Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[plaats 2].
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft verzoekster, verbonden aan Notariskantoor, een verzoekschrift ingediend bij de Rechtbank Noord-Holland inzake de nalatenschap van [naam 1], die beneficiair is aanvaard door de enige erfgenaam. Het verzoekschrift is op 15 oktober 2024 ontvangen. Gezien de aard van het verzoek is afgezien van een behandeling op een zitting. De nalatenschap van [naam 1] is eerder door de kantonrechter op 27 juni 2023 afgewezen voor een verzoek tot opheffing van de vereffening. Verzoekster heeft nu een nieuw verzoek ingediend tot opheffing van de vereffening, omdat de goederen van de nalatenschap inmiddels zijn verkocht en er geen middelen meer zijn om de schulden te voldoen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de schulden de baten overtreffen en dat er geen goederen meer zijn die te gelde gemaakt kunnen worden. Gelet op de gewijzigde omstandigheden heeft de kantonrechter besloten de opheffing van de vereffening te bevelen. Tevens zijn de reeds gemaakte vereffeningskosten vastgesteld op € 1.774,65, waarbij het griffierecht voor beneficiaire aanvaarding niet is inbegrepen. De beslissing is openbaar uitgesproken door de kantonrechter in aanwezigheid van de griffier.