Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 24 februari 2025 te Den Helder tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [benadeelde] heeft gedwongen tot de afgifte van contant geld (ongeveer 1900 euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan die [benadeelde] en/of een derde toebehoorde(n), door
hij op of omstreeks 25 februari 2025 te Akersloot
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
geef me je kankergeld”. Daarna werd aangever meerdere keren geslagen met het wapen tegen zijn voorhoofd. Toen aangever een geldbedrag overhandigde, zei de persoon dat hij meer geld moest geven. Daarop heeft aangever al zijn geld gegeven.
heb net iemand gehouden”. De verdachte heeft daarnaast een audiobericht verstuurd waarop te horen is: “
22 barkies, snel he”. De rechtbank interpreteert deze berichten zo dat de verdachte in deze berichten aangeeft dat hij iemand heeft beroofd en dat de opbrengst daarvan € 2.200,- was. Dit bedrag komt overeen met het bedrag dat aangever had gewonnen in het casino.
hij op 24 februari 2025 te Den Helder tezamen en in vereniging met een of meer anderen met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [benadeelde] heeft gedwongen tot de afgifte van contant geld dat aan die [benadeelde] toebehoorde, door
hij op 25 februari 2025 te Akersloot
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie IIIenhandelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
5.Strafbaarheid van de verdachte
6.Motivering van de sanctie
- meldplicht bij reclassering;
- ambulante behandeling;
- begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- contactverbod;
- dagbesteding;
- meewerken aan schuldhulpverlening.
7.Beslissingen over in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen
2. 300,00 EUR (Omschrijving: PL1100-2025041247-1702858).
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
9.Vordering tot tenuitvoerlegging
Op de zitting is gebleken dat de overige 102 dagen van de voorwaardelijk opgelegde jeugddetentie al ten uitvoer zijn gelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Noord-Nederland van 29 oktober 2024. Het hoger beroep tegen dit vonnis is ingetrokken, waardoor deze uitspraak inmiddels onherroepelijk is geworden.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
- 14a, 14b, 14c, 36f, 47, 57 en 317 Sr; en
- 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.
11.Beslissing
20 [twintig] maanden.
6 [zes] maanden nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van 2 [twee] jaren.
dadelijk uitvoerbaarzijn.
[benadeelde]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.150,00, bestaande uit € 1.650,00 als vergoeding voor de materiële en € 500,00 als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 24 februari 2025 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [benadeelde], voornoemd, een en ander tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[benadeelde]de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van
€ 2.150,00,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 februari 2025 tot aan de dag der algehele voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor een maximale duur van 31 dagen. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.