Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
ANWB Voor de Zaak
[bedrijf]
Rechtbank Noord-Holland
In deze bodemzaak heeft de ANWB B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die zijn verweer onvoldoende heeft onderbouwd. De vordering betreft een bedrag van € 215,77, vermeerderd met wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten, als gevolg van een niet-betaalde factuur voor een zakelijk pechhulp abonnement dat de gedaagde op 24 januari 2023 heeft afgesloten. De ANWB heeft op 30 januari 2023 een factuur gestuurd, die door de gedaagde niet is voldaan. De gedaagde heeft betwist dat hij de kosten verschuldigd is, en voert aan dat hij op 23 januari 2023 pech heeft gekregen in Frankrijk, waarbij hij niet adequaat is geholpen door de ANWB, ondanks dat hij een platina particulier lidmaatschap had.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde niet in zijn bewijslast is geslaagd. Hij heeft geen bewijsstukken overgelegd die zijn stellingen onderbouwen, zoals bevestigingen van pechmeldingen of correspondentie met de ANWB. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde onvoldoende heeft aangetoond dat hij recht had op pechhulp op het moment van de pechmelding. De vordering van de ANWB is toegewezen, en de gedaagde is veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en proceskosten. De proceskosten zijn voor rekening van de gedaagde, omdat hij ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitgesproken door de kantonrechter in aanwezigheid van de griffier.