Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
nadie eerste reparatie door [monteur] , voor het eerst met [gedaagde] heeft gebeld over het probleem. Dit betekent dat [gedaagde] ten aanzien hiervan niet tijdig in gebreke is gesteld en niet in verzuim is geraakt. Zelfs als er sprake zou zijn van een tekortkoming door [gedaagde] , kunnen de herstelkosten van de reparatie door [monteur] op 25 november 2022 dan niet op [gedaagde] worden verhaald, omdat hij in de gelegenheid had moeten worden gesteld dat gebrek te herstellen. Dat is echter niet gebeurd. Ten aanzien van de eerste gestelde tekortkoming wijst de rechtbank de vorderingen van [B.] Transport daarom af.
Goedemorgen ik zei tegen je laat [ [monteur] ] het maken vanaf het stuk was ,ik ben bezig met de verzekering”. Onder de gegeven omstandigheden kon [B.] Transport uit die mededeling van [gedaagde] afleiden dat die het gebrek niet ging herstellen en is laatstgenoemde in verzuim geraakt. Ten overvloede overweegt de rechtbank dat [gedaagde] ook na ontvangst van de brief van 18 januari 2023 (zie 2.7) niet heeft aangeboden om de vrachtwagen zelf te repareren.
waar is het fout gegaan ? Wat is er verkeerd gegaan bij het monteren? En wat was er voor nodig dat het wél goed zou zijn gemonteerd?” aan [B.] heeft geschreven: “
Vanaf het begin zei ik je moet speciaal gereedschap hebben om de grote borg moer vast te zetten ,en [ [monteur] ] zei zet het vast met een stuk ijzer en hamer ,vraag [naam]”. Bij die stand van zaken, en bij gebrek aan alternatieve plausibele oorzaken voor het ontstaan van de problemen aan de vrachtwagen, is de verklaring van [monteur] onvoldoende gemotiveerd betwist en zijn de problemen naar het oordeel van de rechtbank toe te schrijven aan een tekortkoming in het handelen van [gedaagde] tijdens de reparatie van de vrachtwagen op 19 en 22 november 2022. Tegen de gevorderde ontbinding is op zichzelf geen verweer gevoerd; die kan worden toegewezen.