Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 6 november 2024
- de akte in geding brengen nadere producties tevens aanvulling van gronden en bewijsaanbod met producties 26 t/m 29 van [gedaagde]
- de mondelinge behandeling van 23 januari 2025, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt
- de pleitnota van mr. Schipper namens [eiseres]
- de pleitaantekeningen van mr. Kanning namens [gedaagde].
2.Feiten
3.Het geschil
in conventie
- De bankrekeningen worden opgeheven door [gedaagde] en [eiseres];
- Het saldo van de bankrekeningen op de datum van opheffing bij helfte wordt verdeeld;
- De ene helft van het saldo wordt overgeboekt naar een bankrekening van [gedaagde] en de andere helft van het saldo naar de bankrekening van [eiseres];
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
- de woning
- bankrekeningen bij ING (betaal- en spaarrekening)
- een auto
- de inboedel
- een vordering van erflater op [gedaagde]
- huurinkomsten
5.De beslissing
19 maart 2025voor het nemen van een akte door beide partijen waarin zij zich uitlaten over het aangekondigde deskundigenbericht zoals omschreven onder 4.12,