ECLI:NL:RBNHO:2025:2684

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
28 februari 2025
Publicatiedatum
13 maart 2025
Zaaknummer
15.175738.23 (herstelvonnis)
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelvonnis inzake proeftijd en jeugddetentie in strafzaak

Op 28 februari 2025 heeft de Rechtbank Noord-Holland een vonnis gewezen in de strafzaak tegen een verdachte. Na de uitspraak is gebleken dat de proeftijd ten onrechte op drie jaren was vastgesteld, terwijl deze volgens artikel 77y, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht maximaal twee jaren mag bedragen. Daarnaast is er een fout gemaakt bij de opgelegde maatregelen, waar vervangende hechtenis was opgelegd in plaats van vervangende jeugddetentie. Om de juiste uitvoering van het vonnis te waarborgen, heeft de rechtbank besloten deze kennelijke fouten te herstellen.

In het herstelvonnis, dat op 6 maart 2025 is gewezen, handhaaft de rechtbank haar eerdere beslissing van 28 februari 2025, maar corrigeert de proeftijd naar twee jaren en past de maatregelen aan naar jeugddetentie. De rechtbank bepaalt dat een gedeelte van de jeugddetentie, groot vijf maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd en verbindt hieraan een proeftijd van twee jaren. Dit herstelvonnis is ondertekend door de voorzitter en twee rechters, waarbij één rechter buiten staat was om te ondertekenen. De griffier is belast met het hechten van dit vonnis aan het originele vonnis en het informeren van de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf
Locatie Haarlem
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15.175738.23
Uitspraakdatum: 28 februari 2025
Herstelvonnisvan de rechtbank Noord-Holland, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres]
.
De rechtbank overweegt dat zij aanleiding ziet het op 28 februari 2025 uitgesproken vonnis in de strafzaak tegen de bovengenoemde verdachte te herstellen.

1.Het onderdeel van het vonnis dat hersteld dient te worden

De rechtbank heeft op 28 februari 2025 vonnis gewezen in de strafzaak tegen de verdachte.
Na de uitspraakdatum is de rechtbank gebleken dat de proeftijd die is vastgesteld wat betreft de naleving van de algemene en bijzondere voorwaarden, ten onrechte is bepaald op drie jaren. Gelet op artikel 77y, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht (Sr) kan de proeftijd ten hoogste twee jaren bedragen.
Verder is de rechtbank gebleken dat ten aanzien van de opgelegde maatregelen ex 38v Sr vervangende hechtenis is opgelegd, terwijl dit vervangende jeugddetentie behoort te zijn.
In het belang van een juiste executie van het vonnis, zal de rechtbank deze kennelijke fouten herstellen.

2.Beslissing

De rechtbank handhaaft haar beslissing van 28 februari 2025 met herstel van een kennelijke misslag in rechtsoverweging 6.3. en in het dictum 10. als volgt:
6.3
Oordeel van de rechtbank
(…)
De rechtbank zal bepalen dat een gedeelte daarvan, te weten vijf (5) maanden, vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van
twee (2)jaren, opdat de verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van die proeftijd schuldig te maken aan een strafbaar feit.
(…)

10.Beslissing

(…)
Beveelt dat van deze jeugddetentie een gedeelte, groot vijf maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van
tweejaren.
(…)
Beveelt dat vervangende
jeugddetentiezal worden toegepast voor het geval niet aan deze maatregelen wordt voldaan. De duur van deze vervangende
jeugddetentiebedraagt twee weken met een maximum van zes maanden, voor iedere keer dat niet aan één van de maatregelen wordt voldaan. Toepassing van de vervangende
jeugddetentieheft de verplichtingen ingevolge de opgelegde maatregelen niet op.
(…)
Bepaalt dat de griffier dit vonnis doet hechten aan het originele vonnis van 28 februari 2025 en dit vonnis ter kennis doet brengen aan de verdachte, zijn raadsvrouw, de officier van justitie en de benadeelde partijen.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit herstelvonnis is op 6 maart 2025 gewezen door
mr. J.C. van den Bos, voorzitter,
mr. N.M.L. Rogmans en mr E.L. Hoogstraate, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. L.L. de Vries.
Mr. Rogmans is buiten staat dit herstelvonnis te ondertekenen.