In deze civiele zaak vordert Timmerfabriek Oomkens B.V. betaling van onbetaalde bedragen van De Geus Bouw B.V. Oomkens heeft als onderaannemer bouwwerkzaamheden verricht en stelt dat De Geus niet heeft voldaan aan de betalingsverplichtingen. De kern van het geschil betreft de vraag of Oomkens de uitvoering van de laatste werkzaamheden mocht opschorten vanwege het uitblijven van betaling van de voorlaatste termijn en de slottermijn. De rechtbank oordeelt dat Oomkens grotendeels in het gelijk wordt gesteld en dat De Geus een bedrag aan schadevergoeding mag verrekenen met de vordering van Oomkens. De rechtbank wijst de vorderingen van Oomkens toe, met uitzondering van de gevorderde wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten, die niet toewijsbaar zijn. De Geus wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 21.869,93 inclusief btw, vermeerderd met wettelijke rente, en moet de proceskosten dragen.