto. De foutmeldingen op het dashboard betekenen niet automatisch dat niet meer veilig aan het verkeer deelgenomen kan worden en [eiseres] heeft ook niet uitgelegd wat de reden is dat de auto in de noodloop is gegaan. Om vast te stellen of er sprake is van een gebrek is meer specifieke informatie nodig en die heeft [eiseres] niet verstrekt. Hierbij speelt mee dat [gedaagden] in eerste instantie een reparatie heeft verricht en dat daarna de meldingen geruime tijd zijn weggebleven. De meldingen zijn permanent geworden negen maanden na aankoop van de auto. Ook dit is een omstandigheid, naast de onduidelijkheid over de gebreken zelf, die maken dat er geen sprake is van non-conformiteit. [eiseres] moet er rekening mee houden dat een auto van deze leeftijd en prijsklasse op enig moment onderhoud en reparaties nodig heeft en dat daaraan niet dezelfde eisen gesteld mogen worden als aan een nieuwe auto. Ook dat maakt dat het oplichten van de foutmeldingen nog niet als een gebrek kan worden gezien. Er is dus ook geen non-conformiteit op grond waarvan [eiseres] bevoegd was tot ontbinding van de koopovereenkomst over te gaan.
5.8.
De vorderingen van [eiseres] , die zijn gebaseerd op de stelling dat er sprake is van non-conformiteit worden daarom afgewezen.
5.9.
[eiseres] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten betalen. [gedaagden] procedeert bij een van haar vennoten, de heer [gedaagde sub 3, vennoot van gedaagde sub 1] , heeft daarom geen recht op vergoeding voor het salaris van een gemachtigde. [gedaagde sub 3, vennoot van gedaagde sub 1] wel is op de mondelinge behandeling verschenen. Daarom kent de kantonrechter [gedaagden] een door [eiseres] te vergoeden forfaitair bedrag toe van € 50,- aan reis-, verblijf- en verletkosten. De nakosten worden toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
wijst de vordering af;
6.2.
veroordeelt [eiseres] in de proceskosten van € 50,-, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [eiseres] niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Flipse en in het openbaar uitgesproken op 20 maart 2025.